Molenzorg

Rijmenam (Bonheiden), Antwerpen


Prentkaart. Verzameling Ons Molenheem
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Molen van Peulis

Ligging
Oude Putsebaan 20
2820 Rijmenam (Bonheiden)

noordzijde
schuin tegenover Teintstraat
Peulis
kadasterperceel A89 (Putte)
thans gemeente Putte


toon op kaart
Type
Staakmolen met open voet
Functie
Korenmolen
Gebouwd
1623
Verdwenen
1925, sloop
Beschrijving / geschiedenis

De Peulismolen was een houten korenwindmolen op molenwal in het gehucht Peulis, aan de noordzijde van de Oude Putsebaan (nr. 20), schuin tegenover de Teintstraat. Hij stond binnen een schrans gelegen dichtbij het kruispunt van oud Peulis. Deze plek behoort thans tot de gemeente Putte.

De standaardmolen werd in 1623 gebouwd.

De eerste ons bekende molenaar was Gielis Van Rompay in 1638.
In 1643 was Jan Segers, gehuwd met Margriet Van Casteren, de molenaar. Hij wordt vermeld in een Duffels boek over verschillende genezingen (archief abdij van Tongerlo): "Jan Segers, Rijmenam, genezen van een breuk. Margriet Van Casteren, woonde tot Rijmenam - Peulicen Meulen, nae dat haar kint Jan Segers out 5 jaeren hadde ontrent 3 jaeren gescheurt geweest, beloovende dat sij den bant aen onze Lieve Vrouwe van Goede Wil tot Duffel soude opofferen, is terstont het voors(eide) kint genesen ende tot noch toe genesen gebleven. Dit is geschiet over dry jaeren ende beschreven den 31 juli 1646." (Verwijzing TIX, 169).

In het begin van de 18de eeuw was Jef Cornelis eigenaar-molenaar. Hij bezat tevens de nabijgelegen afspanning. Deze herberg was toen dé pleisterplaats van het gehucht Peulis.

We zien de molen aangeduid op de Ferrariskaart van ca. 1775 met het bruin symbool van een standaardmolen, in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842), op de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) onder de benaming "M(oul)in de Peulis" en op de topografische kaart van P.C. Popp (ca. 1855).

Franciscus Van den Broeck werd in 1787 molenaar.
Franciscus Emmanuel Cornelis en zijn vrouw Catharina Geens ruilden in 1803 de molen met het echtpaar Judocus Van den Broek en Anna Catharina Lens voor een huis met hof en landerijen in de Ottershoek te Rijmenam. Deze Judocus (Josse) van den Broeck bouwde een huis achter de molen binnen het schrans. Hij was tevens gemeenteraadslid te Rijmenam van 1803 tot december 1815.

Rond 1830 was deze molen een geducht concurrent geworden voor de Kruisbaanmolen en de Dorpsmolen van Putte. De molenaarsgasten van de Peulismolen kwamen met paard en kar het graan bij de boeren afhalen tot op de Kruisbaan en Putte-dorp. Een van de redenen waarom het gemeentebestuur van Putte een bezwaarschrift indiende over de belastingsklasse van de molens onder Putte. In de gemeenteraadszitting van 11 maart 1834 lezen we de volgende tekst over de belastingsklase van de molen:
"Met betrekking op de klassering der gebouwen voor de belastingen heft de raad de bemerking gemaakt dat de graanmolens staende in de nabijheid van het dorpsplaets in een hogere klasse is gesteld dan de twee ander molens wat niet te verantwoorde is wegens:
I - Door de afkeering en beschutting van de westenwind veroorzaakt door de gebouwen en hooge boomen langs de dorpsplaets door dewelke de draaing van de molen belet of merkelijk vertraagd wordt.
II - Door de lichtere en teedere en kleinere constructie of samenstelling van de molen in kwestie.
III - De naburigheid van het dorpscentrum weinigen invloed hebbende, daar het meel door de molenaar kosteloos wordt ten huize gevoerd en dat het malen van graan vastgesteld is in geld enn bijgevolg de landbouwers die woonen over gans de uytgestrekthyid van de genmeynte en verschillende andere dorpen. De voornaamste winst aen de maalder bijbrengen, uit hoofde van denwelke redenen alle drie de molens in een zelfde klassen zouden moeten figureren, te weten tegen een inkomen van 420 frank, des temeer daer de molenaar van Peulis onder Rijmenam, drie kwartuurs van hier woonende, sedert vele jaeren zoodanig dat dit een gewoonte is geworden met zijn molenkarre het graan komt afhalen en het meel bij de belanghebbende thuis brengt tot op een afstand zelfs van den Dorpsplaets en alzo aan de kruisbaen en aan de Dorpsmolen alhier groote schade toebrengt.

