Molenzorg

Rekem (Lanaken), Limburg


Het groot houten onderslagrad. Foto 1920. Verzameling Ons Molenheem
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Stadsmolen
Moleke

Ligging
Oude God
3621 Rekem (Lanaken)

op de Ziepbeek
kadasterperceel B783


toon op kaart
Type
Onderslag watermolen
Functie
Korenmolen
Gebouwd
1644
Verdwenen
1961, landgebouw, nu nog restanten
Beschrijving / geschiedenis

De Stadsmolen was een korenwatermolen met groot houten onderslagrad op de stadsgrachten, die in het zuiden gevormd worden door de Ziepbeek. Hij werd opgericht in 1644. nadat de stadsmuren heropgebouwd werden.

Het molenhuis sloot ten oosten aan bij de Nonnenpoort, die toegang gaf tot het domein van Norbertinnessenklooster gelegen buiten de wallen.

Aan de brug over de gracht naar het klooster betrok de molen haar water van de stadsgrachten die ter plaatse versmald waren. De molen, eigendom van de graaf, werd aan de meestbiedende verpacht.

De molen werd verkocht bij de Franse omwenteling op het einde van de 18de eeuw.

Eigenaars na 1840:
- voor 1844, eigenaar: Douven Willem, molenaar te Uikhoven
- 1846, verkoop: Tummers Jan, koopman te Rekem
- 1864, verkoop: Gorissen Gillis, landbouwer te Mopertingen
- 1874, erfenis: a) Gorisen Gillis, de erfgenamen, b) Gorissen-Renkens Lambertus en compagnie, molenaar te Rekem (vruchtgebruik)
- 1876, verkoop: Gorissen-Renkens Lambertus, molenaar te Rekem
- 1897: de weduwe en kinderen
- 1899, verkoop: Martin-Janssen Herman, de weduwe, handelaarster te Rekem
- later, huwelijk: met Colson Andreas, veekoopman te Rekem
- 1920, verkoop: Mommen-Verwimp Jan, molenaar te Rekem
- 1945, verkoop: a) Mommen Petrus Jozef, Pieter Leopold en Henricus Franciscus (3/4 naakte eigendom), b) Troch-Mommen Hubert (1/4 volle eidgendom), c) Mommen-Verwimp Jan, molenaar (vruchtgebruik)
- 1946, erfenis: a) Mommen Petrus Josephus, Victor Leopold, Maria Constancia en  Hendrik Franciscus (1/2 volle eigendom  1/2 naakte eigendom), b) Mommen Jan (1/2 vruchtgebruk)
- 1952, verkoop: a) Peulen Leonard, werkman te Uikhoven (later te Rekem) (voor 1/2), b) Kusters Constance, te Rekem (voor 1/2)

De Bestendige Deputatie van de provincie Limburg keurde op 17 januari 1849 de vastgestelde pegelhoogte van 0,807 meter goed. Reedss in 1847 werd een stoommachine geplaatst ("vuurmolen"), maar er werd ook nog mete waterkracht gemalen. De stoommachine werd in 1907 verwijderd. In 1923 werd de molen in het kadaster omschreven als een motorgraanmolen.  De molen bleef in gebruik tot bij het overlijden in 1957 van de laatste molenaar Mommen.

In 1961 werd het gebouw beschreven als landgebouw.
Nadien is de molen in woonhuis veranderd. Alleen de buitenmuren, die deel uitmaakten van de stadsmuren, wertonen nog de verankeringsplaatsen van het molenwiel en de toebehoren.

Lieven DENEWET & Heman HOLEMANS

Literatuur

Daris, Notices II, p. 136-138
Limburg, V, p. 252.
Rijksarchief Hasselt, Rekem-Graafschap:
- Afzonderlijke stukken, nr. 142 en 1454
- Gichten 45, p. 159
- Rolregister 8 nr. 323
- Rolregister 24, nr. 339 e.a.
Lucien Janssen, "De verdwenen watermolens op de Ziepbeek in het graafschap Rekem", Limburg, 1979, p. 134-140.
Lieven Denewet, Inventaris van de Limburgse watermolens met hun pegelhoogtes (1846-1849), Molenecho's, 39, 2011, nr. 2
Herman Holemans & Werner Smet, Limburgse watermolens. Kadastergegevens: 1844-1980, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1985, p. 68.
Lieven Denewet, "Honderd bespookte molens in Vlaanderen. Een verzameling molensagen van de kuststreek tot het Maasland", Molenecho's, XX, 1992, nr. 2-3.
Mailbericht Jan Loubele, Genk, 02.03.2014.

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: zondag 30 augustus 2015

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens