Molenzorg
navigatie Ruiselede, West-Vlaanderen
Foto van Knokmolen, Ruiselede, Foto: Donald Vandenbulcke, Staden | Database Belgische molens © Foto: Donald Vandenbulcke, Staden

Knokmolen
Knokstraat 10
8755 Ruiselede
noordoostzijde
900 m NW v.d. kerk
kadasterperceel E809b
51.045094, 3.387001 (Google Maps)
Carl De Decker & Susy Wieme
1840
Stenen stellingmolen
Korenmolen
Betonnen gaanderij - mechanische maalderij naast de molen
Gelaste, verdekkerde roeden met remkleppen
Drie steenkoppels, builmolen, graanreiniger, haverpletter
Maalvaardig, maar herstellingen dringen zich op
M: monument,
20.09.1958
Carl De Decker & Susy Wieme, Yana De Decker
Meestal op zaterdagnamiddag; op afspraak, e-mail: info@tmolenerf.be
01407 (allemolens.nl)

Beschrijving / geschiedenis

De Knokmolen, in de volksmond ook  'Billietsmolen' genoemd naar de laatste beroepsmolenaar Gerard Billiet (1912-1988), is een stenen stellingmolen aan de noordoostzijde van de Knokstraat (nr. 10).

De Bestendige Deputatie van de provinice West-Vlaanderen gaf op 12 februari 1841 de toestemming tot de oprichting. Nochtans was al begonnen met de bouw in 1840, naar het jaartal dat is aangeduid boven de ingang. Het is een bakstenen stellingmolen met segmentboogingangen en vensters. We zien de molen afgebeeld in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1844), met het rond grondvlak van een stenen molen.

Bouwheer was Karel Heyndrickx, herbergier te Ruiselede. Louis Spiesschaert kocht de molen in 1842. Hij overleed in 1877. Zijn weduwe (Van Vlaenderen) en kinderen erfden dan de molen. Zoon Leo(n) Spiesschaert (°Ruiselede 1837), gehuwd met Pelagie Vanhaecke uit Pittem, zou hem opvolgen. Hij verhuisde evenwel naar Marke en Wevelgem en emigreerde eind 19de eeuw naar Amerika. In 1895 werd zijn dochter Philomena ("Meetje") Spiesschaert de enige eigenares. Zij had nog les gegeven als onderwijzeres in Sint-Eloois-Vijve. Zij liet de molen begaan door een knecht Theophile Van Baeden. Er speelde zich evenwel een drama af (zie bijlage).

In 1900 werd een stoommachine geplaatst, maar er werd ook nog met de wind gemalen en olie geslagen.

De molen heeft in zijn bestaan heel wat tegenslagen gekend.
Op zondagnamiddag 9 juli 1905 sloeg de bliksem in op de molen, waardoor een molenroede werd vernield en de galerij, deuren en vensters aan stukken werden geslagen.

Eigenares Philomena Spiesschaert werd op 18 augustus 1907 ernstig gewond door messteken van de dronken molenaarsknecht, de 34-jarige Theofiel Van Baeden. Nadien sneed die zichzelf de keel over. Beiden overleefden de tragedie. Toen deze knecht een 18-tal jaar oud was, werd hij door de familie Spiesschaert als knecht aangenomen, en de zonen Desideer en Henri, leerden hem het molenaarsberoep. Na hun overlijden deed hij de maalderij. Hij gedroeg zich goed en de zaken floreerden: hij was graag gezien van de klanten. Daar hij echter zag dat hij als muldersknecht niet zeer ver kon komen in de wereld, trok hij rond 1904 naar Amerika. Hij bleef er echter maar zes maanden. De nieuwe knecht, die hem verving, was niet zo goed als molenaar en op aanraden van haar familie, schreef mejuffer Spiesschaert naar Van Baeden om terug te komen.  Ziende dat men hem moeilijk missen kon, stelde hij zich aan als heer en meester en ging daarin steeds verder. Hij begaf zich aan de drank. Toen hij vernam dat de eigenares de molen wou overlaten aan één van zijn kozijns, De Smet van Ruiselede, en dat hij zou weggezonden worden, werd hij kwaad en ging dan over tot zijn steekpartij.
Het slachtoffer was in oktober 1907 nog steeds werkonbekwam. De dader Van Baeden werd aangehouden en verscheen op donderdag 24 oktober 1907 voor de rechtbank, die hem veroordeelde tot vier jaar gevangenis te Brugge en 200 frank boete. Van Baeden ging in beroep. Het Hof van Cassatie vond de straf te gering en deed er nog een jaar extra bovenop. De straf werd toen bepaald op: vijf jaar gevangenis, 200 frank boete en alle proceskosten.

