De Watermeulen was een watermolen met onderslagrad in de Molenmeersen, nabij de huidige Molenmeersenstraat, op de Sint-Jansbeek, in een woonwijk ten noorden van Wervik.

De watermolen werd in 1569 opgericht als vol- en oliewatermolen. Marcq de Milleville, een landbouwer en "bonnettenvolder" uit Komen en gebruiker van de rosvolmolen aldaar, verkreeg op 4 juni 1569 de toestemming van de Rekenkamer van Rijsel om deze molen op ter ichten. Hij moest een jaarlijkse cijns van 20 schellingen betalen aan de ontvanger van Wervik. Tijdens de gebruikelijke gbekendmakingen van de oprichting, op drie zondagen aan de kerk van Wervik, werd geen protest aangetekend.

De molen werd zeker opgericht: een stuk uit 1572 vermeldt de "Vulmeulen". Ondertussen verkeerden we met de troebelen in "benauwde" tijdsomstandigheden. De in Wervik geproduceerde "karpetten" en "bonnetten" vonden geen ernstige afzetgebieden meer. Zeker werd de volmolen stilgelegd en verlaten, mogelijk werd hij ook vernield.

Tussen 1600 en 1649 werd de watermolen herbouwd en ingericht als graanmolen. Hij werd gesloopt tussen 1703 en 1749 omwille van het te geringe waterdebiet. Vooral in de zomer moest de molen noodgedwongen stilstaan.

Lieven DENEWET

Lieven Denewet, "Volmolens in Vlaanderen en Waals-Brabant. Deel 1. Geografische en chronologische inventaris", in: Molenecho's, jg. 1988 (themanummer), nr. 2-3, p. 133-134.
Herman Holemans, "West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 8. Gemeenten V-Z , Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2005, p. 46-47 (niet vermeld).
J. Maes, "Wervikse Molens", in: De Belgische Molenaar, LIX, 1959, p. 156, 190-192 (niet vermeld)
J. Maes, "Nog over Wervikse Molens", in: De Belgische Molenaar, LVII, 1962, p. 127 (niet vermeld)
R. Defrancq, Bijdragen tot de geschiedenis van Wervik, 1960, 128 p., ill.; vol. 2, 1961, 225 p., ill.; vol. 3, 1966, 267 p.-XXX p., ill.