De "moulin de Fosty" was een graanmolen aan de rue Ry d'Hez met één waterrad en twee maalstoelen. Het is de "ry d'Hez", een bijrivier van de Thyle (die op haar beurt een bijrivier is van de Dijle), die het rad van aandreef. Hij werd gebouwd in 1835 na toelating door de Bestendige Deputatie van de provincie Brabant op 8 november 1834 aan Jean-Joseph Wautier. Een muur van het huidig molengebouw vertoont nog het inschrift "1835".

Opeenvolgende eigenaars:
- 1835, opbouw: Wautie-Delfosse Jean Joseph, boswachter te Baisy-Thy
- 20.02.1850, erfenis: a) Wautie Jean Joseph, b) Wautie Maximiien Joseph, c) Wautie François Joseph, d) Wautie Félix Joseph, e) Wautie Cécile Josèphe, echtgenote Hauchard Fr., e) Wautie Reine Josèphe, echtgenote Vanaerschot Bernard en g) Wautie Victoire Josèphe, echtgenote Paquet Guillaume (overlijden van Jean Joseph Wautie)
- 12.06.1880, deling: a) Hauchard-Wauie Jean François, wagenmaker te Baisy-Thy en b) Wautie Jean Pierre, schrijnwerker te Baisy-Thy (notaris Berger)
- 10.04.1857, verkoop: De Ry-Potty Clément Joseph Marie, landbouwer te Lasne-Chapelle-Saint-Lambert (notaris Berger)
- 06.08.1891, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Clément De Ry)
- 04.02.1912, verkoop: a) Romain Joseph, b) Romain Léon, c) Romain Emile en d) Romain Marie, te Baisy-Thy (notaris Delvigne)
- 1920, verkoop: Jonet-Arnould August Joseph, molenaar te Baisy-Thy (registratie op 25.05.1920).

Deze molen kende zijn hoogste bloeijaren tijdens de tweede wereldoorlog, waarin de inwoners van de streek in het geheim hun graan lieten malen.

In 1928 werd gestopt met malen op waterkracht. In 1953 werd het gebouw omschreven als huis. In 1957-1958 stopte de mechanische maalderij, ten gevolge van de aankoop van het molenbedrijf door Brusselse aannemers, die het huis in vakantiewoning ombouwden. Thans is zowel elk spoor van het waterrad als van het binnenwerk volledig verwijderd. Alleen het molengebouw is overgebleven.

Lieven DENEWET, Aimé SMEYERS & Herman HOLEMANS

Vincent Van Grunderbeeck, "Les moulins à eau de la Haute-Dyle", in: Le Lothier roman, Revue d'histoire publiée par le Cercle d'histoire et d'archéologie du Pays de Genappe, trimestriel, 1996, nr 1, p. 1-69, ill.;
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 7: arrondissement Nijvel (F-O)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1998; M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961