Rond die tijd was Judocus (Josse) Van den Broeck dus molenaar te Peulis. HIj was geboren te Schriek op 4 augustus 1766 en was gehuwd met Anna Catharina Lens, geboren te Rijmenam. Deze molenaar had niet minder dan drie knechten en één meid in dienst.

De molen had rond 1834 een kadastraal inkomen van 452 frank, op een peceelsgrootte van 880 m².

Op 3 maart 1835 verkochten de dochters van de overleden Josse Van den Broeck de molen voor 14.900 frank aan Franciscus Hoenbeeck, de koster van Onze-Lieve-Vrouw-Waver. Na zijn overlijden op 9 november 1837 erfde Victor Van den Broeck-Van de Meuter, molenaar te Onze-Lieve-Vrouw-Waver, de molen. Ook hij overleed korte tijd later, op 4 september 1840. Hierop erfden zijn weduwe en minderjarig kind François.
Op 15 oktober 1846 kwam Theodoor Van den Broeck op de molen. Hij was geboren te Onze-Lieve-Vrouw-Waver in 1802 en gehuwd met Irma Palings, eveneens aldaar geboren in 1803. Als eigenaar stond dan geboekt weduwe Van den Broeck en Theodoor. Laatstgenoemde vertrok op 24 maart 1856 naar Keerbergen.
In 1856 kwam Franciscus Vets op de molen. Hij was geboren te Rijmenam op 18 oktober 1833. HIj huwde met Maria Victorina Van Craen, geboren te Sint-Katelijne-Waqver in 1833. Molenaar Franciscus Vets overleed al op 22 april 1869, op 35-jarige leeftijd. Zijn weduwe vertrok op 15 juni 1869 met haar vijf kinderen naar Rijmenam.
Domincus Vleuels was molenaar van 1869 tot 1881. Dan vertrok hij naar de Stenen Molen van Putte bij zijn schoonbroer (F. Vervloet) om er als molenaarsgast te werken.
Jan Joseph Hens kocht de molen op 27 februari 1881 (akte notaris Kumps). Hij was geboren te Sint-Katelijne-Waver op 12 juni 1848. Hij huwde te Hove met Joanna Constantina Wellens, die er geboren was op 19 november 1849. Het gezin kwam van Hove naar Peulis.
Het gezin kreeg drie kinderen: Joannes Emilius, geboren te Rijmenam op 12 maart 1882 en overleden op 4 april 1882; Maria Theresia, geboren te Rijmenam op 30 november 1883 en Petrus Gerard, geboren te Rijmenam op 2 mei 1886.
Joanna, de molenaarsvrouw, overleed te Peulis op 2 februari 1888, amper 39 jaar oud. Als weduwnaar met 2 kinderen huwde Joannes Hens op 17 juli 1889 met Maria Delfina Van Asch. Uit hun huwelijk werd op 8 november 1891 een zoon geboren, Joannes Alois ("Alois van de Meulder").
Als molenaarsgasten werkten op de Peulismolen de gebroeders Frans en Victor Gijpen ("den dikke Gijpen"), Henri Heremans woonde bij de molenaar in als hoeveknecht.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Van den Broeck Judocus, molenaar te Rijmenam
- 17.02.1835, verkoop: Horenbeeck François, koster te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (notaris De Pauw)
- 09.11.1837, erfenis: Van den Broeck-Van de Meuter Victor, molenaar te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (overlijden van François Horenbeeck)
- 05.09.1840, erfenis: de weduwe en minderjarig kind François (overlijden van Victor Van den Broeck)
- 22.03.1849, erfenis: Van den Broeck Jan Aloïs Victor (voorheen François geheten), minderjarige te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (overlijden van de weduwe Van de Meuter van Victor Van den Broeck)
- 27.02.1881, verkoop: Hens-Wellens Jan Joseph, molenaar te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (notaris Kumps)
- 02.02.1888, erfenis: en de kinderen Hens Maria Theresia en Hens Petrus Gerardus (overlijden van vrouw Wellens)
- 13.01.1911, erfenis: Hens-Van Asch Jan Jozef, de weduwe en kinderen (overlijden & testament Hens Maria Theresia & Hens Pieter Geeraert)
- 21.01.1913, verkoop: a) De Rijck Maria Angelica, naaister te Putte en b) Rams-De Rijck Jozef Alfons, molenaar te Koningshooikt (notaris Beullens)

Molenaar Jan Joseph Hens overleed te Peulis op 13 januari 1911.
Aangezien geen enkele van de kinderen het molenaarsberoep wilde uitoefenen werd de molen door de molenaarsvrouw Maria Delfina Van Asch en kinderen op 1 augustus 1913 verkocht aan Jozef Alfons Rams. Deze had het molenaarsschap geleerd bij zijn vader Jan Baptist Rams die sinds 1889 molenaar was op de Bosmolen te Koningskhooikt. Deze molen werd in augustus 1914 door Belgische soldaten in brand gestoken. Naar het schijnt was deze molen uitzonderlijk sterk van constructie. Zijn hout was in de Koningsbossen gegroeid.
Jozef Rams was geboren te Rijmenam op 14 oktober 1882 en huwde op 13 juli 1913 met Maria Angelina De Rijck. Het gezin kreeg vier kinderen, twee meisjes en twee jongens.

De windmolen werd afgebroken in 1925. Het hout werd verkocht aan een meubelfabrikant uit Mechelen. Jozef Rams maalde verder met een ondertussen opgerichte vuurmolen, aangedreven door een motor met gaskolen. Jozef Rams overleed te Peulis op 15 april 1947. Zijn zonen Marcel (°1917) en René (°1922) zetten het bedrijf nog enkele jaren verder. Molenaarsknecht was Frans De Ryck.

Langs de trap naar de steenzolder stond op de rijbalk het volgende vers te lezen:
"Wij malen neerstig voor ons land
Wij dienen elke kalant
in eer en deugdzaamheid
en door onze rechtvaardigheid
Worden wij nog benijd."

Dit verweervers was een antwoord op volgend gezegde:
"De maalder, de maalder is een dief,
eer hij gaat malen, neemt hij zijn gerief."

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Van den Broeck Judocus, molenaar te Rijmenam
- 17.02.1835, verkoop: Van Horebeeck François, koster te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (notaris De Pauw)
- 09.11.1837, erfenis: Van den Broeck-Van de Meuter Victor, molenaar te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (overlijden van François Van Horebeeck)
- 05.09.1840, erfenis: de weduwe en minderjarig kind (overlijden van Victor Van den Broeck)
- 222.03.1849, erfenis: Van den Broeck Jean Aloïs Victor (hiervoor François geheten), minderjarige te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (overlijden van de weduwe)
- 27.02.1881, verkoop: Hens-Wellens Jean Joseph, molenar te Onze-Lieve-Vrouw-Waver (notaris Kumps)
- 02.02.1888, erfenis: en de kinderen: Hens Maria Theresia en Hens Petrus Gerardus (overlijden van vrouw Wellens)
- 13.01.1911, erfenis: Hens-Van Asch Jan Jozef, de weduwe en kinderen (overlijden of testament Hens Maria Theresia & Hens Pieter Geeraert)
- 21.01.1913, verkoop: a) De Rijck Maria Angelica, naaister te Putte en b) Rams-De Rijck Jozef Alfons, molenaar te  Koningshooikt (notaris Beullens)

Florent VAN VLASSELAER, Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Literatuur

Heman Holemans & P.J. Lemmens, "Molens der Zuiderkempen", Nieuwkerken (Sint-Niklaas), 1978, p. 13.
H. Kennes & R. Steyaert, "Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Mechelen, Kantons Duffel - Heist-op-den-Berg, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 13N4", Brussel - Turnhout, 1997.
G.K. Kockelberg, "De molens van Putte", in: Ons Molenheem, Opwijk, jg. 31, 2006, nr. 3, juli-september, p. 65-68, ill.
Torfs F., Het vroegere Putte met Grasheide en Peulis, Nieuwkerken,  1984.
"Zo was Putte" "Peulis", Putte, Landelijke Gilde, 1997, p. 173.
Florent van Vlasselaer, "Graanwindmolens in Groot Putte", Jaarboek van Heemkring Het Molenijzer-Putte, IX, 2000-2001.
Marcel Portael, "De molen van Peulis", Tijdschrift Het Molenijzer, maart 2002.

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: woensdag 26 april 2017

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens