Molenzorg

Sint-Kwintens-Lennik (Lennik), Vlaams-Brabant


Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Molen van de Kerselaar
Molen van de Hallebaan

Ligging
Hallebaan
1750 Sint-Kwintens-Lennik (Lennik)

Bree-Eik
2,2 km 2 v.d. kerk
LC 135.25 O en 164.10 N
kadasterperceel F 298c


toon op kaart
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Gebouwd
1858, overgebracht uit Bogaarden
Verdwenen
1928 - 9 juli, sloop
Beschrijving / geschiedenis

De Molen van de Kerselaar of Molen van de Hallebaan (naar zijn ligging) was een houten korenwindmolen die in 1858 werd overgebracht uit Bogaarden. Oprichter was Jozef Van der Elst-Leemans, molenaar te Pepingen.

Op de gemeenteraadszitting van Sint-Kwintens-Lennik van 4 september 1856 werd de aanvraag onderzocht die molenaar Van der Elst uit Pepingen had gericht aan de Bestendige Deputatie van de provincie Brabant, om een graanwindmolen op te richten op het Hurteveld, op het kadasterperceel sectie F nr. 298. Na onderzoek van commodo en incommodo verkreeg hij op 16 oktober 1856 de toestemming van de Bestendige Deputatie om de molen op te richten.

Opeenvolgende eigenaars:

- 1858, opbouw: Van der Elst-Leemans Jozef, molenaar te Pepingen
- 31.03.1879, verkoop: Heymans-Decoster Cornelis, landbouwer te Gooik (notaris Velge)
- 10.07.1901, gift: Heymans-Henning Jan Frans, dokter en leraar in de hogeschool te Gent (notaris Velge)
- 14.03.1920, gift: Pletinckx-Appelmans Theophiel, zonder beroep te Anderlecht (notaris Velge)

Enkele molenaars:

- Jozef Leemans-Heymans, schoonbroer van Gentse hoogleraar Dr. Frans Heymans. Deze Van der Elst verhuisde naar de Markt van Sint-Kwintens-Lennik, waar hij herberg hield die in november 1918 afbrandde.
- Jozef Tielemans, van Sint-Martens-Bodegem, korte tijd, werd later herbergier in de Hoogstraat te Brussel
- Pieter Van der Steen, werd op 4 april 1911 landbouwer in Elingen
- Jan De Greef (+ 14 november 1915).

Theophiel Pletinckx, eigenaar sinds 1920, liet de molen op maandag 9 juli 1928 omwerpen.

Zie ook: Bogaarden

Lieven DENEWET & Herman H OLEMANS

Bijlagen

J.F. Vincx, "De Molens van ’t Payottenland. Sint-Kwintens-Lennik: de molen van de Hallebaan of Molen van de Kerselaar", in: Eigen Schoon en De Brabander, XIII, 2930-1931, pp. 201-201 (inleiding p. 199 gedateerd St.-Kwintens-Lennik 24 augustus 1929)

Vlak naast de kasseide Lennik-Halle, een steenworp van de “Brandwacht” (onder Elingen), op een weinig verheven heuveltop stond deze molen met zijn schilderachtigen naam. Bloeiden er ooit kerselaars op de molenwei; of hing er een zijn schaduw over de straat? En heeft daarom het volk den molen zoo mooi gedoopt? Of heeft hij zijn naam meegebracht van Bogaarden, van waar hij gekomen was? Mogelijk. Zekerheid vonden wij noch te Lennik noch te Bogaarden; hier herinnert zich niemand nog iets van dien molen, en zelfs de plaats, waar hij ooit stond, kan ons niemand meer aanwijzen.

Omstreeks 1860 heeft Jozef Van der Elst dien molen gekocht en op de Hallebaan heropgetimmerd. Niet lang bleef hij molenaar: hij verkocht zijn gedoe aan Jozef Leemans-Heymans, schoonbroeder van den bekenden Gentschen hoogleeraar Dr. Frans Heymans. Van der Elst verhuisde naar de Markt, waar hij herberg hield in het huis waarvan Karel Chrispiels de laatste eigenaar en bewoner was, en dat afbrandde in den nacht van den 11n op den 12n November 1918.

Later werd Jozef Tielemans, van St.-Martens-Bodegem, de molenaar; deze zegde weldra vaarwel aan het malen, om te Brussel op de Hoogstraat een herberg te openen; daarna kwamen achtereenvolgens op den molen: Pieter Van der Steen, die den 4 April 1911 het molenaarsambacht verliet om te Elingen te gaan boeren; - Jan De Greef (+ 14 November 1915); - Theofiel Pletinckx, die op maandag, 9 Juli 1928, den molen deed omwerpen. Het molenhuis bewoont hij nog.

Op den grooten balk las men, dat Mijnheer de Man den molen in 1784 gebouwd had; naam en jaartal bedoelden natuurlijk den molen van Bogaarden.

In de eerste week van den oorlog (begin Augustus 1914) vergaderde ’s nachts een bende wildstroopers op de Hallebaan, tusschen het veldkapelleken en den molen. De boschwachters van Mijnheer Lippens (groot grondeigenaar van Gent, die in de streek vele prachtige hoeven en uitgestrekte landerijen bezat) waren er “kort achter”. Een botsing tusschen de wet en haar overtreders; geschoten lijf-sta-bij… ’s Morgens: de pannen van ’t kapelleken aan stukken, een breede bloedplas op den grond… Over die dramatische gebeurtenis lekte nooit iets uit.

(er is geen afbeelding bij van deze molen)  

----------------------------

J. Vrancken, "Uit oude papieren. Over de verdwenen windmolens van Sint-Kwintens-Lennik", Eigen Schoon en de Brabander, LII, 1969, p. 145.

In de 13 en 14e jaargang van dit tijdschrift verscheen een bijdrage van de heer ].F. Vinckx over «De Molens van het Payottenland».
De hiernavermelde gegevens zijn bestemd om hogergemelde bijdrage aan te vullen.
1. De molen van de Kerselaar (of de molen van de Hallebaan).
In het verslag van de gemecnteraadsziuing van 4 september 1856 lezen we dat de aanvraag werd onderzocht die de heer Jozef Van der Elst, molenaar en wonend te Pepingen, tot de Bestendige Deputatie had  gericht om een windmolen op te richten om graan te malen op het Hurteveld, kadaster wijk F n° 298. Na onderzoek van commodo en incommodo verkrijgt hij de toelating omdat de molen in de gemeente Lennik wordt op­gericht.
2.  De molen van Ter Heide.
Op 21 januari 1847 wordt schepen Heymans aangeduid om een on­derzoek van Commodo en Incommodo te verrichten, ingevolge de aanvraag van Marie-Therése Regnaert, weduwe van Pieter van den Berghe, wonende te Lennik, om een windmolen op te richten op haar eigendom, groot 1 ha op de Neerheyde, kadaster wijk D n° 464. Op 13 februari wordt haar de toelating gegeven.

 

Literatuur

J.F. Vincx, "De Molens van ’t Payottenland. Sint-Kwintens-Lennik: de molen van de Hallebaan of Molen van de Kerselaar", in: Eigen Schoon en De Brabander, XIII, 2930-1931, pp. 201-201 (inleiding p. 199 gedateerd St.-Kwintens-Lennik 24 augustus 1929)
J. Vrancken, "Uit oude papieren. Over de verdwenen windmolens van Sint-Kwintens-Lennik", Eigen Schoon en de Brabander, LII, 1969, p. 145.
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 3: arrondissement Halle-Vilvoorde (M-Z)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1992.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: zaterdag 12 september 2015

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens