Stadsarchief Menen. Stuk van 29 december 1797 (mededeling Luc Desloovere, Menen)
République française. Extrait du Registres aux Arrêtés de l'Administration centrale du Département de la Lys.
L'Administration Centrale du Dép(artemen)t de la Lys
Vû les procès verbaux d'estimation 1° de six moulins autrefois bannaux situés à Haerlebeck (= Harelbeke) provenant de l'ancien gouvernement occupé par le citoyen Buyse (hoirs) dressé par l'expert Ovyn à Courtray. 2. De trois moulins situés à Menin canton dudit lieu provenant aussi de l'ancien gouvernement occupé par le c(itoy)en Eugène Vandenberghe dressé par l'expert l'Hermite à Roulers.
Considérant que d'après la Loi du 8 Avril 1793 rappelée à l'article 10 de l'instruction du com(missai)re du gouv(ernemen)t Bochet la vente des moulins appartenans à la nation placés sur des rivières ou cours d'eau ne pourront être aliéné qu'après qu'il aura été vérifié que leur conservation ne cause aucun dommage aux propriétés nationales et que leur destruction ne deviendra point nécessaire au dessèchement des marais.
Considérant que cette formalité n'a point été remplie à l'égard des moulins cidessus mentionnés.
Oui le Commiss(ai)re du D(irectoi)re Exécutif
Arrête
1° Il sera procédé à cette vérification sur la réquisition du Commis(sai)re du Directoire près cette Administration par l'ingénieur du Dép(artemen)t en présence de deux officiers municipaux des cantons respectifs sur le territoire desquels se trouvent les dits moulins.
2. Les procès verbaux de vérification seront soumis à l'avis des Administrations m(unicipa)lles et envoyés à l'Administration centrale qui statuera ainsi qu'il appartiendra.
3. Expédition du présent sera faite au Com(missai)re du D(irectoi)re près cette Adm(inistrati)on et aux adm(inistrati)ons m(unicipa)lles.
Fait en séance à Bruges le 9e Nivôse an 6 (29 décembre 1797). Présens les Citoyens Hennessy Président, Guimard, Tarte, Chomel, Vanpraet Administrateurs, Baret com(missai)re du D(irectoi)re Exécutif et de Ceinssart secrétaire en chef.
Pour expéditon conforme (get.) Hennessy N. Jullien
-------------------------------
Intekendatum: 2000 Molen: Harelbeke (W.-Vl.), Banmolens, (Oude Watermolens - industriële watermolen met Francis-turbine, gerenoveerd tot lofts en kleine waterkrachtcentrale Bouwheer: Lofting Group nv, Gent (Rudy Leroy Ontwerper: ASA bvba (Atelier voor Stedelijke Architectuur) - Restyling Groep Projectmanagement, Gent Opdracht: Restauratie en renovatie tot lofts Plaats aanbesteding: Lofting Group, Keizer Karelstraat 170, 9000 Gent Toewijzing: Algemene Bouwonderneming De Bouw, Gits (Hooglede)
Intekendatum: 30.08.2005, 15 u. Molen: Harelbeke (W.-Vl.), Banmolens, Oude Water-molens - watermolen met Francisturbine, ingericht met lofts Bouwheer: vzw Banmolens, Deinze Ontwerper: Arch.bureau ASA bvba, Gent (Christa Lievens) Opdracht: Aanvraag tot deelneming aan de onderhandelingsprocedure voor het uitvoeren van bouwwerken voor hydromechanische installaties: restauratie waterturbine; o/cat. D24, kl. 2 of 3 Plaats aanbesteding: vzw Banmolens, Stationstraat 58 (bus 2), 9800 Deinze Toewijzing: Ecopower cvba, Berchem (Antwerpen)
Gendschen Mercurius, nr. 1016, dd° 20.01.1828 Watermolens en korenwindmolens te Harelbeke en Kortrijk, 1828 Koopveiling door notaris De Deken (Kortrijk) op 22.01.1828 (derde zitting en toewijzing) in de hostellerie den Gouden Leeuw, Grote Markt, Kortrijk, van de Watermolens te Harelbeke (“met de geregtigheid der daaraan klevende watervallen op de riviere de Leye”), benevens drie Korenwindmolens, met gebouwen en erf, gelegen te Harelbeke en Kortrijk. Het jongste verhoogde bod bedraagt 30.000 Ndl. gld. voor de watermolens en 3.400 Ndl. gld. voor de drie windmolens. De Watermolens te Harelbeke bestaan uit vier verschillende watermolens, waarvan er drie éénzelfde waterval hebben, ter breedte van 1 el 1 palm 9 duimen bij een hoogte van 3 ellen 2 palmen 7 duimen en 3 strepen, terwijl de vierde een waterval heeft ter breedte van 1 el 4 palmen 8 duimen 8 strepen bij een hoogte van 2 ellen 6 palmen 7 duimen 8 strepen; er is genoegzaam water ten behoeve van “graanmolens, moutmolens, volmolen, oliemolen, blauwselmolen, tarwe-, bonen- en boekweiten bloempelmolen”. De kracht van deze watervallen mag berekend worden op ten minste die van 140 paarden. De gebouwen zijn sterk en de werktuigen nieuw. (Van de korenwindmolens wordt geen aparte beschrijving gegeven.)
Referentie: BE RAK, Archief Groeningeabdij (516-559), nr. 1. Naam: Cartularium van de Groeningeabdij te Kortrijk Datering: (1164) 1627-1780 Beschrijvingsniveau: archiefbestanddeel Omvang: 1 deel f. 51v-52r: Authentiek afschrift van de akte, verleden voor Boudewijn IX, graaf van Vlaanderen, waarin Walter van Harelbeke, clericus van de graaf, aan Radulphus van Passendale en diens vrouw een rente van 28 razieren tarwe op de molen van Harelbeke, 6 hoet haver op de Spijker in Harelbeke, en een jaarrente van 8 schellingen 4 denieren koopt. Hendrik, broer van de graaf, aan wie deze goederen in leen toebehoren, maakt ze over aan Walter, aan dezelfde voorwaarden als deze waaraan Radulphus ze van Hendrik hield. 1199, 15 juli. ANDERE VORMEN: Origineel: Rijksarchief te Kortrijk, Archief van de Groeningeabdij, nr. 196. Uitgave: PREVENIER W., De oorkonden der graven van Vlaanderen (1191-aanvang 1206) (Koninklijke Commissie voor Geschiedenis. Verzameling van de akten der Belgische vorsten, 5), II, Brussel, 1964, p. 248-249. Uitgave van een vidimus uit 1334: VAN DE PUTTE F., Analectes concernant Harlebeke, in Annales de la Société d’émulation pour l’étude de l’Histoire et des Antiquités de la Flandre, 27, 1875, p. 131-132. Het vidimus zelf was in privébezit van kanunnik Van de Putte. Regest: VAN DORPE B., De abdij van Groeninge, in Handelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk. Nieuwe Reeks, 25, 1951-1952, p. 77. Latijn. f. 52r-v: Vlaamse vertaling van voorgaande akte. 1199, 15 juli. f. 52v-53r: Uittreksel uit een rekening van de generaal ontvanger van West-Vlaanderen inzake de betaling van de rente op de molen van Harelbeke. [begin 17de eeuw]. f. 53r-54r: Afschrift van een nota van Adriaen Bonte, baljuw van de abdij, aan Jan van den Berghe in Brussel en raadsheer Dennetires inzake de rente van de abdij op de watermolen van Harelbeke. [begin 17de eeuw]. f. 54r-v: Authentiek afschrift van een authentiek afschrift van een akte waarin Filips de Goede, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen, de vrijheid van de abdij bekrachtigt om graan te malen waar ze dat wil en de verplichting van de pachters van de molen van Harelbeke om twee mud tarwe aan de abdij te betalen. 1432, 20 februari (n.s.). ANDERE VORMEN: Origineel: Rijksarchief te Kortrijk, Archief van de Groeningeabdij, nr. 265. Uitgave: VAN DE PUTTE F., Speculum Beatae Mariae Virginis ou chronique et cartulaire de l’abbaye de Groeninghe à Courtrai publiés d’après les documents originaux, Brugge, 1872, p. 63-64. Regest: VAN DORPE B., De abdij van Groeninge, in Handelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk. Nieuwe Reeks, 25, 1951-1952, p. 100. Het afschrift geeft als datum 15 februari. Uit het origineel blijkt echter dat de oorkonde dateert van 20 februari. f. 54v-55r: Authentiek afschrift van de akte waarin de schepenen van Kortrijk verklaren dat wie in de oude abdij woont, vrij is gebruik te maken van de molen van Marke, die de abdij toebehoort, en niet verplicht is te malen in de watermolen van Harelbeke. 1554, 27 januari (n.s.). ANDERE VORMEN: Origineel: Rijksarchief te Kortrijk, Archief van de Groeningeabdij, nr. 270.
Literatuur
Archiefbronnen Rijksarchief Gent, Fonds St.-Pieters, II, 1061 - J. de Coster, Landboek 1764-1778), waarin: De “Waeter Molens” op de Leie te Harelbeke, 18de eeuw Rijksarchief Gent, Fonds St.-Pieters, II, 1061 - J. de Coster, Landboek 1764-1778) Stadsarchief Menen. Stuk van 29 december 1797 (mededeling Luc Desloovere, Menen - zie bijlage) Stadsarchief Ieper, Kasselrij Ieper, 6de reeks, nr. 83xx (pachter François Parquet, 18de eeuw - mededeling Johan Beun, Ieper)
Gedrukte bronnen 'Gendschen Mercurius', nr. 1016, 20.01.1828. "Gazette van Gend", 9 augustus en 5 september 1798 of 22 thermidor en 19 fructidor jaar VI. "Gazette van Gend", nr. 917 van 30 december 1802, of 9 nivôse jaar XI.
Werken K. De Flou, Toponymie van Westelijk Vlaanderen..., Brugge, dl. XVII, p. 101-103. M. Coornaert, Watermolens en hilteweren in West-Vlaanderen, Jaarboek van de Geschied- en heemkundige kring De Gaverstreke, 1980, p. 45-53 (47). Jeroen Cornilly, "Monumentaal West-Vlaanderen. Beschermde monumenten en landschappen in de provincie West-Vlaanderen. Deel 1. Arrondissementen Ieper, Kortrijk, Roeselare, Tielt", Brugge, 2001, p. 52; Marianne Vermeulen, "De grafelijke Banmolens op de Leie te Harelbeke", in: De Gaverstreke, XIII, 1985, p. 141-147; Eddy Glorieux, "De watermolens op de Leie", in: Onze Molens, Water-, wind- en rosmolens in Harelbeke - Bavikhove - Hulste - Stasegem", Harelbeke, 1990, p. 6-16; Hil. Van Overbeke, "De banmolens van Harelbeke", in: Toerisme, IV, 1925, p. 434-438, overgenomen in: De Gids, 1990, nr. 29, p. 1-7; J. Vangaver, "De banmolens van Harelbeke door de eeuwen heen", Harelbeke, 1947; Molenzorg vzw, "Samen in de ban voor de Banmolens van Harelbeke", Molenecho's, XXVI, 1998, 2, p. 59. Lieven Denewet, "Bescherm de 900 jaar-oude Banmolens van Harelbeke!" (steunactie), in: Molenecho's, XXVI, 1998, nr. 2, p. 60; Lieven Denewet, "Ontmantelingen als aanloop tot restauratie - 2" (Bikschote, Boechout, Denderwindeke, Geel, Harelbeke, Pittem, Zarren), in: Molenecho's, XXX, 2002, nr. 3, p. 83-89; G. Declercq, "De banmolens van Harelbeke", in: De Leiegouw, XXII, 1980, p. 93-94. Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel III. Gemeenten H-J", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1995. Aagje Vanwalleghem & Silvie Creyf, "Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42", 2009.DJW, Pierre Mattelaer, De watermolens van het Leiegebied, De Leiegouw, jg. 2009. Paul Huys, "De grafelijke domeinrekeningen, een eersterangsbron voor de molengeschiedenis (Enkele Westvlaamse molens anno 1444)", Biekorf, jg. 86, 1986.
|