De eerste vermelding die wij van deze molen terugvonden dateert van 14 april 1461. Jan van Molenbeke deed toen afstand van een mudde graan, jaarlijks te heffen op de molen Ten Berghe onder Sint-Katherina-Lombeek, ten voordele van het Godshuis van Hertoginnedal nabij Oudergem. Ook werd 1/4 van de molenvijver betrokken bij de actie. Verder vernemen wij nog dat voor Jan de molen draaiende gehouden werd door diens vader, wijlen Machiel van Moelenbeke.
De watermolen tijdens de 16de en 17de eeuw. Over de zestiende eeuw, tijd van hevige godsdienstvervolgingen, bereiken ons geen gegevens. En ook wat de zeventiende eeuw aangaat, gaan alle gegevens verloren ingevolge de veelzijdige Franse oorlogen die onze streken teisterden. Alle archieven, die te Brussel bewaard werden,gaan in de vlammen op: "Register inhoudende goedenissen ende wethelijcke passeringen onder den Graefschappe van Cruquenbourg, Wambeke, Lombeke ende Ternath 't sedert de groote ruïne gebeurt door de Fransche tiranike bombarderinghe der stadt Brussele op de 13 Augusti 1695. Alwaer den geheelen Comptoire deser Bancke, gevlucht synde, is verbrant, dus confuselijck geënregistreert."
Het molenaarsgeslacht Vandermijnsbrugge In de eerste helft van de achttiende eeuw was de watermolen in het bezit van een zekere Adriën Vandermijnsbrugge, molder. Hij werd opgevolgd door Petrus Vandermijnsbrugge, die op 1 november 1767 te St. Katherina - Lombeek huwde met Joanna Maria Schoonjans, aldaar geboren op 4 januari 1745, de dochter van Petrus en Elisabeth Sneppe. In het molenhuis schonk Joanna het leven aan 14 kinderen. Het was vooral Adrianus (° St. Katherina - Lombeek, 3 oktober 1778), die vaders watermolen draaiende hield. Bovendien huwde Adrianus in 1818 te Itterbeek met de overbekende Anna van Lierde, de levenslucstige dochter van Judocus en Maria Van der Elst. Op 30 april 1856 verdeelden "de twee eenige kinderen" Leonardus Josephus en Petrus Vitalis de erfenis van beide ouders en viel de watermolen toe aan Petrus Vitalis Vandermijnsbrugge, molenaar. Daarna bleven "de kinderen Vandermijnsbrugge" eigenaar tot omstreeks 1870.
Het molenaarsgeslacht Van Roy Omstraaks 1870 kwam de molen in het bezit van de weduwe van Ambrosius Van Roy, zijnde Theresia Bastaerts. Van de vier kinderen die uit het huwelijk voortkwamen, was het de eerst geboren zoon Jean-Baptist Van Roy (°St.Katherina-Lombeek, 27 april 1862), die zijn vader opvolgde. Hij huwde te Pamel in 1891 met Louisa Kestens, aldaar in 1865 geboren. Om aan de steeds toenemende concurrentie het hoofd te kunnen bieden liet Jean-Baptist het molenaarsbedrijf met een stoommachine uitbreiden. In 1894 wordt het geheel beschreven als ‘water- en stoomgraanmolen'. Daarmee was Ten Berg terug vol bedrijvigheid.
De watermolen van onderwijzer Monsieur Op 27 november 1941 werd, na verdeling, de watermolen toegewezen aan Maria Celestina Van Roy (°St. Katherina-Lombeek, 16 januari 1895), aldaar gehuwd op 18 augustus 1924 met Felix Robertus Monsieur, onderwijzer, Molenaar van dienst was Jozef-Lodewijk de Ridder. Schoolmeester Felix overleed in 1961, zijn weduwe Maria Celestina behield vaders watermolen tot bij haar overlijden in 1972.
Het treurspel van de Plotermolen Op 2 augustus 1974 werden de eerder genoemde goederen aangekocht door een handelaar uit Brussel, Roland Achille Daled-de Hertogh. Dezelfde dag nog werd de molen - met metalen bovenslagrad - aan de Ploter verder verkocht aan Marc Emmanuel Ruffo De Bonneval de la Fare des Comtes de Sinopoli De Calabre-Plissart, zonder beroep, wonende te Wezembeek - Oppem. Na aanzienlijke wijzigingen werd het geheel in 1976 beschreven als stoomwatergraanmolen. Maar ook nu was het sprookje van korte duur. Op 6 maart 1981 kocht de S.A. Immo Stalpaert uit Kortrijk de goederen aan, die ze op 25 december 1983 opnieuw verkocht aan de rijkswachtofficier Remi Peeters-de Handschutter. In 1984 werd, na vereniging van de percelen, het geheel als huis beschreven.
Herman HERPELINCK, Ternat
Aanvullende informatie
De Denderbode, 20.01.1889 Dagboek. Den 5 November 1770 is verkocht den wint stampmolen aen de Sautstraete steenweg (Aalst) aen Philippus Hendrickx van Welle voor 3540 gulden. Op 19 December 1770 zyn verscheydene molens omverre gevlogen. Den steenen molen tot Haaltert is d' asse uyt heuren nest geslaegen en met het camwiel blyven op den muer hangen. Den 23 Maert 1771 heeft den prince van Chimay aen den meest biedenden, verkocht den watermolen en den wintmolen tot Lombee
Literatuur
H.J. Herpelinck, "Wanneer verschenen de eeuwenoude watermolens van Ternat?", in: Molenecho's, XXIII, 1995, nr. 2, p. 82-88; H.J. Herpelinck, "De Watermolen ten Berg te Sint-Katherina-Lombeek (voor 1389-heden)", in: Molenecho's, XXX, 2002, nr. 4, p. 212-219; H.J. Herpelinck, "Ternat doorheen de tijden. Boek IV. De drie Gemeenten", Ternat, 1999, p. 92-95. Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 3: arrondissement Halle-Vilvoorde (M-Z)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1992; M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961; J. Bauwens, "Molens in Ternat en omgeving", in : Levende Molens, jg. 5 (1983), nr. 7, p. 159-160; J. Ockeley, "Ternat, Wambeek en Sint-Katharina-Lombeek, anderhalve eeuw geleden, Woningvoorraad, nijverheid, grondgebruik en eigendomsverhoudingen, in: Eigen Schoon en de Brabander, driemaandelijks tijdschrift van het koninklijk historisch genootschap van Vlaams-Brabant en Brussel, Asse, jg. 93, nr. 1, jan.-feb.-maart 2010, p.25-40, ill.
Overige foto's
Foto: Donald Vandenbulcke, Staden, 24.03.2010 Foto: Marnix Bogaert, 22.07.2013 Foto: Michel Vanhoussche, Denderleeuw Foto: Michel Vanhoussche, Denderleeuw Prentkaart uitg. Gillis-Bosman, Ternat. (Coll. H.J. Herpelinck, Ternat)