De "Moulin du Pont des Brebis" of "Moulin De Vroede" was een dubbelmolen op de Dijle, op 28,57 meter boven de zeespiegel.
Op de ene oever (kadasterperceel A394b) stond een korenmolen, opgericht in 1847.
Op de andere oever (perceel A394e) stond een fabriek van azuurblauw voor wasvrouwen ("fabrique de bleu d'azur") of zandmolen ("moulin à broyer le sable"), vergund door de Bestendige Deputatie van de provincie Brabant op 14 januari 1854.
Oprichter van beide molens was Adrien Joseph De Vroede.

Opeenvolgende eigenaars:
- 1847, opbouw: De Vroede-Dewez Adrien Joseph, molenaar te Bossut-Gottechain
- 30.04.1878, gift: a) De Vroede-Dewez Adrien (voor vruchtgebruik) en b) De Vroede Emile (voor naakte eigendom), molenaar te Bossut-Gottechain (notaris Roberti)
- 19.11.1880, einde vruchtgebruik: De Vroede-Bergh Eugène Emile, industrieel te Bossu-Gottechain (overlijden van Adrien De Vroede)
- 26.01.1912, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Emile Devroede)
- 27.02.1914, verkoop: Huybrechts-De Vroede Joseph François Marie Ghislain, molenaar te Bossut-Gottechain (notaris Collette).

Beide molengebouwen werden vernield bij de doortocht van de Duitsers in 1940.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Herman Holemans, Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 6: arrondissement Nijvel (A-E), Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1995.
M.A. Duwaerts e.a., De molens in Brabant, Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.