Molenechos's Homepage Molenechos.org

Beerzel (Putte), Vlaanderen - Antwerpen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Liekensmolen
Ligging
Hoogstraat 52
2580 Beerzel (Putte)
noordzijde
kadasterperceel C189a
Vlaanderen - Antwerpen
Gebouwd
1855, overgebracht uit Mechelen
Verdwenen
1944, sloop
Type
Staakmolen met open voet
Functie
Korenmolen
Bescherming
---,
Database nummer
2661
© Prentkaart (coll. A. Smeyers, Alsemberg)

Beschrijving / geschiedenis

De Liekensmolen was een open standaardmolen van middelmatige grootte, aan de noordzijde van de Hoogstraat, even buiten het dorp, achter de huidige woning met het huisnummer 52.

De standaardmolen had twee paar stenen van 1,50 m. doormeter. De molen stond op teerlingen op een lage berg, die omstreeks 1908 met 80 cm werd verhoogd.  De aanvraag tot het plaatsen van een nieuwe molen te Beerzel sectie C, nr. 189-190 werd door de bestendige deputatie afgeleverd op 02-03-1855. (R.A. Antwerpen-Prov. Reeks C 395ter nr. 1519 f 35/2).

Hij werd in 1855 opgericht door Cornelis ("Neel")l Vertommen-Caluwaert van Putte. De molen kwam uit Mechelen en op een kamwiel stond gegrift 1746. Maar dit was zeker niet het oudste wiel.  Corneel Vertommen was daarvoor molenaar geweest te Putte, maar was met zijn vrouw Josephine Caluwaert van Heist-op-den-Berg afkomstig. Ze hadden op 14 april 1855 de grond te Beerzel aangekocht (voor notaris Ceulemans) van Maria Theresia Vervloet. Deze was de echtgenote van peter Van Roosbroeck, die de grond had geërfd van haar vader Arnold Vervloet. Het echtpaar Vertommen-Caluwaert liet de molen oprichten en het molenhuis bouwen.

Tien jaar later, op 10 oktober 1865, werd de molen en het molenhuis openbaar verkocht. In de akte (van notaris Borré uit Putte) werd gestipuleerd dat de molen op dat ogenblik voor 450 frank per jaar verhuurd was aan Jan Baptist Witters, met name tot 15 maart 1866.  Het betrof :”eenen schoonen en welgecalandeerden graen windmolen met sterke maalderswooning, zeer wel geschikt voor herberg, bestaande uit: groote plaats eertijds herbergplaats, keuken, kelder, twee klederkamers, twee ovens en stal met hof en land gestaan en gelegen nabij het dorp te Beersel, tegen den steenweg naar Putte, aldaar op het kadaster bekend ter plaatselijke benaming Zellaerschendries wijk C nummers 190a 189a en 189b zamen groot in oppervlakte 68 are 20 ca. De molensteenen, zeilen en allen het draayende werk van den molen hoort toe aan den huurder Joannes Baptist Witters en wordt niet mede verkocht.”

De koopdagen werden vastgesteld op dinsdag 26 september 1865 in de herberg van Theodoor Caluwaert in de Bergstraat te Heist en op dinsdag 10 oktober in de herberg “Den Ouden Ketel” te Heist. Peter Witters, landbouwer van Beerzel bood 3000 frank en verhoogde met 50 verdieren. Waarop Jan Baptist Bruyndoncx, herbergier te Heist het bod verhoogde met 100 verdieren. Op de tweede koopdag verhoogde dokter-burgemeester Egidius De Preter van Putte nog met 50 verdieren. (Elk verdier was 4 frank) dus was de som reeds 3800 frank waarvan 3600 te betalen.

Dokter De Preter had de molen gekocht als geldbelegging en was zeker niet van plan om zelf molenaarke te spelen. Toen het volgend jaar, op 15 maart 1866, Jan Baptist Witters met de molenstenen, zeilen en het draaiende werk vertrok naar een andere molen, bleef de molen ledig staan. De dokter wist ook wel dat zulks de verwaarlozing en ondergang van de molen en het molenhuis zou betekenen. Hij was dan ook zeer gelukkig toen hij een maand later op 29 april 1866 de molen en het molenhuis kon verkopen aan het echtpaar Peter Liekens en Elisabeth Serneels voor de som van 3860 frank. Veel winst had hij dus niet gemaakt. (R.A. Antwerpen, not. Nr. 9634 - notaris Borré - nr. 94).

Deze Peter Liekens was te Heist geboren op 9 november 1822 als zoon van Peter Frans Liekens (°11-05-1798 Werchter), gehuwd met Trees Van Rompaey. Peter had eerst gewerkt op de molen te Booischot, maar verhuisde nu naar Beerzel, waar hij enkele jaren later burgemeester werd. 
Zijn vader “Duiven-Liekens” had zijn bijnaam gekregen omdat hij een verwoed duivenliefhebber was.

Dr. Jozef Weyns noteerde in zijn tweede veldboekje op p. 22 en 207 en in zijn derde veldboekje op p. 74 dat ’s avonds voor het slapen gaan heel het gezin nog een vaderons moest bidden voor zijn duiver die zo jammerlijk verongelukt was. Duiven-Liekens nam toen hij 80 jaar was de ploeg nog ter hand. Hij was kloek gebouwd en woog toen hij in 1886 te Heist stierf nog 90 kg. Zijn oudste zoon Peter was veel zachter van aard. Het is deze Peter Liekens die de molen te Beerzel kocht en er burgemeester werd. Na zijn dood op 24 augustus 1887 hebben zijn zonen de molen verder doen draaien.

Door een blikseminslag in augustus 1890 werd voor 500 frank schade toegebracht. Een gevolg was ook dat de standaard stuk was en in 1891 vervangen werd. Op 12 oktober 1893 heeft de weduwe met haar vijf kinderen de molen openbaar verkocht. Het eerste bod van 10100 frank kwam van haar derde zoon Jan Frans, die toen molenaar was te Walem.  Maar het was uiteindelijk haar tweede zoon Victor Liekens-Van den Bruel die bij “den uitgang van de ontstoken kaars” de molen verwierf voor 10100 frank plus 215 verdieren.

In 1901 werd een nieuw paar roeden gestoken en in 1910 nog een tweede nieuw paar. Victor bleef de molenaar tot hij overleed op 8 mei 1918. Daarna waren het diens zonen Frans en August die de molen deden draaien tot in 1935 de ijzeren roede brak. De molen heeft dan nog een jaar gedraaid op één paar roede. Op 28 juni 1936 kwam de molen bij deling toe aan Victor August Isidoor Liekens-Wollants,  handelaar te Beerzel (notaris Busschots). In 1940 werd het tweede paar afgenomen en verkocht aan Rijkevorsel. Zo bleef hij van zijn wieken beroofd nog een tijd als duivenhok dienen.

In 1944 werd hij afgebroken.

A.J. BEIRENS & Karel LEMMENS

Literatuur

Archieven
Rijksarchief Antwerpen, Provinciale Reeks, C 395ter nr. 1519 f 35/2) (toestemming bestendige deputatie voor bouw nieuwe molen, 02.03.1855).
Rijksarchief Antwerpen, Notariaat Caluwaert, nr. 9883 (openbare verkoop 1893)

Gedrukte bronnen
De Werkman, 22.08.1890

Werken
H. Holemans & P.J. Lemmens, Molens der Zuiderkempen, Nieuwkerken, 1978, p. 11, 13.
Herman Holemans & P.J. Lemmens, Molens der Zuiderkempen, Nieuwkerken, Ten Bos / Studiekring Ons Molenheem, 1978.
Herman Holemans, "Provincie Antwerpen - Volledig overzicht van bestaande & verdwenen wind- water- & rosmolens", Kinrooi, Studiekring "Ons Molenheem", 1986, p. 17.
Herman Holemans, "Wind- en watermolens van de provincie Antwerpen. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 1. Gemeenten A-G", Opwijk, Studiekring "Ons Molenheem", 2009, p. 25.
G.K. Kockelberg, "De molens van Putte", in: Ons Molenheem, Opwijk, jg. 31, 2006, nr. 3, juli-september, p. 65-68,
Florent van Vlasselaer, "De graanmolens van Beerzel", Jaarboek van Heemkring Het Molenijzer-Putte, VII, 1998.
Florent van Vlasselaer, "Graanwindmolens in Groot Putte", Jaarboek van Heemkring Het Molenijzer-Putte, IX, 2000-2001.
Lemmens Karel, De geschiedenis van Beerzel. Deel 2. Van 1650 tot 1720. De  heerlijkheid, de pastoors, de kosters, de kerkmeesters, de heilige Geestmeesters, de molenaars en de volkstellingen, Stekene, eigen beheer, 2008, 177 p. Deel 3. Van 1720 tot 1800. De heerlijkheid, de pastoors, de volkstellingen en de molenaars, Stekene, eigen beheer, 2009, 181 p.
Lemmens Karel, De Liekensmolen te Beerzel, ‘t Swanekoeriertje (Heemkring Heist - Heemkring Hallaar), XXIX, 2000, 2, p. 24 e.v.

Overige foto's

Liekensmolen, Beerzel (Putte), Prentkaart (Verzameling Ons Molenheem) | Database Belgische molens
© Prentkaart (Verzameling Ons Molenheem)
Liekensmolen, Beerzel (Putte), Prentkaart (coll. L. Denewet, Hooglede) | Database Belgische molens
© Prentkaart (coll. L. Denewet, Hooglede)
Liekensmolen, Beerzel (Putte), Prentkaart Nels (coll. R. Van Raemdonck, Niel) | Database Belgische molens
© Prentkaart Nels (coll. R. Van Raemdonck, Niel)
Liekensmolen, Beerzel (Putte), Prentkaart. Verzameling Ons Molenheem | Database Belgische molens
© Prentkaart. Verzameling Ons Molenheem
Liekensmolen, Beerzel (Putte), Foto tussen 1940 en 1944. Molenkast ingericht als duivenhok. Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, Brussel. | Database Belgische molens
© Foto tussen 1940 en 1944. Molenkast ingericht als duivenhok. Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, Brussel.