De Seinemolen maakt deel uit van één van de vele molens die opgetrokken werden voor de drooglegging van De Moeren. (Algemene beschrijving: zie bij: "De Moeren. Sint-Karelsmolen").

De stenen achtkante grondzeiler, waarvan enkel het onderste stuk nog bestaat, staat aan de oostzijde van de Middenweg (nr. 5) op de Seinemolenvaart.

Zijn benaming "Seinemolen" dankt hij aan het feit dat alle molens die rin de jaren 1780-1790 werden gebouwd, de naam kregen van een grote Europese rivier.

Hij werd in 1789 opgetrokken en staat dus nog niet aangeduid op de Ferariskaart van ca. 1775. Wel vinden we hem terug in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1844) onder de benaming "Danneelsmolen, Moulin" (naar de toenmalige uitbater), op de topografische kaart van Vandermaelen  (ca. 1850), als "Danneels Molen" en op de kadasterkaart van P.C. Popp (ca. 1860).

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: de Chastenet de Puysegur-de Charitte Anne Jacques, eigenaar te Saint-Benoit (F)
- 06.02.1844, deling: a) de Chastenet de Puysegur Antoinette Charlotte Appoline, echtgenote van Thibaut de la Carte Augustin Marie Faustin, b) de Chastenet de Puysegur Marie René, c) de Chastenet de Puysegur Jacques Leopold, d) de Chastenet de Puysegur Marie Marguerite, e) de Chastenet de Puysegur Marie Pauline Elisabeth, f) de Chastenet de Puysegur Xavier André, g) de Chastenet de Puysegur Jacques Philippe Auguste (onderhandse akte)
- 15.07.1878, verkoop: Maatschappij van uitdrooging der 1700 gemeten "Vander Haeghen Alfred Philippe Auguste et C°", te Lille (F) (onderhandse akte)
- 1981, registratie: Polder De Moeren

Tot in 1901 bleef hij in werking met windkracht. Dan volgde de onttakeling en werd het sloopmateriaal, waaronder de metalen roeden, te koop aangeboden. Er verscheen daartoe o.m. een advertentie in de krant "De Veurnaar" van 20 november 1901. De onderdelen worden er omschreven als: "vele zware olmen en eiken balken, de molensteert, engrenagiewiels (drijfwielen), het kruis van den molen in ijzer, brandhout enz.".

Een stoomgemaal nam de taak over in 1902. In 1931 verving een dieselmotor het stoomgemaal.

Op 29 oktober 1981 begaf het pompgemaal het tijdens een zware wateroverlast. Dringende herstelling was noodzakelijk. Er werden twee nieuwe vijzels voorzien, elk met een afvoercapaciteit van 353 m³ per minuut.

Sinds 1983 gebeurt de bemaling met een elektrisch gedreven pompgemaal met twee vijzels. De kosten voor deze moderniseringwerken werden integraal gedragen door de provincie West-Vlaanderen. De werken gebeurden naar een ontwerp en onder leiding van de Provinciale Technische Dienst (G. Declercq, hoofdingenieur-directeur en J. Casteleyn, ingenieur). De uitvoering gebeurde door PVBA Vandezande uit Esen (Diksmuide) en PVBA Vanderper en Zoon uit Merkem (Houthulst). De plechtige ingebruikname gebeurde op 1 oktober 1983.

Lieven DENEWET, Jef AMEEUW & Herman HOLEMANS

Advertentie in De Veurnaar van 20 november 1901
Kantoor van Lodewijk Bouten,
Deurwaarder te Veurne, Vleeschhouwerstraat, N° 29.
Maandag 25 November 1901, om 2 ure na middag, te Moeres, 1700 gemeten.
Verkooping der Afbraak
van den Watermolen La Seine
bestaande in: vele zware olmen en eiken balken, de molensteert, engrenagiewiels, staken, kruis, houten, zware ijzeringen, het kruis van den molen in ijzer, brandhout, enz.

Literatuur

Gedrukte bronnen
De Veurnaar (krant), 20 november 1901.

Werken
Luc Devliegher, "De molens in West-Vlaanderen", Tielt/Weesp, 1984, p. 80-85 en 393 (Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, 9);
Lieven Denewet, "Geschiedenis, techniek en terminologie van de poldermolens in België", in: Molenecho's, XII, 1984, p. 8-20;
Jo De Schepper, "De Frans-Belgische Moeren: enkele gegevens aangaande de windgemalen", in: Monumenten en Landschappen, I, 1982, nr. 3, p. 45-48.
D. Bruneel, "De Moeren: een historisch-geografische schets (1616-1827), in: De Franse Nederlanden - Les Pays-Bas Français, VIII, 1983, p. 94-115.
Jozef Ameeuw, "Molens van Veurne-Ambacht", Koksijde, De Klaproos, 2004, p. 63-64;
J. Van Buggenhout, "De Moeren en de overstromingen in Veurne-Ambacht", in: Bachten de Kupe, XXI, 1979, nrs. 4-5, p. 85-144.
R. Van den Haute, "Les Mpëres. Marais plusieurs fois asséchés et remis sous eau", in: Le Patriote Illustré, 17 april 1949.
Bortier, Pierre Louis Antoine, "Dessèchement des moëres par Cobergher en 1622", in: Journal de la Société centrale d'agriculture de Belgique, Bruxelles, Stapleaux, octobre, 1857.
G.K. Kockelberg, "Het droogmalen van de Moeren", in: Ons Molenheem, Opwijk, jg. 34, 2009, nr. 2, april-juni, p.27-30.
Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel III. Gemeenten H-J", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1995.
Lucien Van Acker, "Overstroming van De Moeren in 1793", Biekorf, jg. 92, 1992.

Persberichten
Het Nieuwsblad, 8 september 1983.