Molen Van Hecke
oostzijde
tegenover Schuttershoflaan
Poezelhoek
kadasterperceel C532
De molen Van Hecke was een houten korenwindmolen aan de oostzijde van de Koningin Fabiolastraat (nr. 57), aan de rotonde tegenover de Schuttershoflaan, op de Poezelhoek.
We zien hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen, in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1846), op de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855).
Op 17 april 1765 bekwam Louis-Xavier Vanackere uit Zwevegem het octrooi voor het bouwen van een korenwindmolen op de "Poeselhouck" in Gullegem, aan "de straete leidende van de Platse naer Wevelghem", nu de Koningin Fabiolastraat, binnen de heerlijkheid van Vollander.
Na zijn overlijden in 1769 kwam de molen in handen van zijn zus en haar man. Zo werd Carolus Ludovicus (Karel) Vandemoortele de nieuwe molenaar. Karel Vandemoortele en Maria-Dorothea Van Acker hadden acht kinderen en samen met de zonen bouwde Karel een bloeiende molenaarszaak met bakkerij uit. Om fiscale redenen en ook omdat het bij zijn status paste, liet hij zich als buitenpoorter van Menen registreren.
Na het overlijden van zijn moeder nam Joseph Vandemoortele de molenaarsaak opver. De familie schonk toen aan de Sint-Amanduskerk van Gullegem het schilderij "De doop van Chirstus", één van de oudste schilderijen uit de ker.
Vader Karel Vandemoortele stierf op 82-jarige leeftijd in 1801. In de volkstelling van 1814-'15 stonden Martin en Catharina Coussement-Creupelandt als molenaars en eigenaars van de molen ingeschreven.
Rond 1830 waren de weduwe en de kinderen van Martin Coussement-Creupelandt de eigenaar. Zelfs na het overlijden van de moecer op 4 april 1844 bleven de kinderen in overdeeldheid de eigenaars.
Pas op 24 maart 1869 werd de molen verkocht (akte notaris Buysens). Van dan af waren het de kinderen Isidore, Edourd en Constance Coussement die samen de molen beheerden.
In 1878 kwam Henri Vanhecke zich als molenaar vestigen, terwijl de kinderen Coussement eigenaars bleven. De molen werd in de volksmond "Vanheckes molen" genoemd.
Isidore Coussemen overleed op 16 januari 1890 en broer Eduard op 13 november 1896, zodat zus Constance Coussement de enige eigenares werd.
Na haar overlijden op 15 april 1905 erfde Jules Vanoutrive-Denduyver uit Gullegem. Een jaar later verliet molenaar Henri Vanhecke de staakmolen om de stenen windmolen (Coucke) die 200 meter verder (huidige Fabiolastraat) stond, te verwerven. Vermoedelijk vond men geen pachter meer.
De staakmolen werd in mei 1907 afgebroken.
Hendrik GHESQUIERE
Carolus Ludovicus Casimerus Vandemoortele, butienpoorter van Menen en molenaar te Gullegem (latere molen Van Hecke)
geboren te Gullegem op 28 augustus 1720
overleden te Gullegem op 2 mei 1801
gehuwd met Maria Dorothea Van Acker
geboren te Gullegem op 8 november 1720
overleden te Gullegem op 15 maart 1786
Acht kinderen, waaronder:
Joannes Baptista Vandemoortele
geboren te Gullegem op 10 november 1749
overleden te Pittem op 18 oktober 1788
gehuwd te Pittem op 9 september 1772 met Marie Jacoba Soenen
geboren te Pittem rond 1748
overleden te Pittem op 12 april 1835
Archieven
Algemeen Rijksarchief Brussel, Financiële Rad, nr. 1874 (oprichting, 1765)
Werken
Ghesquière Hendrik, De geschiedenis van de herberg Het Molenwalleke, ’t Meiboompje, XXVIII, 2011,3,p.5-38.
Ghesquière Hendrik, Watermolen op de Heulebeek te Gullegem (15de-16de eeuw), ’t Meiboompje, XXIX, 2012, 2, p. 18-27.
Het Molenwalleken of Van Hecke’s molen te Gullegem, Curiosa, XXXVIII, 2000, nr. 380, p. 23-24.
Ghesquière Hendrik, Ambachten en bedrijven te Gullegem in de 18de eeuw, ’t Meiboompje, XVIII, 2001, 4, p. 137-140.
De redactie, De verdwenen windmolens van Gullegem, ’t Meiboompje, XX, 2003, 2, p. 60.
Rijksarchief Brussel, Financiële Raad, nr. 863, f° 1873.
't Meiboompje, XII, 1995, 2, p. 54.
[Vanhoutte Herman e.a.], Wevelgemse molens. Een kroniek, Wevelgem, Culturele Raad Wevelgem, 2010, 56 p.
Herman Holemans, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 2. Gemeenten D-G, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1994.
De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.