Molenzorg

Neder-Over-Heembeek (Brussel), Brussels Hoofdstedelijk Gewest


Foto 1938 (coll. Wim van der Elst, Laken)
Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Watermolen van Over-Heembeek
Molen Vander Eycken

Ligging
Lombartzijdestraat
1120 Neder-Over-Heembeek (Brussel)

vroegere Molenstraat
op de Molenbeek, Heembeek of Beysegemgracht
kadasterperceel D111


toon op kaart
Type
Bovenslag watermolen
Functie
Korenmolen
Gebouwd
voor 1173
Verdwenen
1913, stoomgraanmolen / ca. 1960, sloop gebouw
Beschrijving / geschiedenis

Aan de watermolen van Over-Heembeek in de Lombartzijdestraat (tot in 1921 trouwens de Molenstraat), die pas in de jaren 1960 verdween hebben velen nog wel herinneringen. In 1173 stond eigenaar Philippus van Hembecke sommige rechten op zijn watermolen af aan de abdijen van Affligem en Grimbergen.

In 1676 werd de watermolen, samen met de windmolen, het Beyaerdkasteel en een hoeve, bij de verdeling van de erfenis van Jan Bolarte toegewezen aan zijn oudste zoon, terwijl de jongste zoon bezittingen in Neder-Heembeek kreeg.

Alphonse Wauters schreef in 1855 als ooggetuige dat het kasteel toen al een 70 jaar geleden verdwenen was (allicht in de nasleep van de afschaffing van het ancien régime na de Franse invallen), maar dat de vijver die er voor lag en toen schijnbaar nog bestond een watermolen voedde die veel dieper gelegen was. Het water werd er heen gevoerd via een houten leiding die boven de Molenstraat liep. Maar dat moet allang geleden zijn, niemand heeft nog enige herinnering aan die leiding of aan de vijver. Jan Verbesselt bezat een tekening uit 1887 van een zekere M.J. Godart-Meyer waarop dat nog zou afgebeeld staan.

Waarschijnlijk is dat deze die we terugvonden in "L'lllustration Européenne" van dat jaar. Men ziet er inderdaad hoe het water vanuit de vijver voor het Beyaardkasteel via een houten goot van de kant van de Kruipweg over de toenmalige Molenstraat (de huidige Lombardzijdestraat) werd gevoerd en op het grote molenrad (type bovenslagrad) viel.

Op oude kaarten, zoals in het " Kardt boeck" van Jacobus 't Kint uit 1749 ziet men hoe voor het Beyaerdkasteel (dat hier wel met veel fantasie is weergegeven) inderdaad een vijver lag. De bovenste rij bomen zou dan de Kruipweg vormen, de onderste rij de Molenstraat die een stuk lager lag. Men ziet hoe het water naar de molen, het onderste gebouwencomplex, loopt.

Op een kaart uit 1906 is er al geen vijver meer te zien. Maar men kan wel de loop van de Molenbeek volgen, vanuit de velden boven op de Laskouter, onder de Beizegemstraat, door de weide van "den Beis", onder de Kruipweg en over de Molenstraat, om dan een bocht naar rechts te maken (dat kan men ook zien op de tekening uit 1887) en tussen de huidige Gemene Beemdenstraat en Kasteel Beyaerdstraat onder de Heembeekstraat te lopen en dan weer naar links af te buigen en onder het laatste stuk van de Gemene Beemdenstraat door in de collector aan de oever van de vaart uit te monden. Voor de verbreding van de vaart kwam de beek ongetwijfeld uit in de "Leibeek" of Kleine Zenne die langs de vaart liep tot aan de Drie Gaten en daar via een sifon onder de vaart in de Zenne zelf liep.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: De Cock Egide Franciscus, handelaar te Brussel
- 21.07.1842, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Egide De Cock)
- 15.03.1851, deling: De Cock Nicolaas Josephus, rentenier te Sint-Joost-ten-Node
- 15.10.1857, deling - registratie: de weduwe (overlijden van Josephus De Cock)
- 07.06.1880, deling: Bingé-De Cock Herman, eigenaar te Kontich (notaris Eliat)
- 06.09.1882, verkoop: Vandereycken-De Boeck Victor (°Neder-Over-Heembeek 16.08.1847), molenaar te Neder-Over-Heembeek (notaris Van der Burght). We vinden deze molenaar terug in een kiezerslijst uit 1894.

