Molen te Beaulieu
Molen te Béolme
Behaelenmolen
zuidwestzijde
1,8 km ten N v.d. kerk
kadasterperceel A243
De Molen te Beaulieu of Molen te Béolme was een houten graanwindmolen was gelegen aan de zuidwestzijde van de Herdersstraat, tegenover nr. 1, bij het gehucht "Vier Abelen".
De staakmolen werd vóór 1583 gebouwd. Naast de windmolen stond in 1844 een rosmolen.
We zien de molen aangeduid op:
- de Villaretkaart (1745-1748) als een staakmolen met de benaming "Moulin de Beaulieu"
- de Ferariskaart van ca. 1775 onder de benaming "Behaelen Molen".
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1844) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen en met de benaming "Moulin de Beaulieu".
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) met de benaming "Moulin de Beaulieu"
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855) als "Moulin de Beaulieu"
In de volksmond sprak men over de "Molen te Béolme", let op de Vlaamse volksetymologische vervorming van "Beaulieu".
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Maes Petrus, molenaar te Helkijn
- 27.06.1844, deling: a) Maes Louis, molenaar te Helkijn en b) Maes Cathérine, te Helkijn (notaris Deguffay - graanwindmolen en rosmolen)
- 01.01.1889, verkoop: Maes Louis, herbergier te Helkijn (notaris Nolf)
- 07.02.1889, verkoop: Maes Jules, landbouwer te Sint-Denijs-Westrem (mutatie uitgevoerd na vonnis)
- 22.09.1896, verkoop: (van het gebouw) Meersseman-Verdonck Frederik, molenaar te Helkijn (notaris Opsomer) - de grond behoort aan Doutreligne-Camerlinck Firmin, de weduwe (voor 1/2 vruchtgebruik) en kind Doutreligne Stefaan (voor 1/2 vruchtgebruik + 1/2 naakte eigendom), eigenaar te Sint-Denijs.
De molen stond in de laagte en dus slecht in de wind. De laatste moelnaar was Dumortier, afkomstig van de nog bestaande Mortiersmolen van Zwevegem.
De staakmolen werd op 10 oktober 1918 door de Duitsers vernield. De molendam bestond nog in de jaren 1930.
De vroegere molenaarswoning, die deel uitmaakt van een boerderij, bestaat nog en is gelegen aan de overzijde (Herdersstraat 1). Het is een kleine hoeve met laat 19de-eeuws uitzicht bestaande uit lage bakstenen bestanddelen onder pannen zadeldaken. Ten zuiden staat het woonhuis van vijf traveeën, licht getoogde muuropeningen deels met bewaard schrijnwerk. Ten noordoosten is er een schuur. De gebouwen zijn opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Torie Mulders (pseudoniem van Hector Vindevogel), De windmolens tussen Schelde en Leie, in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (66).
Meer te lande weerd in, stond de "Moulin de Beaulieu", maar hier mondsgemeene de "Molen te Béolme" genoemd.
't Heeft toch nog wat tongedraaien gekost, meen ik vooraleer de Vlamingen hier van Beaulieu, Béolme hebben kunnen maken.
Ze stond op het gehucht "De vier Abeelen" in de leegte slecht te winde. Ze wierd als zoovele andere den 10 October 1918 door de Duitschers vernield.
Ze werd gebruikt door Dumortier, afkomstig van den houten molen te Sweveghem. De molendam is nog ongeschonden.
Archieven en landkaarten
- Fricxkaart (1712)
- Villaretkaart (1745-1748)
- Ferrariskaart (ca. 1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1844)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)
Werken
- De Gunsch A. & De Leeuw S. m.m.v. Scheir O., "Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Spiere-Helkijn, Deelgemeenten Helkijn en Spiere, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL16", 2005. Agentschap Onroerend Erfgoed, Inventaris Onroerend Erfgoed, object 72131.
- Despriet P. & Castelein R., "Helkijn in Archeologische en historische monografieën van Zuid-West-Vlaanderen", nr. 20, Kortrijk, 1988.
- "Een dorp in de West. Helkijn, het dorp van de bisschoppen van Doornik", in Curiosa, nr. 395, jg. 40, 2002, p. 25-30.
- Dewert Jules, "Les Moulins du Hainaut. Tome V. Arrondissement de Tournai", Zulte, Luc Goeminne, 1981, p. 91-92.
- Holemans Herman, "Molens te Spiere-Helkijn", Ons Molenheem (Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem), juni 1991, nr. 2, p. 8-12.
- Holemans Herman, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel III. Gemeenten H-J, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1995.
- Mulders Torie (pseudoniem van Torie Mulders), De windmolens tussen Schelde en Leie, in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (65-66).
- Pottie Gustaaf, "Over oude Molens", in: "De Leiegouw", jg. 9,1967, nr. 1, p. 144-146.
De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.