De Moulin de Valduc is een watermolen in de rue de Bierbeek nr. 3, op de Nethen, iets ten zuiden van het kasteel van Valduc (rue de Bierbieek nr. 1), op 58,52 meter boven de zeespiegel.

Grote werkzaamheden werden uitgevoerd om de loop van de rivier te veranderen om aldus het molenwiel te laten draaien.De “Faux-Ry” ligt op de bedding van de Nethen. Een meer werd gegraven vlakbij de omgelegde rivier en diende als waterreservoir om de molen verder te laten werken in geval van droogte.

Met de bouw ervan werd een aanvang gemaakt in 1431.

In 1524 werd er een volmolen bijgeplaatst,

Architect Laurent–Benoît Dewez liet in 1774 een restauratie uitvoeren.

In 1782 was de watermolen verpacht voor 420 gulden en 11 stuivers. In het jaar VIII van de Franse republiek werd hij als nationaal bezit verkocht. Gedurende de winter ontbrak het de molen dikwijls aan water.

Na de onteigening van de molen onder het Frans bewind maakte hij deel uit van de bezittingen van het kasteel van Valduc.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Desgranges Nicolas Joseph, eigenaar te Hamme-Mille
- 1839, testament: Van der Schrick Pierre Joseph Henri, advocaat te Leuven
- 09.09.1868, deling: Craninx-Van der Schrick Pierre Jean Etienne (1805-1890), professor te Leuven (notaris Van Overstraeten)
- 1890, erfenis: de weduwe (overlijden van Pierre Craninx)
- 01.07.1897, gift: a) Craninx-Vandenschrieck Pierre Jean Etienne, de weduwe (voor vruchtgebruik) en b) Craninx-Gisler Joseph Marie Oscar Ghislain Etienne (voor naakte eigendom), eigenaar te Brussel (notaris Tallon)
- 23.11.1900, einde vruchtgebruik: Craninx-Gisler Joseph Marie Oscar Ghislain Etienne, eigenaar te Brussel (overlijden van de weduwe Vandenschrieck van Pierre Jean Craninx)
- 28.11.1913, erfenis: de Dieudoné-Craninx baron Oscar François Charles Joseph Marie Ghislain, de weduwe '(overlijden van haar broer Craninx Joseph Marie Oscar)
- 04.05.1919, verkoop: Janssen-Scheyven Edouard Marie Henri Albert (= Janssen Albert Edouard), directeur van de Nationale Bank van België en Minister van Staat, te Brussel (notaris Tallon)
- 1966, erfenis: Plater-Zyberk comte, de weduwe (dochter van Edouard Janssen - hertrouwd met Grocholski comte).
- 2015, eigenaar: Janssen E.

In 1885 werd een gedeelte van het molengenouw ingenomen door een woning. In 1900 werd een zaagmolen toegevoegd: "moulin à farine et sciérie à eau".

In 1956 werd het gebouw ingericht als woning. Het onderslagrad is nog aanwezig. Het is uitgerust met metalen velgen en houten schoepen en bevindt zich onder een afdak.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

----------------------------------

L’ancien Moulin à eau abbatial se trouve au rue de Bierbeek n° 3 au sud du château (rue de Bierbeek n° 1). (Remontant à 1648, les bâtiments ont été modifiés, notamment aux 18e et 19e siècles. La dépendance abritant la roue hydraulique est accolée au corps de logis.

Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 7: arrondissement Nijvel (F-O)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1998, p. 26.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.