Victor Vanderecyken had als bijnaam "die van de meulen" en was niet de eerste molenaar van zijn familie. Blijkbaar heeft een zoon hem nog opgevolgd, en is een dochter van die zoon gehuwd met Miel Hemmerechts (1889-1981) wiens zoon Charel Hemmerechts in Uil&Spiegel van september en oktober 1987 herinneringen aan de molen ophaalde. Volgens hem was de molen nog in bedrijf tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, maar draaide hij toen al wel op gas. In 1913 was een "petrolmoteur" geplaatst en werd de molen in het kadaster omschreven als een stoomgraanmolen. Op het schilderij van J. Ballewyns uit 1915 is het houten bovenslagrad niet meer te zien.

Op foto's van 1938 ziet men het het nog gave molenerf in de diepte naast de Lombartzijdestraat liggen. Tekeningen en foto's uit de jaren 1950 tonen de molen al verlaten en in verval. In de jaren 1960 werd het vervallen gebouw gesloopt.

Wim VAN DER ELST

Bijlagen

Wim van der Elst, "De drie watermolens van Heembeek", Uil & Spiegel, Maandblad van uw wijk (Gemeenschapscentrum Heembeek - Mutsaard vzw), XXXII, 2005, 9 (nov), p. 1-3.

In een vorig stukje hebben wij het gehad over de enige windmolen die Heembeek rijk is geweest, maar die meer dan honderd jaar geleden verdween zodat het enige wat er nog van resteert enkele oude postkaarten zijn.

Aan de watermolen van Over-Heembeek in de Lombartzijdestraat (tot in 1921 trouwens de Molenstraat), die pas in de jaren zestig verdween hebben velen nog wel herinneringen. Jan Verbesselt vond een tekst terug uit 1173 waarin reeds een watermolen vermeld wordt die door een Philippus de Hembecke verkocht werd aan de abdij van Affligem.

In elk geval was het "onze" molen die in 1676 bij de verdeling van de erfenis van Jan Bolarte samen met de windmolen, het Beyaerdkasteel en een hoeve erbij toegewezen werd aan zijn oudste zoon, terwijl de jongste zoon bezittingen in Neder-Heembeek kreeg.

Alphonse Wauters schreef in 1855 als ooggetulge dat het kasteel toen al een 70 jaar geleden verdwenen was (allicht in de nasleep van de afschaffing van het ancien régime na de Franse invallen), maar dat de vijver die er voor lag en toen schijnbaar nog bestond een watermolen voedde die veel dieper gelegen was. Het water werd er heen gevoerd via een houten leiding die boven de Molenstraat liep. Maar dat moet allang geleden zijn, niemand heeft nog enige herinnering aan die leiding of aan de vijver. Jan Verbesselt bezat een tekening uit 1887 van een zekere M.J. Godart-Meyer waarop dat nog zou afgebeeld staan.

Waarschijnlijk is dat deze die we terugvonden in "L'lllustration Européenne" van dat jaar. Men ziet er inderdaad hoe het water langs een houten bak van de kant van de Kruipweg over de toenmalige Molenstraat (meer een wegje ... ) werd gevoerd en op het grote molenrad viel.

Op oude kaarten, zoals in het " Kardt boeck" van Jacobus 't Kint uit 1749 ziet men hoe voor het Beyaerdkasteel (dat hier wel met veel fantasie is weergegeven) inderdaad een vijver lag. De bovenste rij bomen zou dan de Kruipweg vormen, de onderste rij de Molenstraat die een stuk lager lag. Men ziet hoe het water naar de molen, het onderste gebouwencomplex, loopt.

Op een kaart uit 1906 is er al geen vijver meer te zien. Maar men kan wel de loop van de Molenbeek volgen, vanuit de velden boven op de Laskouter, onder de Beizegemstraat, door de weide van "den Beis", onder de Kruipweg en over de Molenstraat, om dan een bocht naar rechts te maken (dat kan men ook zien op de tekening uit 1887) en tussen de huidige Gemene Beemdenstraat en Kasteel Beyaerdstraat onder de Heembeekstraat te lopen en dan weer naar links af te buigen en onder het laatste stuk van de Gemene Beemdenstraat door in de collector aan de oever van de vaart uit te monden. Voor de verbreding van de vaart kwam de beek ongetwijfeld uit in de " Leibeek" of Kleine Zenne die langs de vaart liep tot aan de Drie Gaten en daar via een sifon onder de vaart in de Zenne zelf liep.

