De Roosmolen of de Heilige Geestmolen was een graanwatermolen met onderslagrad op de Grote Gete, op 38,40 meter boven de zeespiegel. Hij was in het bezit van de edele Ilde en werd rond 1200 aangekocht door de Norbertijnerabdij van Heylissem. In 1263 stond deze de molen af aan Hendrik Panhuys.
De Armentafel, in de 19de eeuw Bureel van Weldadigheid en heden Openbare Commissie voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW), was de eigenaar van ca. 1385 tot bij de sloop!

Het gebouw werd in 1894 nog vergroot, maar de watermolen moest in 1897 wijken vanwege de rechttrekking van de Gete. Van de boerderij bleef in de jaren 1960 nog enkel de schuur over.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Herman Holemans & Werner Smet, "Wind-, water-, rosmolens te Tienen", Nieuwkerken, Ten Bos, 1981, 32 p. (Studiekring "Ons Molenheem, Studie nr. 1);
P. Dewalhens, "Molens te Tienen", in: Brabant, XII, 1960, nr. 6, p. 2-7;
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961;
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 5: arrondissement Leuven (M-Z)", Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem', 1994;
Els De Kinderen, "Ons rijke Brabant. Tienen: de molens en de evolutie die zij doormaken", in: De Belgische Molenaar en Levende Molens. Vakblad voor de maalderij, graan- en veevoerderhandel, Officieel orgaan van het Landelijk Verbond der middelgrote en kleine maalderijen, Maandblad, Ravels, jg. 79 (1984), p. 215-218, ill.