Philomena Spiesschaert verkocht de molen in 1908 aan Charles Billiet-Gelaude. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Gerard Billiet (1903-1988), gehuwd met de zus van molensteenscherper Omer Vandenbussche. Zijn loopbaan als molenaar begon op 17-jarige leeftijd. Toen draaiden in Ruiselede nog zeven windmolens.

In 1912 was de houten assekop totaal vermolmd, hij werd vervangen door een ijzeren askop afkomstig uit de houten Axpoelemolen uit Kanegem. Het vroegere houten kruis dat nog bruikbaar was werd er terug ingetrokken. 

In april 1940, tijdens de mobilisatie van Gerard Billiet, draaide de molen tijdens een orkaan verkeerd, waardoor het wiekenkruis uitgeslagen werd. Na zijn demobilisatie herstelde hij zelf de molen met de hulp van molenmaker Cyriel de Bels uit Meulebeke. Hiervoor werd de binnenroede, het vang- en kroonwiel van de onttakelde Vlaagtmolen uit Ruiselede aangekocht. In 1948 brak hij de houten gaanderij af en verving ze door een betonnen constructie. Tijdens het eerste kwart van de 20ste eeuw werd naast de Knokmolen een mechanische maalderij gebouwd. Die werd aanvankelijk door een stoommachine en vanaf 1948 door een dieselmotor aangedreven. In 1953 werd een dieselmotor Blackstone (RP 33 433, special nr. 140846) van 37 pk en 500 t/min. nieuw aangekocht voor 150.000 Belgische frank. Ze staat er nog steeds.

Op donderdag 7 april 1949 om acht uur ’s morgens werd de molen nogmaals zwaar geteisterd. Toen plots een hevige windbui opstak, sloeg de molen op de vlucht; al de scheden uit de buitenroede werden weggeslagen, de binnenroede sloeg tegen de kuip te pletter en knakte af.

Spijts al deze tegenslagen werd de molen in 1950 nogmaals hersteld met een bruikbare binnenroede uit de stenen molen van Huise van Odilon Van Cauwenberghe.

De Knokmolen werd bij K.B. van 20.9.1958 beschermd als monument. In 1966 lag de molen gedurende acht maanden stil wegens brandschade veroorzaakt door verhitting van het houten vangwiel dat wegens defect aan de vang een ganse namiddag tegen de schoot van de vang gedraaid had en in brand vloog.

In 1968 werd een grote restauratie uitgevoerd door Jozef Caers en zonen uit Retie. Volledige vernieuwing van de kap, kruiwerk en roeden, deze laatste vervaardigd door Charles Peel en zonen, molenmakers uit Gistel. Sindsdien is de molen volledig verdekkerd (met remkleppen) op beide roeden. De ijzeren staart uit 1930 werd vervangen door een eiken staart.

Deze prachtige molen telt 5 zolders: de stapelzolder, de meelzolder, de steenzolder, de luizolder en de kapzolder. Op de steenzolder werken nog drie maalstoelen (geschilderd in de kleuren van de Belgische vlag) en een haverpletter.

Gerard Billiet overleed in 1988. Zijn weduwe (+2008) verkocht de molen in 2002 aan molenmaker Roland Wieme uit Petegem-aan-de-Leie, die er al sinds 1987 actief is als vrijwillige molenaar.

De korte spruit brak door de storm van 18 januari 2007, maar is inmiddels vervangen.

Eigenaar, molenmaker Roland Wieme uit Deinze, voerde zelf herstellingswerken uit. De spruitbalken en de trekarms werden vervangen, de roeden kregen een nieuwe verfbeurt en zijn voorzien van nieuwe dekkerplaten. De toestellen van de mechanische maalderij zijn opnieuw werkklaar gemaakt: dieselmotor (Blackston, 1953, 35pK, 500 toeren), 2 molenstenen, een haverbreker en een bloemmolen Bonk (4 passages).

Roland Wieme overleed op 5 november 2020 op 79-jarige leeftijd in de Sint-Vincentiusziekenhuis van Deinze ten gevolge van covid-19. Hij gaf zijn vakkennis door aan zijn dochter Susy (gehuwd met Carl De Decker), zoon Kris en kleindochter Yana. Op het molenerf is bed&breakfast 't Molenerf ingericht.

De molen is regelmatig op zaterdagnamiddag in werking en is een bezoek overwaard. De Knokmolen is één van onze weinige molens die na hun "beroepsactieve loopbaan" ononderbroken in werking bleef.

Eigenaars na 1830:
- 1841, opbouw: Heyndrickx Karel, herbergier te Ruiselede
- 1842, verkoop: Spiesschaert-Van Vlaenderen Louis, molenaar te Ruiselede (registratie op 06.06.1842 volgens verklaring van 23.04.1849)
- 1877, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Louis Spiesschaert)
- 25.08.1886, verkoop: a) Spiesschaert-Van Vlaenderen Louis, de weduwe (voor 1/2), b) Spiesschaert Pelagie, landbouwster te Ruiselede, c) Spiesschaert  Henri, landbouwer te Ruiselede en d) Spiesschaert Désiré, landbouwer te Ruiselede (notaris Geersens)
- 13.10.1886, erfenis: a) Spiesschaert-Van Vlaenderen Louis, de weduwe (voor 1/2), b) Spiesschaert Pelagie, landbouwster te Ruiselede en c) Spiesschaert Henri, landbouwer te Ruiselede (overlijden van Désiré Spiesschaert)
- 07.07.1890, erfenis:  a) Spiesschaert-Van Vlaenderen Louis, de weduwe (voor 1/2), b) Spiesschaert Pelagie, landbouwster te Ruiselede en c) Spiesschaert Henri, de erfgenamen (overlijden van Henri Spiesschaert)
- 05.02.1891, erfenis: a) Spiesschaert-Van Vlaenderen Louis, de weduwe (voor 1/2) en b) Spiesschaert Henri, de erfgenamen (overlijden van Pelagie Spiesschaert)
- 19.12.1894, erfenis: Spiesschaert Henri, de erfgenamen (overlijden van de weduwe Van Vlaenderen van Louis Spiesschaert)
- 29.04.1895, verkoop: Spiesschaert Philomena, handelaarster te Ruiselede (notaris Geersens)
- 30.03.1908, verkoop: Billiet Charles Louis (°Ruiselede 06.05.1868, +Ruiselede 24.02.1952, gehuwd met Leonie Gelaude, handelaar te Ruiselede (notaris Persyn - graan- en oliewindmolen)
Knecht De Zutter Amedée, °Ronsele 08.04.1895, +Tielt 27.04.1972, gehuwd met Zulma De Cock.
- 06.05.1948, gift: a) Billiet-Gelaude Charles Louis (voor vruchtgebruik), zonder beroep te Ruiselede en b) (voor naakte eigendom) Billiet Gerard Wilfried, Billiet Wilfried Maurice, Billiet Marguerite Maria, Billiet Marie Louise en Billiet Suzanna Maria (notaris Persyn)
- 24.02.1952, erfenis: Billiet-Gelaude Charles Louis, de weduwe (voor vruchtgebruik), zonder beroep te Ruiselede en b) (voor naakte eigendom): Billiet Gerard Wilfried, Billiet Wilfried Maurice, Billiet Marguerite Maria, Billiet Marie Louise en Billiet Suzanna Maria (overlijden van Charles Billet)
- 20.02.1958, afstand: Billiet-Verleye Gerard Wilfried, handelaar te Ruiselede (notaris Devos)
- 28.05.1988, erfenis: de weduwe Marie-Louise Verleye (overlijden van Gerard Billiet)
- 2002, verkoop: Wieme Roland, molenbouwer, Petegem-aan-de-Leie
- 2020, november: erfenis: Carl De Decker & Susy Wieme (overlijden van Roland Wieme)

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Aanvullende informatie

Jaarlijks aantal asomwentelingen
1991: 15.406
1992: 11.224
1993: 83.525
1994: 57.329
1995: 42.424
1996: 59.262
1997: 55.044
1998: 50.056
2001: 34.521
2002: 21.631
2003: 49.964
2004: 10.630
2005: 40.556
2006: 34.030
2007: 30.342
2008: 39.173
2009: 28.867
2010: 41.544
2011:

Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen?, Zondag 16 Juli 1905, jg. 15, nr. 29.
Zondag namiddag [ = 9 juli 1905] is over Maldeghem en omstreken een onweer uitgeborsten (...).
Te Ruiselede is bij jufvrouw Filomena Spieschaert de bliksem op den molen gevallen. Eene molenroede werd vernietigd, de galerij, deuren en vensters werden aan stukken geslagen.

Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen, zondag 25 augustus 1907, jg. 17, nr. 34:
Drama te Ruisselede.
Zondag avond [= 18 augustus 1907], omstreeks 8 ure, is alhier een vreeselijk drama gebeurd. Ziehier in welke omstandigheden: Op eenen molen, dicht bij de Plaats, woont eene jonge vrouw, oud-onderwijzeres, welke hare zaken voortzet met eenen dienstknecht. Deze laatste is erg aan den drank verslaafd en matigde zich alles toe zoodat hij zelfs zoover ging alles als het zijne te beschouwen wat zijne meesteres toebehoorde. Zulks gaf dikwijls aanleiding tot ergerlijke twisten. De meesteres moest zelfs dikwijls vluchten en den nacht bij vrienden overbrengen. Zondag avond was zulks nogmaals het geval. In zijne woede heeft de knecht zekeren Theofiel Van Baeden, een groot mes genomen en er zijne meesteres vreeselijk mede gestoken; denkende haar gedood te hebben, heeft hij zich zelf de keel afgesneden. Beiden hebben het H. Oliesel ontvangen. De geneeskundige hulp werd hun door de dokters Vanholder en Allaert verleend.
Theofiel Van Baeden is Dinsdag morgend, om 5 ure, naar het gevang van Brugge overgevoerd. De sneden die hij zich zelf heeft toegebracht zijn niet zeer erg; hij zal weldra geheel hersteld zijn. Ook de wonden van Mej. Filomena Spiesschaert leveren geen gevaar op.
Zij heeft eene snede in het voorhoofd, eene in de boven- en onderlip en eene in de rechterhand.
Deze laatste is de ergste; de vingers zijn gansch doorsneden, door de pogingen welke Mej. Spiesschaert gedaan heeft om het mes af te weren.
De snede is tot op het been der vingers; men vreest zelfs dat deze zullen stijf blijven.
Mej. Spiesschaert is 62 jaren oud; zij is onderwijzeres geweest te Vijve-St-Elooi, waar zij zeer geacht en bemind werd. Over een 12-tal jaren heeft zij haar ontslag gegeven en haar pensioen bekomen. Zij is dan terug gekomen bij hare moeder, Weduwe Spiesschaert, en na den dood van hare broeders Desideer en Henri, heeft zij het bestuur van den molen op zich genomen.
Theofiel Van Baeden, is 34 jaar oud. Toen hij een 18tal jaren oud was, werd hij door de familie Spiesschaert als knecht aangenomen, en de zoons Desideer en Henri, leerden hem den muldersstiel. Na hun overlijden deed hij de maalderij. Hij gedroeg zich wel en deed de zaken zeer goed: hij was gaarne gezien van de kalanten.
Daar hij echter zag dat hij met stieltje van muldersknecht niet zeer ver kon komen in de wereld, trok hij over een drietal jaren naar Amerika. Hij bleef er echter maar zes maanden. De nieuwe knecht, die hem verving, was niet zoo goed voor den stiel en op aanraden van hare familie, schreef mejuffer Spiesschaert naar Van Baeden om terug te komen. Ongelukkiglijk nam Van Baeden zijne rol kwalijk op. Ziende dat men hem moeilijk missen kon, stelde hij zich aan als heer en meester en ging alle dagen verder.
Hij begaf zich in den drank; in geldnood verkeerde hij nooit, want hij ging naar de kas van Mej. Spiesschaert en nam zooveel als het hem beliefde. Mejuffer Spiesschaert mocht niet tegenstribbelen; als zij niet tevreden was, werd zij door haren knecht buitengestoken en ze moest bij geburen den nacht overbrengen.
Men zegt dat Mejuffer Spiesschaert van zin is geweest haren molen over te laten aan eenen harer kozijns, De Smet, van Ruiselede, daar het met Van Baeden niet uit te houden was.
Deze moest dus bepaald weg. Dat zou Van Baeden kwaad gemaakt hebben, daar hij gehoopt had eens als mulder op den molen te kunnen blijven. Hij is dan voor goed beginnen drinken.

Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen, zondag 27 oktober 1907, jg. 17, nr. 43.
Jufvr. Spiesschaert kon tot heden nog niet werken. Wat Van Baeden betreft, hij werd aangehouden en Donderdag [ = 24 oktober 1907] verscheen hij voor de rechtbank, die hem veroordeelde tot vier jaar gevang en 200 fr. boet.?

Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen?, zondag 22 december 1907, jg. 17, nr. 51.
Wat Mej. Spiesschaert betreft, deze heeft langen tijd onbekwaam geweest haar gewoon werk te doen. [...]
[Van Baeden] had tegen dat vonnis beroep ingeslagen; het Hof heeft de straf te gering gevonden en heeft er nog een jaar bijgedaan; zijne straf is dus vijf jaar gevang, 200 fr. boet en al de proceskosten.

De Poperinghenaar, 25.07.1907, p. 4, kol. 1.
Ruysselede. - Vreeselijk drama. - Zondag avond, zijnde den eersten dag der kermis, gebeurde alhier een bloedig drama.
Ziehier de omstandigheden:
Op eenen molen, dicht bij de plaats, woont eene jonge vrouw, jufv. Filomena Spiesschaert, oud-onderwijzeres welke hare zaken voortzet met eenen dienstknecht., Th. Vanbaeten.
Sinds jaren reeds werkt Vanbaeten als mulder bij jufvr. Spiesschaert die hem steeds als kind van den huize behandelde. Echter sinds eenigen tijd begaf zich V... nog al erg aan den drank en menigmaal werd h ij daarover door zine meesteres bereispt. Zulks was andermaal het geval Zondag ll. toen jufvr. Spiesschaert aan tafel zat met den mulder, zijne moeder en jongeren broeder en een anderen knaap bij jufvr. S. in dienst. Al met eens greep V... het broodmes en wilde daarmêe zijne meesteres te lijve: deze weerde den slag af en werd daarbij erg gekwetst aan pols en vingeren; evenwel gelukte het den moordenaar haar twee gevaarlijke steken in den hals toe te brengen. Jufvr. Sp... vluchtte al buiten weg, terwijl moeder V... en beide jongens den moordenaar beletten haar verder te volgen. Toen allen in een naburige huis gevlucht waren, bracht de mulder zich zelven eene vreeselijke wonde aan de keel toe. Wanneer de policie ter plaats kwam lag V... op den grond uitgestrekt, badend in zijn bloed.
Drs Van Holder en Haltaert verzorgden beide gekwetsten.
De wonden schijnen niet doodelijk te zijn. Het parket van Brugge is maandag namiddag te Ruysselede afgestapt. V... de mulder, is aangehouden.
Dinsdag morgend is er onverwachts verbetering gekomen in den toestand van de twee gekwetsten. Jufv. Spiesschaert, heeft verscheidene steken bekomen in het gelaat en in den hals. Vanbaeten, de dader, was dinsdag reeds zoo goed dat men hem naar het gevang van Brugge heeft kunnnen overbrengen.

"'t Molenerf", tmolenerf.be (09.07.2016)
Ontbijten in de Knokmolen
Geniet van een stevig ontibjt op eenunieke locatie!
Wij bieden verschillende ontbijtformules aan voor groepen van 8 tot 50 personen. Ideaal voor familie, vrienden of verenigingen. De Knokmolen in Ruiselede is het ideaal vertrekpunt om daarna te gaan wandelen of fietsen in het Tieltse molenland.

Mailberichten
Christof Spiesschaert, 20.01.2002
Volgende week dinsdag komt een Amerikaan me opzoeken. Deze is op zoek naar zijn roots en familie. Zijn grootvader en overgrootvader zijn eind 19° eeuw weggetrokken uit Vlaanderen ... naar Amerika. De overgrootvader, Leo(n) Spiesschaert was molenaar van beroep. Hij is geboren in Ruiselede in 1837 en was gehuwd met Pelagie Vanhaecke (geboren te Pittem). Zij hebben vermoedelijk een beetje overal gewoond ... en uiteindelijk ook in het Kortrijkse (Marke - Wevelgem). Kunt u soms iets terugvinden van deze molenaar Leon Spiesschaert? Het zou fantastisch zijn mocht ik mijn Amerikaanse bezoeker volgende week één van de molens kunnen aanwijzen waar zijn voorouders gewerkt en geleefd hebben.
Dank voor u medewerking,
Christof Spiesschaert, tel 09/233.29.64, gsm 0476/48.96.99

Archieven en landkaarten
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1844)
- Topografische kaart Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1860)

Werken
Chr. Devyt, "Westvlaamse windmolens. Inventaris volgens de toestand op 1 januari 1965", Brugge, 1966, p. 104;
Luc Devliegher, "De molens in West-Vlaanderen", Tielt/Weesp, 1984, p. 350-353 (Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, 9);
Jeroen Cornilly, "Monumentaal West-Vlaanderen. Beschermde monumenten en landschappen in de provincie West-Vlaanderen. Deel 1. Arrondissementen Ieper, Kortrijk, Roeselare, Tielt", Brugge, 2001, p. 206;
Geert Deguffroy, "Omtrent de Knokmolen", in: Oud Ruysselede, XII, 1995, p. 51-63;
Geert Deguffroy, "Ruiseleeds Molenpatrimonium", in: Oud Ruysselede, XIV, 1997, nr. 2, p. 43-95 (63-67);
Lieven Denewet, "Rapport. Dertig jaar molenzorg in het Tieltse Molenland", in: Molenecho's, XXXI, 2003, nr. 1, p. 120-145;
J. Maes, "De herstelde Knokmolen te Ruiselede", in: De Belgische Molenaar, LXV, 1970, p. 52-53;
J. Vangaver, "Een stukje molenhistorie uit Ruiselede. De molen van Delanghe. Billietsmolen of Knokmolen. Hostensmolen", in: Jaarboek Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijjk, XXXI, 1959-60, p. 277-279;
E. D(e) K(inderen), "De Knokmolen te Ruiselede", in: De Belgische Molenaar, LXX, 1975, p.214-215;
John Verpaalen, "Uit de oude doos (11) - Stormramp geen definitief einde", in: Levende Molens, jg. 9 (1987), nr. 5, p. 36-37, ill.;
2 bijdragen met foto's in: Oud Ruysselede, 2002 nr. 4;
Paul Vandepitte & Jaak Billiet, "Tielt en de Molenlandroute: een historisch-toeristische verkenning", Tielt, De Roede van Tielt, 1973, 136 p.
H. Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten P-R", Rotem, 2001.
"Provinciale draaipremie voor ambachtelijke molens. Aantal asomwentelingen van West-Vlaamse molens in 2004-2009", in: /West-/Vlaams Molenblad, XXVI, 2010, 3, p. 115-118.
"Aantal asomwentelingen van West-Vlaamse molens in 2010", in: /West-/Vlaams Molenblad, XXVII, 2011, 1, p. 50.
Lorthiois Jacques, "Flandre Occidentale. Meuniers et moulins de West-Flandre", L'Intermédiaire des Généalogistes, n° 170, XXIX, 1974, 2, p. 116-126 (123).
Lieven Denewet, "Merkwaardige vorovallen met West-Vlaamse molens & molenaars - 12. Ruiselede, Knokmolen. Moordpoging van muldersknecht Theofiel Van Baete op moleneigenares Philomena Spiesschaert, dochter van Louis Smiesschaert, op 18 augustus 1907.

