Oliemolen Reypens
zuidzijde
Pettendonkvelden
kadasterperceel I 104
De Oliemolen Reypens was een houten oliewindmolen op de zuidzijde van Berlarij (nr. 34), achter de olieslagerswoning die tegen de straat was gelegen, in de Pettendonkvelden in het zuidoosten van de stad.
De molen komt nog niet voor op de Ferrariskaart (ca. 1775).
Volgens de legger van P.C. Popp (ca. 1850) was de "Oliewindmolen" dan in het bezit van koopvrouw Maria Josepha Reypens en zussen. De molen was ingedeeld in klasse 2 en had een kadastraal inkomen vann 120 frank (bebouwd) en 99 cent (onbebouwd - grootte 1,12 are).
Kort nadien verdween de molen.
Lieven DENEWET
Bergmann A., Geschiedenis der stad Lier, Antwerpen, 1873, p. 133-135; Lier, 1973, derde druk.
Beukeleirs J., Economische studie over de stad Lier, in 't Land van Ryen, 1961, p. 49-62.
Boschmans M., Stadsversterkingen en waterlopen te Lier, in 't Land van Ryen, 1956, p. 21-29.
De Clercq R.M., Brief aan Herman Holemans over Lierse molens, 09.08.1976.
Janssens B., "Water- en windmolens in het oude Lier", in: 't Land van Rijen, IV, 1954, p. 49-57.
Janssens B., Album Oud Lier, s.l., s.d.
Lens A., Lier voorheen en nu, Antwerpen - Roeselare, 1986.
Lens A.-Mortelmans J., Gids voor oud Lier, Antwerpen, 1980.
Melis H., "Water- en windmolens in Oud-Lier", in: De Nieuwe Gazet, 265.7.1972.
Stadsgezichten Lier, Mens en Ruimte V.Z.W., 1978.
Van der Auwera, Brief aan Herman Holemans over de Lierse molens, 09.08.1965.
Van der Wee H., Een stad groeide uit het moeras, Overdruk uit 't Land van Ryen, 1962.
Van der Wee H., Lier in het economisch historisch perspectief, in 't Land van Ryen, 1956, p. 49-60.
Verhulst A.-Duvosquel J.M. (o.l.v), Historische stedenatlas van België. Lier, Brussel, 1990.
A. Lens & J. Mortelmans, Lier in oude prentkaarten, deel II, Zaltbommel, 1979.
H. Holemans & P.J. Lemmens, "Molens der Zuiderkempen", Nieuwkerken, Ten Bos / Studiekring Ons Molenheem, 1978, p. 60-61 (niet vermeld).
De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.