Aalter, Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Naam
- De Teerling, Molen De Smet, Molen Lambrecht
- Ligging
- Bellemstraat 59
0880 Aalter
noordzijde
zuidelijke uiteinde Teerlingstraat
300 m NO v.d. kerk
kadasterperceel C144h
Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Gebouwd
- 1842
- Verdwenen
- 1940 - 17 nov., brand / 1969, sloop romp
- Type
- Stenen grondzeiler
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- ---,
- Database nummer
- 2293
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Teerling of Molen De Smet (naar de uitbater) was een stenen graanwindmolen, type grondzeiler, op enige afstand ten noorden van de Bellemstraat 59, op het zuidelijk uiteinde van de nieuwe Teerlingstraat, op de wijk Dauweling Teerlink, op 300 meter ten noordoosten van de kerk. Hij stond ten noordwesten van de villa van notaris Goeminne in de Bellemstraat, tussen de Grote en de Kleine Warande.
De molen stond op één van de hoogste plaatsen van Aalter (23 meter), op amper 200 meter zuidoostwaarts van de Teerlingmolen, waarvan de romp nog bestaat.
De Molen op de Teerling werd opgericht in 1842 mits toelating van de Permanente Deputatie van de Proviciale Raad van Oost-Vlaanderen op 9 augustus 1842 aan Jan Napoleon De Vreeze - Van Oothegem, molenaar te Aalter.
Hij kon evenwel niet lang van zijn molen genieten: hij overleed in 1845. Zijn weduwe hertrouwde met Ferdinand De Turf.
We zien hem aangeduid op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1850) met het ronde grondvlak van de stenen molen.
Ferdinand De Smet, olieslager op de nabijgelegen Teerlingmolen, waarvan de romp nog bestaat, kocht in 1866 de "De Teerling" aan.
Opoeenvolgende eigenaars:
- 1842, opbouw: De Vreeze-Van Oothegem Jan Napoleon (+1845), molenaar te Aalter
- na 1845: de weduwe van Jan Napoleon De Vreeze hertrouwde met De Turf Ferdinand
- 03.03.1866, verkoop: De Smet - De Roo Ferdinand, olieslager te Aalter (notaris Goeminne)
- 17.10.1895, erfenis: en de kinderen (overlijden van vrouw De Roo)
- 07.04.1896, erfenis: de kinderen (overlijden van Ferdinand De Smet)
- 02.11.1920, deling: a) De Smet Felix Alphonse Henri, b) De Smet Hippoliet Felix, c) De Smet Marie Mathilde, d) De Smet Camille Louis Joseph en e) De Smet Marie Irma Antoinette (notaris Herteleer)
- jaren 1940, erfenis: a) De Smet Marie Mathilde, b) De Smet Camille Louis Joseph en c) De Smet Marie Irma (overlijden van Felix Alphonse De Smet en Hippolite Felix De Smet)
- 17.05.1943, erfenis: a) De Smet Camille Louis Joseph, zonder beroep te Aalter en b) De Smet Marie Mathilde, zonder beroep te Aalter (overlijden van Marie Irma De Smet)
- 10.12.1945, erfenis: De Smet Camille Louis Joseph, zonder beroep te Aalter (overlijden van Marie Mathilde De Smet)
- 10.01.1955, erfenis: Van Wonterghem-Danneels Oscar Frederik, landbouwer te Lotenhulle en later molenaar te Aalter (overlijden van Camille De Smet)
- 30.01.1974, verkoop van het vroegere molenperceel: Goeminne-Gerniers Jean Marcel André, notaris te Aalter (notaris Derijckere)
Rond 1930 werd hij uitgerust met een elektromotor.
De laatste molenaars waren Jules Lambrecht, beter gekend als "Jules Busse" en zijn zoon Maurice. Jules liet tussen 1935 en 1940 het wiekverbeteringssysteem Dekker (met stroomlijnprofiel) aanbrengen op één roede, dit onder impuls van de Gistelse molenkenner Alfred Ronse.
Tijdens de storm in de nacht van 17 november 1940, die op vele plaatsen veel schade aanrichtte, geraakten de wieken vanzelf in beweging en begonnen steeds vlugger te draaien. De vangband brak, de molenas draaide warm en er ontstond brand. De molen brandde volledig uit en werd niet meer hersteld. De overgebleven romp werd in 1969 geheel gesloopt.
De kleine molenaarswoning (Bellemstraat 59) bestaat nog en is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Literatuur
J. Van Overstraeten, "Molens te Aalst (Limb.) en Aalter", in: Toerisme, XXIII, 1944, p. 72-74;
Arthur Verhoustraete, "Molens binnen het maalgebied van het Land van de Woestijne", Appeltes van het Meetjesland, jaarboek 2, 1950, p. 32-42.
Arthur Verhoustraete, "Molens van Aalter na 1795", in: Appeltjes van het Meetjesland, jaarboek 2, 1950, p. 42-48.
"Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster. Tweede aflevering. De arrondissementen Eeklo en Gent", in: Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, XV, 1961, 2 (Gent, 1962).
Herman Holemans, "Oostvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 1. Gemeenten A-B", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1996.
Ryserhove A. & Defruyt R., "Het Aalterse van toen, Brugge, 1984, p. 67 (foto nr. 95).
Luc Stockman, "Geschiedenis van Aalter", Aalter, Gemeentebestuur, 1980 (2de druk).
Lanclus K., Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Gent, Kanton Nevele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 12N1, Brussel - Turnhout, 1989.
Mailberichten
- John Verpaalen, Roosendaal, 29.01.2021.