Mailberichten
Christof Spiesschaert aan Lieven Denewet, 20.01.2002.
Philip Hoste aan Lieven Denewet, 01.03.2015. 

Persberichten
Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen?, zondag 16 juli 1905, jg. 15, nr. 29.
Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen, zondag 25 augustus 1907, jg. 17, nr. 34.
Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen, zondag 27 oktober 1907, jg. 17, nr. 43.
Het Weekblad voor Oost- West- en Zeeuwsch-Vlaanderen?, zondag 22 december 1907, jg. 17, nr. 51.
Nieuwsblad van Yperen en het Arrondissement, 17 augustus 1907, p. 2.
De Poperinghenaar, 25.07.1907, p. 4, kol. 1.
F. Janssens, "Gerard Billiet van de Knokmolen in Ruiselede gaat met pensioen", in: Gazet van Antwerpen, 16 januari 1981;
R.D., "De molens te Ruiselede", in: De Zondag, 27 april 1957;
R.D., "Molens van Ruiselede vroeger en nu", in: De Zondag, 28 april en 5, 12 en 19 mei 1972;
"Molenaar Billiet te Ruiselede oefent het mooiste beroep aller tijden uit", in: Gazet van Antwerpen, Oost-Vlaanderen, 27 juli 1983, p. 18, ill.;
ICA, "Radioamateurs leggen wereldwijd contact", in: Het Nieuwsblad, 22.09.2009.
Patricia Van Vlaenderen en Martien Vranckx, "Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen Inventaris van het bouwkundig erfgoed - gemeente Ruiselede", Vlaams Instituut Onroerend Erfgoed, 2008, blz. 187-188.
Marnik Braet, "Omtrent de Knokmolen en molenaarsfamilie Spiesschaert", in: Oud Ruysselede, jrg. 19 (2002), blz. 147-154.
Ingrid Castelein, "Ruiselede even mekka van wandelsport", Het Nieuwsblad, 15.02.2011.
RV, "Knokmolen hele dag te bezoeken", De Weekbode, ed. Tielt, 22.05.2015, p. 31.
"Roland viel op zijn 20ste voor de Knokmolen", De Weekbode editie Tielt, 12.05.2017.
Roland van de Steene, "Site Knokmolen wint prestigieuze 'Gulden Wiek' in Ruiselede", Krant van West-Vlaanderen, editie Tielt, 16.02.2020.
Ruben De Keyzer, "Afscheid van gepassioneerd molenbouwer Roland Wieme. Vader van Susy, die in Knokmolen in Ruiselede een B&B uitbaat", Het Nieuwsblad, 12.11.2020.
Sam Vanacker, "Afscheid van één van de laatste molenbouwers van het land. “Papa zei altijd dat hij 300 jaar te laat geboren was”, Het Laatste Nieuws, 12.11.2020, p. 13.
RV, "Molenbouwer Roland Wieme verliest de strijd tegen covd", Krant van West-Vlaanderen, editie Roeselare-Tielt-Izegem, 20.11.2020.
Mario De Wilde, "De Brugse molens rouwen: twee iconen Vlaamse molenbouw overleden", hetnieuwsvanwestvlaanderen.be (19.11.2020).

Overige foto's

transparant

Knokmolen

Foto: Donald Vandenbulcke, Staden

Knokmolen

Foto: Christiaan Debusschere, Kortemark

Knokmolen

Foto: John Maenhout

Knokmolen

Foto 01.05.1972. Coll. Yvan Hoste.

Knokmolen

Foto: Christiaan Debusschere, Kortemark


Laatst bijgewerkt: vrijdag 18 augustus 2023
Stuur uw teksten over deze molen
Stuur uw foto's van deze molen
  

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in databasezoek op provincieStuur een e-mail over molen Knokmolen, Ruiseledehomevorige paginaNaar Verdwenen Molens