Genk-Bokrijk, Vlaanderen - Limburg
- Naam
- Roskot van Lampernisse
- Ligging
- Bokrijklaan 1
3600 Genk-Bokrijk
Openluchtmuseum Bokrijk
Vlaanderen - Limburg
- Geo positie
- 50.963406, 5.398670 (Google Streetview)
- Eigenaar
- Provincie Limburg
- Gebouwd
- 1844 / 1970-1971
- Type
- Binnenrosmolen
- Functie
- Korenmolen
- Kenmerken
- Rechthoekig houten gebouw met pannendak
- Gevlucht/Rad
- Aanwezig
- Inrichting
- 1 steenkoppel, haverpletter, karninrichting
- Toestand
- Maalvaardig
- Bescherming
- M: monument,
07.09.1996 - Molenaar
- Jan Loubele, tel. 089 383102, René Vendickx, Gaspar Haldermans, tel. 089 351441, 089 248244
- Openingstijden
- 31 maart-30 sept., dagelijks behalve maandag, tel. 011 265 300, e-mail: bokrijksales @limburg.be
- Database nummer
- 1204
- Ten Bruggencatenummer
- 51204
- Internet bron
- Roskot van Lampernisse
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
In 1969 verwierf het Openluchtmuseum te Bokrijk de groengeschilderde houten rosmolen op de hofstede De Warande van de familie D'Hondt in de Zadelstraat 7 te Lampernisse (West-Vlaanderen). De rosmolen werd er opgetrokken in 1844 door de weduwe en kinderen van Justius Ferdinandus Mestdagh, landbouwers te Lampernisse.
Het is een houten rosmolengebouw waarbij het paard binnen loopt.
In 1970-1971 werd hij terug opgebouwd in het Openluchtmuseum.
De molen, die gewerkt had tot in de jaren 1930, werd meestal aangedreven door twee paarden, die waarschijnlijk met de zon mee rondliepen.
De molen meet buitenwerks 9,80 x 9 meter. De wanden bestaan uit met planken beslagen stijlwerk op een bakstenen voet. De stijlen zijn in de oost- en zuidwand in de muurplaat bevestigd met een pen en gat-verbinding en houten toognagels; in de andere wanden daarentegen staan de stijlen op de muurplaat. De door korbelen ondersteunde kopbalk rust op twee zwaardere stijlen. Elke wand telt twee luikopeningen met buitenluiken. In de oostwand zit een poort.
In het midden van de rosmolen staat de spil (hoogte 216 cm); aan het boveneinde was hij bevestigd tegen de kopbalk. De bovenhelft van de spil is vierzijdig, de benedenhelft achtzijdig; van onder zijn acht inkepingen voor de acht schuin naar de rand van het kroonwiel lopende schoren. Het kroonwiel - met haaks op de rand van het wiel staande kammen - bestaat niet meer; volgens een sleepspoor tusen van de kammen op de kopbalk bedroeg de afstand tussen het midden van twee tegenover elkaar gelegen kammen 3,20 meter. Het kroonwiel was opgebouwd met een enkel kruis, te oordelen naar de vier in elkaar doorlopende openingen (hoogte 36 cm, dikte 11,5 cm) aan de bovenkant van de spil; in de openingen waren de vier krisarmen bevestigd. Het groot wiel diende tot het aandrijven van de maalinrichting (in de zuidoosthoek), van de haverpletter (in de zuidwesthoek) en van de boterkarn (in de noordoorsthoek).
In 2011 werd de rosmolen weer maalvaardig gemaakt. Dit gebeurde op vraag van Marc Janssen, hoofd technische dienst Bokrijk, door de vrijwillige molenaars van het Openluchtmuseum, waaronder Jan Loubele uit Genk.
Zie ook onder: Lampernisse, Molen D'Hondt - Molen van de Warande
Luc DEVLIEGHER & Lieven DENEWET
Literatuur
M. Laenen, Openluchtmuseum Bokrijk, Cultura Nostra, Musea in België, Brussel, 1986.
M. Laenen, Gids van het Openluchtmuseum Bokrijk, Brussel, 1989.
Luc Devliegher, "Rosmolens in de Westvlaamse kuststreek", in: Biekorf, LXXVI, 1975-1976, p. 257-360; ook verschenen als monografie (Brugge, 1977, 110 p. en 1983, 154 p. - 2de herziene uitgave: Provinciaal Museum van het Bulskampveld te Beernem, Katalogen en Bijdragen, 2);
Luc Devliegher, "Vier Westvlaamse rosmolens te Bokrijk", in: Volkskunde, LXXIX, 1978, p. 199-205; Ons Heem, XXV, 1971, p. 185-186;
Bachten de Kupe, XIII, 1971, p. 104-109;
Bert Van Doorslaer, "Met de stroom mee of tegen de wind in? Molens in Limburg", Borgloon/Rijkel, Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, 1996.
Jan Loubele, "Rosmolen van Lampernisse in Bokrijk maalt weer", Levende Molens, XXXIII, 2011, 9, p. 105-106.