Molen van Jan Tobbin
bij de kerk van Hoeke
De molen van Jan Tobbin of de Oostmolen was een houten korenwindmolen die bij de kerk van Hoeke stond. Hij werd daar gebouwd omdat daar de dichtste bewoning voorkwam. Of die plaats binnen de stadspalen ook financiële voordelen of nadelen opleverde, is niet bekend. Later wordt echter nooit meer een molen vermeld binnen de stadspalen.
De staakmolen wordt voor het eerst vermeld in 1324, In dat jaar werd bij het begin van een kleine polder langs het Zwin, dat toebehoorde aan Jan Tobbin, heer van Reigersvliet, naast de molen niet ver van de kerk van Hoeke, een tiendepaal gezet. Het bewuste poldertje werd later opnieuw door de zee overstroomd en meteen verdween ook deze molen.
Daarop lieten de heren van Oostkerke de Oostmolen oprichten in Oostkerke, aan de noordzijde van de straat van Oostkerke naar Hoeke. Tenslotte hebben de Heren van Oostkerke, voor 1481, na het delven van de Hoekevaart, hun Oostmolen verplaatst naar Hoekebrug waar nu nog altijd de Hoekemolen staat.
Zie ook: Oostkerke, Oostmolen
Hoeke, Hoekemolen
Lieven DENEWET & René DE KEYSER
Archief Spermalie, Register renten en landen van de kerk van Oostkerke, anno 1481, f° 12, art. 63 (vermelding 1481). M. Coornaert, Een overzicht van de molens in het Noordvrije, in: Liber Amicorum René De Keyser, Speciale uitgave, Geschied- en Heemkundige Kring Sint-Guthago, 1985, p. 43-78.
René de Keyser, "De molen van Hoeke", in: Rond de Poldertorens, XXIX, 1987, p. 27-36
R. De Keyser: "De Dorpsmolen van Oostkerke", in: Rond de Poldertorens. Handelingen van de Kring voor Heemkunde en Geschiedenis "Sint-Guthago" voor de Ambachten van Dudzele, Oostkerke, Lissewege en Moerkerke, Driemaandelijks tijdschrift, Oostkerke, jg. 27 (1985), p. 145-187, ill.
De Keyser R., "Dorpsmolen Oostkerke", in De Kleine Kroniek, jg. 11, nr. 1, 2003, p. 895-905.
Hillewaert B., "Archeologische inventaris Vlaanderen. Band II: Oostkerke-bij-Brugge", Gent, 1984, p. 184, 395-406.
De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.