Louis Dehase kreeg in 1826 toestemming van de Gedeputeerde Staten van de provincie Brabant de toestemming om in de (voormalige) Abdij van Wauthier-Braine een katoenspinnerij op waterkracht op te richten (kadasterperceel A266).

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Dehase Louis en zus, katoenspinner te Wauthier-Braine
- 19.11.1939, gift: a) Dehase Louis, fabrikant te Wauthier-Braine en b) Dehase Gustave Guillaume Marie, fabriaknt te Wauthier-Braine (nnotaris Schoeters - filature dans l'abbaye)
- 11.05.1854, verkoop: Dehaese-Bouvy Gustave Guillaume Marie, fabrikant te Wauthier-Braine (notaris Muller - perceel A266: "filature" - perceel A265c, document 220: "division en maisonn et filature de coton existant depuis longtemps et classé comme telle").
- 25.06.1874, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Gustave Dehaese)
- 06.02.1878, verkoop: Lambert Jean Baptiste Ghislain, industrieel te Wauthier-Braine (notaris Muller)

De katoenspinnerij in de abdij werd in 1863 gesloopt. De vrijgekomen ruimte werd een "terrain d'agrément". Op het nabijgelegen perceel A265c was voor 1863 een nieuwe katoenspinnerij ("filature de coton") met waterkracht gebouwd.

Alhoewel het gebouw in 1873 omschreven werd als "zonder bestemming", kwam er een nieuwe periode als katoenspinnerij met de komst in 1878 van de nieuwe eigenaar Jean Baptiste Lambert. Hij liet het gebouw in 1881 vergroten en plaatste in 1882 een stoommachine. Hij maakte geen gebruik meer van waterkracht.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 8: arrondissement Nijvel (P-Z)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 2003, p. 42-43.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.