Terug naar onze molen. In een kiezerslijst uit 1894 van Heembeek vinden wij in de Molenstraat de molenaar Victor Vander Eycken, 0 NOH 16 augustus 1847.

Wellicht was hij niet de eerste uit de familie van "die van de meulen". Blijkbaar heeft een zoon hem nog opgevolgd, en is een dochter van die zoon gehuwd met Miel Hemmerechts (1889-1981) wiens zoon Charel Hemmerechts in Uil&Spiegel van september en oktober 1987 herinneringen aan de molen ophaalde. Volgens hem was de molen nog in bedrijf tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, maar draaide hij toen al wel op gas.

Op een foto uit 1938 ziet men het woonhuis nog goed onderhouden in de diepte naast de Lombartzijdestraat liggen. Op tekeningen uit 1954 en foto's uit dezelfde periode was de molen al verlaten en in verval.

Wauters schreef in 1855 echter dat Heembeek twee watermolens telde. In de geïllustreerde heruitgave uit 1972 van zijn " Histoire des environs de Bruxelles" staat inderdaad een foto van een andere watermolen, en er staat bij dat een zijgevel het jaartal 1742 draagt. Ik heb niemand gevonden die zich het gebouw kon herinneren.

Maar in die kiezerslijst uit 1894 komt wel nog een tweede molenaar te voorschijn: Joseph De Coninck, °Diegem 27 maart 1841, in de Gootstraat, de huidige Meudonstraat. Was die molen misschien een afhankelijkheid van het Meudondomein? Dan kan de foto komen uit het album met 48 zichten van het kasteel zelf, parken, vijvers, lusthuisjes, serres en afhankelijkheden dat Jan Verbesselt bezat.

Maar het is toch merkwaardig dat die in zijn studie "Het Landgoed "Meudon" . Kastelen en Heren", in De Brabantsche Folklore van september-november 1936 er geen gewag van maakt, terwijl hij wel o.m. de Meudonhoeve behandelt. Was de molen misschien reeds vroeger afgebroken dan het kasteel en de rest van het domein dat in 1930-1931 zou verdwijnen?

Hoe dan ook, er was daar zeker water genoeg dat opwelde uit verschillende bronnen, die ook de vijvers in het domein voedden, om een watermolen aan te drijven en de Meudonstraat loopt ook flink bergaf naar de vaart.

Verbesselt bracht in zijn studie uit 1936 wel een foto van een "oude watermolen" uit het Meudondomein, maar dat lijkt eerder een speelgoedgeval, een molen in miniatuur, een "fabriekje" zoals het toen de gewoonte was in parken te laten bouwen. Het is in elk geval niet het grote bouwsel dat in de uitgave van Wauters is afgebeeld.

En dan komen we nog aan een derde watermolen in Heembeek, al was het dan wel aan de grens: de Sint-Miehielsmolen op de Zenne. Zoals men goed kan zien op een afbeelding uit het kaartboek van Jan De Refroissart uit 1661 lag die tussen de vaart en de Zenne, rechtover het kasteel van Mariensart (het vroegere Crayenhove), waar de nu afgebroken cokesfabriek van de Marly stond. De dreef die loodrecht van het kasteel naar beneden gaat liep naar de Sint-Lendrikskapel, maar dan wel op haar oorspronkelijke plaats.

De toelating om de molen op te richten werd aan de stad Brussel verleend door de Rekenkamer op 5 juni 1654, maar wegens verzet van aartshertog Leopold was er een nieuw octrooi nodig op 21 oktober 1655. Op 7 september 1662 volgde nog een toelating om een molenrad bij te plaatsen.

Oorspronkelijk was dit een moutmolen, voor de bierbereiding.

