Molenzorg

Duisburg (Tervuren), Vlaams-Brabant


Verzameling Ons Molenheem
Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Molen Decoster
Molen Dekeyser

Ligging
Huldenbergstraat
3080 Duisburg (Tervuren)

Het Streek, Veeweide
500 m Z v.d. kerk
kadasterperceel A235d


toon op kaart
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Gebouwd
1850, overgebracht uit Antwerpen-Stuivenberg
Verdwenen
1932 - voorjaar, sloop
Beschrijving / geschiedenis

De Molen Decoster of Dekeyser, genoemd naar de uitbaters, was een houten korenwindmolen an de Huldenbergstraat, ten zuiden van de kerk.

Hij werd in 1847 overgebracht uit Antwerpen-Stuivenberg. Deze molen droeg het jaartal 1763. Oprichters waren de kinderen van Frans Van Doren-Ermens uit Sterrebeek. Daarna kwam schoonzoon Philip Victor De Coster (1828-1910), gehuwd met Maria-Theresia Vandoren (1827-1907)(akte van verdeling, 21.02.1872, notaris Van Keerbergen). Zoon Dionisius Isidoor Decoster-Spans erfde de molen in 1910. Als kind bezocht Isidoor, samen met zijn vader, de omgewaaide standaardmolen van Veltem-Beisem (waarvan de romp van de latere stenen molen nog bestaat).

Opeenvolgende eigenaars:
- 1850, oprichting: Van Doren-Ermens Frans, de kinderen, te Sterrebeek
- 21.02.1872, deling: Decoster-Van Doren Philippe Victor, molenaar te Duisburg (notaris Van Keerbergen)
- 16.06.1907, erfenis: en de kinderen (overlijden van vrouw Van Doren)
- 09.07.1910, erfenis: de kinderen (overlijden van Philippe Decoster)
- 30.09.1910, deling: De Coster-Spans Dionisius Isidoor, molenaar te Duisburg (notaris Torné)
- 28.09.1924, verkoop: Dekeyser-Decoster Karel, landbouwer te Tervuren (notaris Torné)

Op 26 juli 1895 sloeg de bliksem in op de molen en bracht grote schade toe.

Tijdens de eerste wereldoorlog - toen de bezetters slechts het malen toelieten tegen een door hen afgeleverde vergunningsbrief - had Isidoor Decoster  toch gemalen zonder vergunning. Hiervoor moest hij 500 mark boete betalen. Hij weigerde dit te betalen en werd tenslotte in de gevangenis te Leuven opgesloten.

Toen Isidoor Decoster op leeftijd gekomen was, moest hij met spijt in het hart de molen in 1924 verkopen aan zijn knecht, Karel Dekeyser-Decoster, landbouwer te Tervuren (akte 28.09.1924, notaris Torné).

Tijdens een noodweer in november 1929 werd de molen deerlijk gehavend. Twee wieken werden halfweg gebroken. De roede werd niet vervangen. De molen bleef tot in 1931 verder draaien met één roede en werd dan definitief stilgelegd. In het voorjaar 1932 volgde de sloop.

Stan JENA, Lieven DENEWET

Bijlagen

Stan Jena, "De verdwenen windmolens van Duisburg", Eigen Schoon en de Brabander, XXI, 1938, 1, p. 45-47.

Het dorpje Duisburg, gelegen op de hoogte tussen de IJsse- en Voervalleien, nabij het Zoniënbos, mocht zich eens verheugen over het bezit van twee windmolens. Het waren twee houten molens,waarvan de eerste opgericht werd in 1847, ten Zuiden van het dorp, aan de weg naar Huldenberg. Deze molen droeg het jaartal 1763 en werd door de molenaar Van Deuren van Borgerhout naar Duisburg overgebracht. Na Van Deuren kwam diens schoonzoon, V. De Coster, in het bezit van de molen. Deze liet hem later over aan zijn zoon Isidoor. Het was deze oude molenaar, die mij, enkele jaren geleden, met zoveel liefde voor zijn ambacht, vertelde hoe hij, op 30 oktober 1863, nog kind zijnde, met zijn vader mee ging naar Veltem om de aldaar door de storm omver gewaaide molen te gaan zien. Hoe hij later, man geworden, zelf in het bezit kwam van de windmolen en hoe op 26 juli 1895 de bliksem op zijn molen neerkwam en hem grotendeels beschadigde. Hij vertelde mij ook een historisch gevalletje. Tijdens de wereldoorlog, toen de bezetters slechts het malen toelieten tegen een vergunningsbrief, door hen afgeleverd, had hij toch gemalen zonder vergunning en hiervoor moest hij 500 Mk. boete betalen. Hij weigerde dit te betalen en werd tenslotte in de gevangenis te Leuven opgesloten. Lachend voegde de oude molenaar er aan toe dat hij hiermee ook wist wat het leven in de gevangenis is!
Met ietwat spijt vertelde hij mij ook, hoe hij in zijn laatste levensjaren, te oud geworden om nog verder het molenaarsbedrijf uit te oefenen, zich verplicht zag de molen te verrkopen aan zijn knecht, V. Dekeyser. Verder verhaalde hij mij hoe, tijdens een noodweer in november 1929, de molen deerlijk gehavend werd en twee wieken ten halve overgebroken werden. Dat de molen, spijtig genoeg, onhersteld bleef en met zijn aldus verminkte ledematen bleef voortdraaien tot in 1931, om alsdan voor goed stilgelegd te worden.
Met een "krop" in de keel vertelde jij mij tenslotte dat hij in het voorjaar (het was in 1932) met eigen ogen heeft moeten vaststellen hoe de molen - zijn oude trouwe broodwinner - afgebroken werd, die molen waarbij hij als kind eens speelde, waar hij als man op werkte en waar hij als grijsaard afstand moest van doen! Met tranen in de ogen stamelde hij verder, terwijl zijn nog ten dele vereelte molenaarshand vrij onzacht op de tafel neerkwam, dat, indien hij nog over zijn volledige krachten moest beschikken, de nu verdwenen molen nog steeds wel onderhouden en in volle werking, het Duisburgse landschap zou siereni
 (afbeelding: tekening De Molen aan den Huldenbergse weg in het voorjaar 1932)  

Literatuur

Stan Jena, "De verdwenen windmolens van Duisburg", Eigen Schoon en de Brabander, XXI, 1938, 1, p. 45-47.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961;
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 4: arrondissement Leuven (A-L)", Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem', 1993.
Mededeling Wim van der Elst, Laken, 20.10.2013.

Overige foto's

<p>Molen Decoster<br>Molen Dekeyser</p>

Pentekening voorjaar 1932

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: donderdag 14 mei 2015

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens