Reet (Rumst), Vlaanderen - Antwerpen
- Naam
- Keizersmolen, Molen van Keizer Karel, Molen van Reet
- Ligging
- Molenstraat 231
2840 Reet (Rumst)zuidzijde
hoek met de 's Herenbaan
kadasterperceel D206
Vlaanderen - Antwerpen
- Gebouwd
- 1618
- Verdwenen
- 1929 - 20 september, omgewaaid
- Type
- Staakmolen met open voet
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- ---,
- Database nummer
- 2761
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Keizersmolen, Molen van Keizer Karel of Molen van Reet was een houten korenwindmolen aan de zuidzijde van de Molenstraat (nr. 231) op de hoek met de 's Herenbaan, op de grens met Boom. De molenaarswoning (Molenstraat 231) is nu ingericht als restaurant-taverne "Molenhuis".
Aan de molennaam "Keizersmolen" of "Molen van Keizer Karel" is een legende verbonden: Keizer Karel zou ooit in het oude molenhuis een boterham met platte kaas gegeten hebben... Enkel is het zo dat keizer Karel V in 1558 overleed, terwijl de molen pas in 1618 werd gebouwd (zie hierna).
Hij werd gebouwd in 1618. Vanaf 1619 lezen we regelmatig:"...op syn elsse bosschen gelegen onder boom by den nieuwen van Reedt". De volgende jaren eveneens: "... else bos gelegen te Boom aen den Reetschenmolen...". De beek die niet ver van de molen vloeit, wordt Molenbeek genoemd. Vanaf 1620 is er ook de benaming Molenstraat: "...in de meulenstraat te Reeth..."
Everaert van den Berghe betaalde in 1632 belastingen wegens het uitbaten van de windmolen die behoorde tot het koninklijk domein, vandaar ook de benaming 's Keizersmolen.
Hans Vloebergh was van 1643 tot na 1693 hier maalder. Dominicus Verelst huurde de molen van 1712 tot 1762. Hij richtte in 1719 naast de windmolen een rosmolen op om ook in windstille periodes te kunnen malen. In 1726 verhuisde hij naar Boom (zie getijdewatermolen op de Steilse kil).
We zien hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een standaardmolen, de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842), de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) met "M(oul)in de Reeth" en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855) als "Moulin de Reeth".
Een kadasterdocument uit 1818 beschrijft de molen als volgt: "Il existe dans cette commune (Reet) un moulin à farin mû par le vent, appartenant au sieur Van der Cruyssen à Boom. Le propriétaire l'exploite lui même. La situation de ce moulin, qui se trouwe justement sur les limites qui séparent Boom à Reeth, paraît être très avantageuse. Toutes les données que nous avons receuilliés sur la valeur locative de cette usine, combinées avec le prix de fermage de pluseiurs autres propriétés de même nature que l'on rencontre dans le conton et ailleurs encore, nous ont porté à fixer son revenu brut à 750 sur quoi, déduisant le 1/3 pour entretien et réparation, reste net f. 500."
Een kadasterdocument uit 1830 geeft de volgende beschrijving: "is van hout vervaardigd en heeft eenen omgang en drie paar steenen, van welke geene te gelijkertijd gebruikt worden. Deselve is in goeden staat, op een ruimen afstand van de dorpskern, doch gunstig gelegen en wordt voor de rekening van des zelfs eigenaar gebruikt".
Al van voor 1770 waren leden van de familie Van der Cruyssen er molenaar. Jan Van der Cruyssen, molenaar te Boom, was in 1834 eigenaar van de molen en dit tot 6 mei 1842 toen hij overleed. Daardoor kwam de molen in handen van zijn weduwe Joanna De Weerdt en hun beider kinderen. Deze kinderen waren:
a) Van der Cruysen Anne Marie
b) Van der Cruysen Joannes Baptista Pius
c) Van der Cruysen Maria Theresia, echtgenote Rijpens Joannes Franciscus, brouwer te Reet
d) Van der Cruysen Joannes Franciscus, theoloog in het seminarie te Mechelen
e) Van der Cruysen Joanna Catherina Victoria
f) Van der Cruysen Maria Sophia, religieuse te Gent
Bij delingsakte op 3 september 1861 wxerd Jean Baptiste Pius Van der Cruysen-Erix, molenaar te Boom, de enige eigenaar (notaris Mommen).
Door aankoop werd August ("Gust") Van den Branden-Peeters, handelaar te Puurs, eigenaar in 1878 (akte notaris Mommen, 20.03.1878). Na zijn overlijden op 25 september 1883 verkochten zijn kinderen de molen op 10 maart 1890 aan molenaar Frans "Sooi" Vertongen-Lenaers (°Liezele 1852 - + Aartselaar 1949). Hij werd 97 1/2 jaar oud en was de vader van de Aartselaarse dokter Marcel Vertongen (1913-1989). Zijn vrouw Lenaers overleed op 15 mei 1906. En kleinzoon Arthur De Wit, heemkundige, woont thans in Koekelare.
De windmolen doorstond goed de eerste wereldoorlog. Na de oorlog geraakte hij in verval. Zo was de buitentrap niet stevig meer. Lodewijk De Wit vroeg in de late jaren 1920 een beschermingsstatuut voor de molen aan.
Op 20 september 1929 waaide de molen om tijdens het malen. Er kwam plots een hevige windstoot. De molen begon te schudden en te kraken. Eerst werd er een wiek van de molen weggeblazen en de volgende rukwind deed heel de molen omkantelen.
Op dat ogenblik was molenaar Frans ("Sooi") Vertongen in de molen, alsook de negenjarige Frans Van der Heyden (1921-2007) uit de Bosstraat, wijk van Terhagen, die dan zijn windvlieger opliet. Van de molen bleef alleen puin over. De twee kwamen er nagenoeg ongedeerd onderuit. De restanten van de molen werden opgeruimd. De molenberg van 3,2 meter hoog werd afgegraven en met de grond werd het kerkhof van Boom verhoogd. Onder de wal bevond zich een gemetselde kelder van vijf bij vijf meter, door een muur in tweeën verdeeld. Dit was een aardappelkelder De molen zelf was 16 meter hoog. De molenkast had een breedte van 4,20 m en een diepte van 7,50 m. Er waren twee ijzeren molenroeden met een lengte van 22 meter.
Enkele balkinscripties in de molen: "Peeter Lens 1768", "CB 1776", "B. Van der Cruisen 1770", "F. Van der Cruisen 1870" en "CP 1881".
Het molenhuis was 27 bij 10 meter. Er waren 7 plaatsen beneden en 2 boven. Er was een zolder over heel het molenhuis. Het huis en de molenberm bestreken een totale oppervlakte van 14 are.
Lieven DENEWET, Hooglede & Arthur DE WIT, Koekelare
Literatuur
Gedrukte bron
De Volksstem, 22 september 1929
Werken
Herman Holemans, Wind- en watermolens in de provincie Antwerpen. Nieuwkerken, Studiekring Ons Molenheem, 1978.
H. Holemans & P.J. Lemmens, Molens van Klein-Brabant, Mechelen en de Rupelstreek. Nieuwkerken, Ten Bos / Studiekring Ons Molenheem, 1987.
Holemans Hermans, "Wind- en watermolens van de provincie Antwerpen. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 3. Gemeenten P-Z", Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2011, p. 21.
Brief van Michel Vanhousche, Denderleeuw, over het schilderij van Viktor Van Herp. Hij was de broer van zijn moeder. Michel kreeg het schilderij van zijn nicht.
R.V., "Reet heeft eigen molengeschiedenis", Het Volk, 19.06.1984.
Arthur De Wit & Alfons De Wit, "Kroniek van Familie De Wit - deel 1", Koekelare, maart 2013, 26 p.
Mailberichten
Arthur De Wit, Koekelare (°Mechelen, 1934), kleinzoon van de laatste molenaar Frans ("Sooi") Vertongen (°Liezele 1852 - +Aartselaar 1949), 06.04.2013.
Geert Van der Heyden, zoon van Frans Van der Heyden (1921-2007), 12.03.2014.