Een tekening van F.J. Derons draagt in handschrift het opschrift: "Dit is den moethmeulen onder weegen Vilvoorden op de Vaert, 1731 ". Een lavistekening van P. Vitzthumb uit 1786 is getiteld: "Moulin à I'Eau dit de St Michel entre Vilvorden et Mar!i, appartenant à la ville de Bruxelles. On voit les 3 fontaines et I'Eglise de Vilvorden dans Ie lointain" en geeft een goed beeld van het ganse complex.

De stad Brussel zou de molen in 1818 verkopen aan de familie van industriëlen Gheude. Toen Wauters in 1855 schreef waren de gebouwen reeds onherkenbaar verbouwd en vergroot. De fabrieken en depots die er later kwamen zijn nu verdwenen voor de bouw van het waterzuiveringstation Noord.

Eens te meer rest er van een stuk Heembeeks verleden niets meer dan wat getuigenissen op papier.

De watermolen beneden de Lombardzijdestraat, de vroegere Molenstraat, in 1938. Volgens de herinneringen van Charel Hemmerechts in Uil&Spiegel september en oktober 1987 was de molen nog in bedrijf tot het uitbreken van de tweede wereldoorlog, maar draaide hij toen al op gas. In de kiezerslijst van 1894 vinden wij in de Molenstraat de molenaar Victor Vander Eycken °NOH 16 augustus 1847. Wellicht was hij niet de eerste uit de familie van "die van de meulen". Blijkbaar heeft een zoon hem opgevolgd, en is een dochter daarvan getrouwd met Miel Hemmerechts (1889-1981), de vader van Charel Hemmerechts. Zie de bijdrage van Wim van der Elst, De drie watermolens van Heembeek, in: Uil&Spiegel jg. 32 nr. 9 - november 2005. Aanvulling door Pierre Steenput 15.1.2006: "Geboren op 8.5.1931, woonde ik in nr. 36 juist tegenover de molen, die toen al een pachthof was. De beek was er nog maar van de watermolen was er geen spoor meer." (Bedoeld wordt allicht dat het molenrad er niet meer was).

Literatuur

Kardt boeck van Jacobus 't Kint, 1741, f° 22
Wim van der Elst, "De drie watermolens van Heembeek", Uil & Spiegel, Maandblad van uw wijk (Gemeenschapscentrum Heembeek - Mutsaard vzw), XXXII, 2005, 9 (nov), p. 1-3.
Charel Hemmerechts, in: Uil&Spiegel, sept.-okt. 1987.
Jacobus 't Kint, "Kardt boeck", 1749.
Alphonse Wauters, "Histoire des environs de Bruxelles", 1855.
"L'Illustration Européenne", 1887 (met tekening)
Jan Verbesselt.
M.A. Duwaerts e.a., De molens in Brabant, Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.
Herman Holemans, Kadastergegevens: 1835-1980. Brabantse wind- en watermolens. Deel 1: arrondissement Brussel-Hoofdstad, Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem", 1989.
Paul Bauters & Marc Villeirs, Les moulins à eau et à vent de Woluwe-Saint-Lambert et de la région bruxelloise. Histoire et technologie / Water- en windmolens van Sint-Lambrechts-Woluwe en van het Brussels gewest. Geschiedenis en techniek, Woluwe-Saint-Lambert/Sint-Lambrechts-Woluwe, 1996 (Musée communal de Woluwe-Saint-Lambert, cahier n° 2 / Gemeentelijk museum van Sint-Lambrechts-Woluwe, tijdingen n° 2)

Overige foto's

<p>Watermolen van Over-Heembeek<br>Molen Vander Eycken</p>

Foto R. Vlieghe, 1956 (coll. W. van der Elst, Laken)

<p>Watermolen van Over-Heembeek<br>Molen Vander Eycken</p>

Schilderij van J. Ballewyns, ca. 1915

<p>Watermolen van Over-Heembeek<br>Molen Vander Eycken</p>

Tekening in l'Illustration Européenne, 1887

<p>Watermolen van Over-Heembeek<br>Molen Vander Eycken</p>

Foto uit 1938 (coll. Wim van der Elst, Laken)

<p>Watermolen van Over-Heembeek<br>Molen Vander Eycken</p>

Kasteel Den Beijaert (boven) en de watermolen (onder). Kardt boeck van Jacobus 't Kint, 1741, f° 22

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: vrijdag 25 oktober 2013

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens