Molenzorg
navigatie Meerhout, Antwerpen
Foto van Prinskensmolen, Meerhout, Foto: Karel Vaneyck, 2011  | Database Belgische molens © Foto: Karel Vaneyck, 2011

Prinskensmolen
Prinskensmolenweg 1
2450 Meerhout
Meerhout-Berg
kadasterperceel C1878
51.128555, 5.090237 (Google Maps)
Gemeente Meerhout
13e eeuw / 1728 / 1980
Staakmolen met halfopen voet
Korenmolen
Was eigendom van de prinsen van Oranje (vandaar de molennaam)
Gelast, 26,50 en 26,60 meter (binnenroede: Peel - Gistel, 1996; buitenroede: Derckx - Wessem, nr. 898, 1999)
Twee steenkoppels
Gedemonteerd in afwachting van restauratie
M: monument,
12 augustus 1969
Na restauratie: Jan Melis (Boerenkrijglaan 83, Meerhout), Jef Druyts (Olmen), Lieven Dockx (Meerhout)
Na restauratie: op afspraak (tel. 014/30 45 42, 0496 949443); van mei tot september: de laatste zondag van de maand.
05958 (allemolens.nl)

Beschrijving / geschiedenis

De Prinskensmolen wordt soms als de oudste molen van de provincie Antwerpen beschouwd omdat hij omstreeks 1200 door de Heren van Diest op deze plaats werd opgericht. In 1323 werd hij vermeld in het archief van de abdij van Maagdendaal en in 1440 in een opgave van de heerlijkheid Meerhout. Rond 1500 kwam de molen aan de prinsen van Oranje (vandaar de molennaam). In 1728 werd de molen grondig hersteld.

Kadastrale beschrijving uit ca. 1830: "windkorenmolen in hout gebouwd, den selven heeft eenen omgang en twee paar molensteenen welke niet te gelijkertijd kunnen werken, hij staet bij het dorp en is in goeden staat van onderhoud. De pachter is Sels".

Eigenaars na 1820:
- 1820, verkoop: Schepens J.F.M., notaris te Antwerpen
- 21.10.1822, erfpacht: eigenaar J.F.M. Schepens, huurder-molenaar: Mullens voor 3 jaar: "verpacht voor drie jaren door J .F.M. Schepers aan Mullens. De pachtprijs is f. 353,57 waarvan af voor ongebouwd eigendom f. 1,25 blijft f. 352,32. Het onderhoud der draayende werken is ten laste van den huurder, waardoor het onderhoud gerekend wordt te zijn voor de helft ten laste van den eigenaar en de andere ten laste van den huurder en hierdoor maar afgetrokken wordt f. 70,46. Blijft voor den molen f. 281,86."
- voor 1834, eigenaar: Scheppens-Boogaert Emmanuel Bruno, rentenier te Borsbeek; huurder-molenaar: Sels
- 03.03.1837, verkoop: Sergiers-Van Beyflik Joseph, winkelier te Meerhout (notaris Gellinck)
- 25.10.1847, verkoop: Peeters-Grietens Bernard, winkelier te Meerhout (notaris Van Praet)
- 30.05.1856, verkoop: a) Heylen-Peeters Theodoor Désiré, winkelier te Meerhout en b) Peeters Caroline Mathilde, zonder beroep te Meerhoud (overlijden van Bernard Peeters)
- 1891,  erfenis: a) Heylen-Peeters Theodoor Désiré, de kinderen, te Meerhout en b) Peeters Caroline Mathilde, zonder beroep te Meerhout (overlijden van Theodoor Heylen)
- 28.09.1898, erfenis: Heylen-Peeters Theodoor Désiré, de kinderen, te Meerhout (overlijden van Caroline Peeters)
- 17.06.1912, deling: Heylen Charlotte, zonder beroep te Meerhout (notarissen Heylen en Smolderen)
- 15.11.1920, verkoop: Blockx-Van Nueten Petrus Siardus, de weduwe en kinderen, molenaars te Berchem (notaris Adriaensens)
- 12.03.1928, verkoop: Stockmans-Van Cluijsen Petrus Gerardus, molenaar te Lummen (notaris Adriaensens)
- 17.09.1977, erfenis: de weduwe en kinderen (overlijden van Petrus Stockmans)
- 14.02.1979, verkoop: Gemeente Meerhout (notaris Van Ermengem)

In 1820 kwam hij in handen van notaris J. Schepens uit Antwerpen. Daarna werd hij achtereenvolgens het eigendom van Serigiers, Van Dingenen, Peeters, Heylen, Blockx, G. Stockmans en Van Cleuvenberg.

Op donderdagnamiddag 4 april 1867 verongelukte de molenknecht in de molen: "Donderdag namiddag heeft er te Meerhout een jammerlyk ongeluk plaats gehad, hetwelk de gansche gemeente in verslagenheidheeft gebracht. Een jongeling van 14 jaren, Schellens genaamd, in dienst op den molen van mulder Heylen, was eene premie toegezegd om ratten en muizen te vangen. In zynen iever tot vangen en het stellen zyner vallen, geraakte de jongen tusschen het wiel des molens, met het ongelukkig gevolg dat zyn hoofd in het middel doorgesneden en eenige zyner vingers werden afgehakt. Zyn broeder, die in eene nevenplaats was, gekraak hoorende, kwam toegesneld en was eilaas! getuige van dit schrikkelyk schouwspel. De dood was oogenblikkelyk".

In 1968 verloor de molen een roede en geraakte hij ernstig in verval, ondanks een bescherming als monument op 12 augustus 1969. Gelukkig kocht de gemeente Meerhout de molen aan en liet hem in 1980 maalvaardig herstellen door de molenbouwers Caers uit Retie. Bij deze restauratie bracht men weer houten pestelroeden aan. Deze hielden het echter niet lang vol. Daarom werden vervangen door gelaste stalen roeden van 26,60 m: de binnenroede is van het fabrikaat Peel (1996) en de buitenroede van Derckx (1999, nr. 898), geplaatst door John de Jong uit Veldhoven.
't Gebinte Molenbouw uit Erpe-Mere voerde in 2002 een nieuwe restauratie uit.

In 2014 werd een nieuw onderhoudsdossier voor het houten gevlucht goedgekeurd.

Vanwege de aantasting van het balkwerk door houtworm, lichtte Adriaens Molenbouw bv uit Weert op 9 mei 2017 de molenkast van de standaard en zette ze ernaast neer  op he grasveld. De volgende dagen werd de kast helemaal dichtgetimmerd met OSB-platen, hermetisch afgesloten en vervolgens werden de houtwormen in de balken vergast. Nu wordt nog gewacht op de eigenlijke restauratie. 

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
------------------------------

De Prinskensmolen was, meer dan zeven eeuwen terug, in het bezit van de Heer van Diest, samen met een hele massa renten op velden, bossen en vijvers die rond deze molen waren gelegen. De molen werd hier rond 1200 opgericht door een Heer van Diest, aan wie dat deel van de heerlijkheid Meerhout toen al behoorde. Vanaf dan duikt de naam van de windmolen van de Berg af en toe in oude documenten op. In een register "copy van Brieven van het archief der abdij van Maagdendal" staat op fol. geschreven: " 1 3 23, terae arabiles jacentes recto eeclesiam de Meerhout, inter viam ducentem de Sancto Martino, versus molendinuni vent ...... Vertaald betekent dit "... akkers liggende rechts van de kerk van Meerhout, tussen de weg die leidt van Sint Maarten naar het veld van de windmolen". Deze data maken onze molen tot de oudste van de provincie Antwerpen.

