Molenzorg

Desselgem (Waregem), West-Vlaanderen


Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Molen op den Dam
Stratemolen

Ligging
Nieuwstraat 137
8792 Desselgem (Waregem)

noordzijde
schuin tegenover de Leopold III-laan
kadasterperceel A329


toon op kaart
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Gebouwd
ca. 1520
Verdwenen
1897, verplaatst naar Deerlijk
Beschrijving / geschiedenis

De Stratemolen was een houten korenwindmolen aan de noordzijde van de Nieuwstraat (nr. 137), schuin tegenover de Leopold III-laan.

Rond 1520 bouwde Triestram van Aken, pachter op het "Munkenhof" (Munkenhofdreef nrs. 4-6), op een kouterrug langs de huidige Nieuwstraat (deel van de Grote Heerweg tussen Kortrijk en Gent) de korenwindmolen genaamd "Molen op den Dam".

Op de figuratieve kaart van Desselgem, opgemaakt in 1620 door landmeter Lowijs de Bersacques, vinden we de herberg "In Sint Elooi" aan het kruispunt "Straete" weer met net ten oosten ervan de "Molen op den Dam". Sanderus stelt in zijn Flandria Illustrata (1641) het praetorium of het hof van de Sint-Pietersabdij van Desselgem ("Munkenhof") voor als een met water omringd hof met bijgebouwen; op de achtergrond wordt de tweebeukige parochiekerk zonder toren en de "Molen op den Dam" weergegeven. Op de figuratieve kaart van de parochies Desselgem en Beveren, opgemaakt in 1675 door Gudwalus van der Mariën, vinden we de "Molen op den Dam" nabij et kruispunt "Straete" aan "De Groote heerstrate. Op de figuratieve kaart van de Sint-Pietersheerlijkheid, opgemaakt door Joseph de Coster in 1764, is "den grooten heerewegh naer vijfve Ste Eloij" nog steeds onbebouwd, met uitzondering de bebouwing aan het kruispunt "Straete".

We zien de molen ook aangeduid op:
- de Villaretkaart (1745-1748) met het bruin symbool van een staakmolen en met de benmaing "Moulin d'Esselghem"
- de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen en met de benaming "Moulin de Desselghem".
- de Atlas der Buurtwegen (ca. 1845) met de aanduiding van de vier teerlingen, zonder benaming.

Eigenaars:

- Guillelmus "Willem" Goemaere (+1802) nam in 1774 de uitbating over van zijn moeder Magdalena Veys. Hij huwde met Reine Storme (+1822) en richtte tussen 1805 en 1814 herberg "Het Damberd" op. Hij wist de molen aan te kopen en werd opgevolgd door zijn oudste zoon was Judocus "Joos" Goemaere (+1842), die huwde met Theresia Vervaeke. De erfenis van Joos Goemaere, met inbegrip van de molen, werd in 1842 openbaar verkocht.
- voor 1834, eigenaar: Goemare Judocus en kinderen, molenaars te Desselgem
- 1842, erfenis: de kinderen (overlijden van Judocus Goemaere)
- 1842: openbare verkoop.
- 17.09.1870, verkoop: Nollet Adolphe, landbouwer te Desselgem (notaris Reyntjens)
- 29.01.1884, verkoop: a) De Craene Désiré, landbouwer te Desselgem, b) De Craene Honoré, landbouwer te Desselgem, c) De Craene Felix, landbouwer te Desselgem en d) De Craene Philemon, landbouwer te Desselgem (notaris Storme)
- 08.04.1889, erfenis: a) De Craene Désiré, landbouwer te Desselgem, b) De Craene Honoré, de kinderen (De Craene Hypolite, werkman te Desselgem, De Craene Aloïse, landbouwer te Mullem en De Craene Jules, werkman te Deerlijk), c) De Craene Felix, landbouwer te Desselgem en d) De Craene Philemon, landbouwer te Desselgem (overlijden van Honoré De Craene)

Enkele huurders-molenaars:
- Guillelmus "Willem" Goemaere (+1802) nam in 1774 de uitbating over van zijn moeder Magdalena Veys. Hij huwde met Reine Storme (+1822) en richtte tussen 1805 en 1814 herberg "Het Damberd" op. Hij wist de molen aan te kopen en werd opgevolgd door zijn oudste zoon was Judocus "Joos" Goemaere (+1842), die huwde met Theresia Vervaeke. De erfenis van Joos Goemaere, met inbegrip van de molen, werd in 1842 openbaar verkocht. 
- tot 1856, Petrus Goemare, gehuwd met Coleta Pauwels, van vader op zoon (in 1856 verhuisd naar de Brandemolen te Deerlijk)
- 1856-1879: Pieter Matton, landbouwer van Deerlijk, gehuwd met Amelia Vervaecke, landbouwster; in 1879 vertrokken naar Zulte

Op de kaart van het Militair Cartografisch Instituut (1873) werd de molen van de Dam aangeduid bij de wijk Straete.  In 1897 verkochten de kinderen Decraene de molen op de Dam aan Gustaaf De Coninck, die de molen ontmantelde en bij het station van Deerlijk heroprichte. Rond 1900 ontstonden er aan de Nieuwstraat nog steeds nieuwe drankgelegenheden, zoals de verdwenen houten graanmolen (nr. 147). De molen staat thans in Stasegem (Harelbeke) in het recreatiedomein De Gavers (Koutermolen).

