De stenen Bochtmolen was een stenen bergmolen in de Vinkenstraat, die in 1853 gebouwd werd als graanmolen en in 1909 tevens ingericht werdals schorsmolen.

Opeenvolgende eigenaars:
- 10.06.1850, deling (van de grond) door a) Lebon Jean Jacques Justin, kandidaat-notaris te Geel, b) Lebon François Pierre Lucas, onderpastoor te Gierle en c) Lebon Norbert Ives, apotheker te Geel (onderhandse akte)
- 1853, opbouw: a) Lebon-Cools Jan Jacob, organist te Geel en b) Caers Benoît Stanislas, advocaat te Turnhout ("nouvelle construction d'un moulin à vent sur terrain vierge").
- 02.04.1858, verkoop: Smans-Haesendonckx François, molenaar te Geel (notaris Ceulemans)
- 26.01.1859, verkoop: Raeymaekers-Claes Charles, molenaar te Geel (notaris Ceulemans)
- 01.09.1873, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Charels Raeymaekers)
- 04.10.1889, verkoop: Raeymaekers-Schillebeeckx Petrus Livinus, molenaar en later herbergier te Retie (notarissen Verbist en Verbruggen)
- 08.05.1909; verkoop: Raeymaekers-Van Sant Victor, landbouwer te Geel-Holven (notaris Verbist)
- 03.08.1910, erfenis: en de kinderen (overlijden van vrouw Van Sant)

Op 18 augustus 1911 brandde de stenen molen geheel uit. Molenaar Victor Raeymakers-Van Sant, bekend als "Fik", installeerde in de romp een graanmolen die werd aangedreven door een gasmotor. In 1917 werd aan deze inrichting een oliemolen toegevoegd die eveneens met de gasmotor draaide. Hij was echter niet tevreden van zijn voormolen en kocht in 1921 in Pepingen de onderdelen van de afgebroken Ronnebergmolen en liet die in Geel weer oprichten naast de stenen molenromp, op het perceel F572f.

De laatste molenaar was Jules Raeymakers, geboren te Geel op 07.07.1912 en er overleden op 16.11.1995.

De stenen romp werd gesloopt in 1939, de houten molen in 1955.

Zie ook onder: Geel - Houten Borchtmolen
                      Heikruis - Molen van Trop
                      Pepingen - Ronnebergmolen

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Geel van gisteren tot morgen, Mol-Geel, s.d.
Goeden dag uit Gheel, 1901-2001, Geel, 2001.
Jaarboeken van de Vrijheid en het Land van Geel, I-XXXV, 1962-1999.
E. D(e) K(inderen), "Herinneringen aan de Kempische molenaar Fik Raeymaekers. 'De molen van Holven' ook Molen van de Bocht genoemd te Geel", De Belgische Molenaar, LXXII, 1977, 12 (22 juni), p. 162-164.
M.H. Koyen & M. De Bont, Geel door de eeuwen heen, Geel, 1975.
A. Nevelsteen, Geel met zijn gehuchten, Tongerlo, sine dato.
W. Van Broeckhoven, Geel in oude prentkaarten, Zaltbommel, 1972.
H. Holemans & P.J. Lemmens, Molens der Zuiderkempen, Nieuwkerken, Studiekring Ons Molenheem, 1978, p. 30-33.
Herman Holemans, "Wind- en watermolens ivan de provincie Antwerpen. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 1. Gemeenten A-G", Opwijk, Studiekring "Ons Molenheem, 2009.
F. Belmans & W. Van Broekhoven, De Molens te Geel, in: De Zuiderkempen, XI, 1942, nr. 2, p. 39-46, 101-102.
M. De Bont, De Molens van Geel, Geel, 1981, p. 13, 27.
P.J. Lemmens, Molenoverzicht uit het Arrondissement Turnhout van 1830 tot heden, Heemkundig Handboekje voor de Antwerpse Randgemeenten, Kwartaalschrift, Borgerhout, Gitschotel Buurschap, Jg. 12, [1964], nr. 3, p. 6.
Molenzorg vzw, "Vlaamse molenvrienden ons ontvallen in 1995", Molenecho's, XXIII, 1995, 4, p. 204.