In een document van Jan van Loon, Heer van Diest, ontdekken we weer de vermelding van onze windmolen. Rond 1 500 behoorden de heerlijkheden van Diest, Meerhout en Vorst en ook nog vele anderen aan de Prinsen van Oranje; de windmolen van de Berg was daar ook bij en bleef in hun handen tot in 1820, uitgezonderd tijdens de Franse Overheersing. Toen was de molen ingelijfd bij de "Nationale Domenici'. Uit die tijd stamt de naam 'Prinskensmolen' en zo is hij tegenwoordig tot ver buiten onze dorpsgrenzen gekend. De Prinskensmolen stond buiten de dorpskom, niet gehinderd door bomen of huizen, op het "einde van de Berg". "Op 't Eindeke", zegden de mensen hier vroeger. Zo heet nu ook het korte straatje dat vertrekt vanaf de Olmsebaan en dat naar de statige oude reus leidt. Er stond en staat daar nog "ter streke Bokkenrodevelden', schreef meester Louis Lietens in 1940, een eindje van de wegen, want hij mocht in die tijd niet vlak tegen 's herenstracte worden opgebouwd, omdat anders "'s heren peerd" van de draaiende wieken zou schrikken en steigeren!

De Prinskensmolen was een ban- of dwangrnolen. Dit hield in dat de heer, op grond van macht en gezag, zijn onderdanen kon dwingen hun graan op "zijn' molen te laten malen. De heer had niet alleen de volledige beschikking over het dorp en zijn gebied met wild, bomen en planten, maar ook over de vogels die over zijn "heerlijkheid" vlogen, over de wind en over het water. De heer had "recht" op alles of toch bijna alles; zelfs op de mensen die voor een deel diensten voor hem moesten leveren. Men noemde ze "dienstbaarheden". Zo kunnen we ons een beetje voorstellen hoe zwaar en moeilijk het is geweest en hoeveel eeuwen harde en verbeten strijd het onze voorouders heeft gekost om beetje bij heeije een deel van die voorrechten voor hen zelf, de arme gemeenschap, af te dwingen.

Laatste pachters en eigenaars
In 1728 werd de verloederde molen hersteld en vernieuwd door Jan Willerns, gezworen meester-molenmaker van Dessel, en Jan Mertens, meestersrnid hier te Meerhout. De eerste pachter na de vernieuwing was Antoon Loots. Hij bemaalde de molen tot eind 1740. De nieuwe pachteres-mulderin was Joanna Verelst. Op 1 januari 1744 kwam Antoon Loots weer, en bleef nog vele jaren molenaar. Hij was pachter tijdens de 'Socrenkrijg". Lambert Mullens volgde hem op en bleef tot 1811. Daarna kwam Jozef Leysen. Een laatste verpachting, de publieke verhuizing voor een termijn van 6 jaar, van 1 januari 1816 tot 31 december 1821, had plaats "ter herberge van Peter Kerselaers op verzoek van Mes Cox, rentmeester van de domeinen van Willem, Prins van Oranje, Koning der Nederlanden". De laatste pachter was nog eens een zekere Lambert Mullens, een "meerderjarige jongeman'. Op 27 maart 1820 kocht Jan Martin Schepens, notaris te Antwerpen, voor 3200 florijnen de molen van de Berg en ook het uitgestrekte domein "oversteen" te Gestel. Zo kwam de Prinskensmolen na een zestal eeuwen in privébezit.

In 1919 kocht Siardus Blockx de molen van de familie Desiré Heylen-Peeters. Victor Heylen, een neef van Desiré, was er een tijd molenaar geweest. De laatste molenaar-eigenaar, Gerard Stockmans, kocht de molen op 12 maart 1928 van molenaar Blockx voor 30.100 fr. Hij bemaalde hem tot hij in 1965 op rust ging. De molenwieken vielen stil, en stilstaande molens vervallen snel. Gerard had "zijn' rnolen altijd vertroeteld en verzorgd als een eigen kind. Nu kon hij de aftakeling van zijn levensgezellin niet meer tegenhouden. In 1969 verhuisde de mulder naar Limburg. Nu moest hij de verloedering van de Prinskensmolen niet meer meemaken. De molen werd in 1969 omwille van zijn geschiedkundige waarde bij Koninklijk Besluit op de lijst der beschermde monumenten ingeschreven. Maar de aftakeling duurde nog twaalfjaar voort en begon katastrofale afmetingen aan te nemen. 'De Prins' werd een gevaar voor spelende kinderen, voor de hele buurt. De Prinskensmolen was de dood nabij.

De restauratie van de molen.

Gelukkig kon molenvriend Jos Sterckx, schepen van cultuur, het gemeentebestuur overtuigen dat het meer dan hoog tijd was om de aftakeling een halt toe te roepen. De molen werd in 1978 aangekocht door het gemeentebestuur. Van al zijn "levenseeuwen" was hij slechts 158 jaar in privébezit geweest. De restauratieprocedure werd ingezet en in 1982 werd de herstelling voltooid. Architect Paul Gevers van Kasterlee en de molenbouwers Caers uit Retie stonden in voor de feilloze uitvoering. De restauratiekosten beliepen vier en een half miljoen. De staat betaalde 60%, het provinciebestuur 20% en onze gemeente moest de overige 20"/o bijpassen.
De "grootste" getuige van ons Meerhouts verleden werd gered. Hij is klaar om met zijn draaiende molenwieken weer en wind te trotseren en om de volgende eeuwen te kunnen blijven getuigen van het kunnen, de durf en het leven van onze voorouders.

Echter eind 1990 leerde de ervaring van de molenaar Jef Druyts dat twee van de vier wieken dienden vervangen en de wiekenas gerestaureerd. Voordien werden door de molenaar en een aantal vrijwilligers de hekwerken van de twee andere wieken gerestaureerd en het borststuk vervangen. De procedure om deze "kleine" restauratie, geraamd op 1 miljoen frank, uit te voeren werd op gang getrokken. Uiteindelijk waren de nodige fondsen beschikbaar gekomen en kon een molenbouwer worden aangesteld (Caers uit Retie). Na het demonteren van de wieken en de askop bleek dat de geplande restauratie van de wiekenas beter kon worden vervangen door de aankoop van een volledig nieuwe as, wat dan ook gebeurde. Ook werd de molen behandeld tegen de larve van de klopkever die het hout fel aantastte. De herstelling was eind juni 1996 een feit.

Midden 1998 werd er gestart met de samenstelling van een dossier, zogenaamd "tweede fase restauratiewerken", waarin punten werden genoteerd die in aanmerking komen voor herstel, plaatsing of restauratie. Eén van de opgenomen punten was de vervanging van de buitenste wieken omwille van houtrot. Deze houtrot noodzaakte ons tot een eerder ingrijpen dan gepland. Na vele draaiuren in het najaar van 1998, brak één van de twee buitenste wieken, ter hoogte van de borst, af tijdens stilstand in het zeer winderige éérste weekend van dit jaar 1999. Het hekwerk van deze wiek, dat nog in goede staat was, maakte dat de wiek niet volledig afbrak. Stilstand van de molen was het gevolg in afwachting van het afnemen van de twee wieken, zodat met de in 1996 vervangen binnenroede kan worden verder gedraaid in afwachting van herstelling. Het afnemen gebeurde op 22 juni door molenmaker De Jong, die ook de nieuw te plaatsen buitenroede gaat opbouwen en plaatsen. Het betreft een stalen- gelaste roede zoals de binnenroede. Einde september van 1999 maalde de molen terug met vier wieken.

In de tweede fase van de restauratiewerken (2003) werden o.a. volgende belangrijke punten opgenomen. De volledige installatie voorzien van een nieuw, tweede koppel maalstenen die, uit budgettaire overwegingen, niet geïnstalleerd zijn tijdens de grote restauratie van begin jaren tachtig. Het houten vangwiel waarin dit koppel maalstenen gaat draaien werd ook verstevigd. Eén van de steekbanden in de voet van de molen vertoonde eveneens zwakke plekken en werd vervangen.

In 2010 onderging de Prinskensmolen onderhoudswerken. Hij kreeg eerst een anti-mosbehandeling en een reinigingsbeurt. Daarna werden er drie lagen verf aangebracht. Er kwam een afsluiting rond het domein. Dit is nodig omdat de molenaars de laatste tijd meer en meer af te rekenen hebben met vandalisme, graffiti, hondenpoep en zwerfvuil. De kostprijs voor deze opknapwerken bedroeg ongeveer 25.000 euro, waarvan tachtig procent gesubsidieerd wordt door de Vlaamse overheid afdeling Onroerend Erfgoed.

In 2014 werd een nieuw onderhoudsdossier voor het houten gevlucht goedgekeurd. Aannemer John Molenbouw de Jongh uit Veldhoven (Nederland) verving het houten hekwerk van de wieken.
Eind 2014 begon deze molenbouwer met het maken van houten onderdelen voor nieuwe zomen, windplanken en hekwerk. Na de nodige schilderwerken en behandeling van het hout, kreeg de molen ook nieuwe zeilen. In twaalf werkdagen was hij weer maalvaardig.
De kosten voor de onderhoudswerken bedroegen 29 013,38 euro. Het Agenschap Onroerend Erfgoed gaf een onderhoudspremie van maximum 29.040 euro.

Jan MELIS, Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Aanvullende informatie

Jaarlijks aantal asomwentelingen
2003: 19.272

Intekendatum: 08.02.2001, 11 u.
Molen: Meerhout (Antw.), Prinskensmolen - standaard-molen
Bouwheer: Gemeente Meerhout
Ontwerper: Architectenbureau  P. Gevers, Kasterlee
Opdracht: Aanvraag tot deelneming aan de beperkte aanbesteding voor de restauratie; o/cat. D23, kl. 1; 60 werkdagen
Plaats aanbesteding: Gemeentehuis, Markt 1, 2450 Meerhout
Toewijzing: 't Gebinte Molenbouw bvba, Erpe-Mere

"Het Volksbelang", weekblad, jg. 1, nr. 13 van 6 april 1867.
H. Holemans & P.J. Lemmens, "Molens der Zuiderkempen", Nieuwkerken, 1978, p. 72-77;
Louis Grietens, "De Molens van Meerhout. II. De windmolen op de Weversberg", in: De Zuiderkempen, X, 1941, nr. 1-2, p. 73-76; overgenomen in: De Belgische Molenaar, jg. 51, nr. 11 (30 april 1956), p. 148-149;
F. Brouwers, "De toekomst van een verleden. Levende molens in de provincie Antwerpen", s.l., Levende Molens Werkgroep Kempen-Antwerpen, (1997);
Paul Hendriks, "De windmolens. 18. Meerhout", in: P. Hendriks & R. Hoeben, "Provincie Antwerpen. Wind- en watermolens", p. 18;
E. D(e) K(inderen), "Enkele restauraties nader bekeken: de Prinskensmolen te Meerhout aan restauratie toe", in: De Belgische Molenaar, jg. 76, nr. 20 (22 okt. 1981), p. 274-275;
"Molennieuwsjes: Meerhout", in: De Belgische Molenaar, jg. 72, nr. 22 (22 nov. 1977), p. 294;
"De molens der provincie Antwerpen: Meerhout, houten windmolen op de Weversberg", in: Natuur- en Stedenschon, jg. 31, nr. 4 (april 1958), p. 44;
(L. Smet), "Molens in de aktualiteit: Meerhout, Prinskensmolen", in: Molenecho's, V, 1977, nr. 9 (sept.), p. 67;
(L. Smet), "Ons molenpatrimonium in de provincie Antwerpen: Meerhout, Prinskensmolen", in: Molenecho's, V, 1977, nr. 3 (maart), p. 23;
R. Hoeben, "De Prinskensmolen te Meerhout. (Portret van een draaiende molen)", in: Natuur- en Stedeschoon, jg. 57 (1988), nr. 1, p. 20-21, ill.;
Herman Holemans, "Beschrijving van het molenbedrijf te Meerhout. (Vertaald van het Frans), in: Ons Molenheem, 1983, nr. 2, p. 19-20;
Els De Kinderen, "Enkele belangrijke restauraties nader bekeken [Arendonk: Toremansmolen; Meerhout: Prinskensmolen; Gistel: Oostmolen; Zingem: Meuleke 't Dal]", in: Levende Molens, jg. 4 (1981), nr. 20 (22 oktober), p. 274-275, ill.;
"5 en 6 juni: feestelijk inhuldiging van de Prinskensmolen en de Haanvense molente Meerhout", in: De Belgische Molenaar en Levende Molens, jg. 77 (1982), nr. 5 (mei), p. 100;
J.D., "De restauratie van de Prinskensmolen nader bekeken", in De Belgische Molenaar en Levende Molens, jg. 77 (1982), nr. 11 (november), p. 246-247, ill.;
Els De Kinderen, "Groeiende Kempense belangstelling voor molens [Prinskensmolen, Watermolen en Haanvense Molen]", in: Levende Molens, jg. 2, 1979, nr. 20 (22 oktober 1979), p. 265-266;
P.J. Lemmens, "Molenoverzicht uit het Arrondissement Turnhout van 1830 tot heden", Heemkundig Handboekje voor de Antwerpse Randgemeenten, Kwartaalschrift, Borgerhout, Gitschotel Buurschap, Jg. 12, [1964], nr. 3, p. 17.
Jos Sterckx, Krista Wilms, Jan Melis e.a., "Slag van de molen. Hier maalt men voor alleman die zijn loon geven kan", Meerhout, 2011.
Paul Huys, "Molensprokkelingen van anderhalve eeuw geleden", Molenecho's, jg. 30, 2002, 1, p. 50-53 (53).

Persberichten
VGD, "Molen blaast zeepbellen", in: Het Nieuwsblad, 29.04.2009.
VGD, "Windmolen wordt zeepbellenblaasmachine", Het Nieuwsblad, 25.04.2009.
Leo Brouwers, "Windmolen wordt zeepbellenblaasmachine", Het Nieuwsblad, 23.04.2009.
WVDB, "Prinskensmolen blaast bellen", Gazet van Antwerpen, 27.04.2009.
Leo Brouwers, "Prinskensmolen heeft drie molenaars", Het Nieuwsblad, 28.06.2010.
Nele Caeyers, "Meerhoutse postkaarten te verkrijgen", Gazet van Antwerpen, 15.07.2010.
EJM, in: Het Laatste Nieuws, 28.10.2011.
Saskia Van Gestel, "Prinskensmolen krijgt nieuwe wieken", Gazet van Antwerpen / Het Nieuwsblad, 27.06.2015.
Saskia Van Gestel, "Houtwormen vellen Prinskesmolen", Het Nieuwsblad, 08.09.2015.
EJM, "Meerhout-Berg. Houtworm legt wieken Prinskensmolen stil", Het Laatste Nieuws, 09.09.2015.
"Prinskensmolen in Meerhout zonder wieken", rtv, 23.12.2015.
Saskia Van Gestel, "Molenwieken weg voor restauratie", Het Nieuwsblad, 28.12.2015.
“Prinskensmolen in Meerhout zal hele tijd niet meer draaien”, rtv.be, 07.09.2015.
“Restauratie Prinskensmolen Meerhout / Prinskensmolen in Meerhout zonder wieken”, rtv.be, 23.12.2015.
Hans Otten, "Molen kiest (even) het luchtruim", Het Nieuwsblad, 10.05.2017.
Jan Eykmans, "Houtwormen in balken Prinskensmolen moeten worden aangepakt. Torenkraan haalt 300 jaar oude windmolen van voet", Het Laatste Nieuws, 11.05.2017.
“Houtworm Prinskensmolen wordt aangepakt”, rtv.be, 08.05.2017.
De Prinskensmolen in Meerhout is aangetast door houtworm. Vandaag is begonnen met de voorbereidende werken om de hele molen van zijn sokkel te halen zodat er een grondige inspectie kan gebeuren om te bepalen hoe groot de schade precies is.
“Oudste molen provincie van voetstuk gehaald”, radio2.be, 10.05.2017.
Jean Eykmans, "Erfgoedpremie voor restauratie Prinskensmolen goedgekeurd", Het Nieuwsblad - Gazet van Antwerpen, 01.04.2021.
Wouter Demuynck, "Erfgoedpremie van 298.000 euro voor restauratie van Prinskensmolen", Het Laatste Nieuws, 31.03.2021.

Mailberichten
Maarten Osstyn, Adegem, 04.12.2017.

Overige foto's

transparant