Zie ook: Deerlijk, Statiemolen
             Harelbeke, Koutermolen I en II

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Bijlagen

Torie Mulders (pseudoniem van Hector Vindevogel), "De windmolens tussen Schelde en Leie", in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (71-72).

Oostweerd de plaatse stond de Stratemolen ter wijk Strate, links van de straat naar St-Eloois-Vyve, was van menschen geheugen bewoond door de familie Goemare die in 1856 verhuisde naar de Brande te Deerlijk. Werd opgevolgd door Pieter Matton, landbouwer van Deerlijk, gehuwd met Amelia Vervaecke, ook van den boerestiel, die vertrok in 1879 naar Zulte. De boerestiel was hier niet gunstiger dan het maalbedrijf. Werd verkocht en verplaatst naar Deerlijk-statie (...)
In Staceghem, parochie afhangende van de gemeente Harelbeke, draait nog de Koutermeulen.
Ze brandde af op Palmzondagmorgen 1892 (noot lees: 1891).
August Gheyzens kocht de Brandemeulen die afgebroken op den dam te koop lag in openbare veiling den Woensdag erop volgende en herbouwde ze waar zijn molen afbrandde.
Ze werd op bevel der Duitschers afgetakeld in 1918.
De molen aan de statie te Deerlijk, gebouwen door Gustaaf Deconinck in 1897, komende van Desselghemstrate van de Kinders Decraene, werd in 1919 te Staceghem geplaatst, en draait nog heden ten dage, bewerkt door Gheyzens molenaar te Staceghem.

Literatuur

Archiefbronnen en landkaarten

Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nr. 558: Kaerte figuratieve van de groote thienden in de prochie van Desselghem door Louis de Bersacques, 1620.

Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nr. 559: Kaerte figurative van de heerlykheyd van de parochie van Desselghem en Beveren met hun bestrek in de parochien Wareghem en Deerlyck, competerende d'abdy van St-Pieters, gemaekt door Gudwalus Van der Marien, 1675.

Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nr. 561: Kaerte figurative van de gelegendheyd der vry-eygen kerke heerlykhede van Ste-Pieters Desselghem, competerende de exemple abdye van Ste-Pieters nevens Gent, bestrekkende binnen de prochien van Desselgem, Beveren, Deerlyk en Waereghem, gemaeckt ten jaere 1764 door Joseph de Coster.

Rijksarchief Kortrijk, Gemeentearchief Desselgem, nr. 10: Sesden canton genaemt den Driesch, in Landtboeck der prochie van Desselgem, C.P. Minne, 1771.

Villaretkaart (1745-1748)

Ferrariskaart (ca. 1775)

Atlas der Buurtwegen (ca. 1844)

Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) (niet aangeduid)

Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)(niet aangeduid)

Kaart van het Militair Cartografisch Instituut (1873)(wel aangeduid)

Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Desselgem, 1880/1, 1880/2, 1882/3, 1902/5, 1905/5, 1907/6, 1908/1, 1909/5, 1911/10, 1914/9, 1914/10, 1920/11, 1925-1926/15, 1931/8, 1931/11, 1938/6, 1941/3, 1947/11, 1960, 1969/12.

Literatuur

Coorevits S. & De Clercq E., Vensters op het Verleden, Erfgoedwandelingen in Beveren-Leie, Desselgem en Sint-Eloois-Vijve, 2008, p. 34-38.
Coorevits S., Waregem graag gezien, Waregem-Beveren-Leie-Desselgem-Sint-Eloois-Vijve, Brugge, 2005, nrs. 148, 151, 170.
Debrouwere M., Ducatteeuw E., De Sint-Pietersheerlijkheid op Desselgem, Beveren, Waregem en Deerlijk, Het Munkenhof, in De Gaverstreke, jg. 5, 1977, p. 97-98.
Debrouwere M., Ducatteeuw E., Van woonsteden en mensen in Desselgem, 5. Het Munkenhof (vervolg), in De Gaverstreke, jg. 16, 1988, p. 139.
M. Debrouwere & E. Ducatteeuw, Van molens en molenaars te Beveren-Leie en Desselgem, in De Gaverstreke, jg. 6, 1978, p. 284, 294-295.
M. Debrouwere & E. Ducatteeuw, Nog over de molens en de molenaars van Beveren-Leie en Desselgem, in De Gaverstreke, jg. 9, 1981, p. 413-415.
Debrouwere E., Ducatteeuw M., Desselgem, in De Leiegouw, jg. 20, 1978, p. 331-332.
De Flou K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, 1924, Deel IV, kolommen 1058, 1112.
Torie Mulders (pseudoniem van Hector Vindevogel), "De windmolens tussen Schelde en Leie", in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (71-72).
Jaarboek De Gaverstreke, jg. 1995, p. 393-394.
Delange B., Ducatteuw E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen, Een tijdskroniek, in De Gaverstreke, jg. 33, 2005, p. 237-238, 259-265, 274-277, 288-290.
Delange B., Ducatteeuw E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen, Een tijdskroniek (deel 2), in De Gaverstreke, jg. 34, 2006, p. 145-149, 181, 184.
Delange B., Ducatteeuw E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen (4), in De Gaverstreke, jg. 36, 2008, p. 305-306, 328-331.
Holemans Herman, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 2. Gemeenten D-G, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1994.
Vanwalleghem A. & Creyf S., Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Waregem met deelgemeenten Sint-Eloois-Vijve, Desselgem en Beveren-Leie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL45, 2010.

Mailbericht
Matthias Storme, 09.06.2018.

 

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: maandag 11 juni 2018

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens