Molenzorg

Wielsbeke, West-Vlaanderen


Foto: Pieter Santy, 2008
Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Oliekot(molen)
Stampkot(molen)
Oliemolen De Brabandere

Ligging
Vierlindenstraat 1
8710 Wielsbeke

westzijde
hoek met Olsenestraat
kadasterperceel B276


toon op kaart
Type
Staakmolen op torenkot
Functie
Oliemolen, later ook korenmolen
Gebouwd
voor 1720 / 1828
Verdwenen
1858 - april, sloop
Beschrijving / geschiedenis

Het Oliekot (Oliekotmolen) of het Stampkot was een houten windmolen aan de westzijde van de Vierlindenstraat (nr. 1), op de noordhoek met de Ooigemstraat. De molen stond dus niet aan de Stampkotstraat, die naar de molen werd vernoemd met iets meer oostelijk is gelegen.

De molen wordt reeds weergegeven op het landboek van Wielsbeke uit 1720, omschreven als "erfve daer het stampcot opstaet ende een huys", eigendom van Michiel Lavaert. Ook wordt melding gemaakt van een "stampcotwal". Rond 1780 is de molen in gebruik door de weduwe van Joannes Desplenter.

Hij staat aangeduid op de Ferrariskaart van ca. 1775, gelegen in de  "Olie stomp molenhoek" met het bruin symbool van een staakmolen. De kaart Vandermaelen en de kadastrale kaart van P.C. Popp (beide ca. 1850) duiden hem respectievelijk aan als "Oliekot Moulin" en "Oliekotmolen". De molen leent zijn naam aan de 18de-eeuwse wijk: "Stampcotwijck".

Op 20 februari 1828 kreeg Ignace Goemare de toestemming van de Bestendige Deputatie van West-Vlaanderen om in de oliemolen ook graan te malen. Bij deze gelegenheid werd de houten molenkast op een

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: a) Goemare Ignace, molenaar te Wielsbeke en b) Deconinck Sophie
- 29.02.1849, verkoop: Debrabandere Eduard, landbouwer te Wielsbeke (notaris Vermeulen)

Bij de afbraak op 6 april 1858 werden twee arbeiders (Pieter Van den Bossche uit Sint-Baafs-Vijve en Pieter Verhenne uit Zulte) verpletterd onder een vallende muur; een derde arbeider (Ferdinand Bert uit Zulte) kon ontkomen.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

De vroegere molenaarswoning (Pieter Santy, Agentschap Onroerend Erfgoed, 2008)
Op het primitief plan (ca. 1830) staan hier reeds aaneengesloten bijgebouwen, parallel met de straat, afgebeeld. Landbouwer Edouard De Brabandere liet deze gebouwen in het midden van de 19de eeuw herbouwen tot zes woningen met een tweetal achtergelegen landgebouwen. In 1872 werd een bestaand landgebouw (ten zuiden) omgebouwd tot zwingelkot; tien jaar volgde de bouw van een nieuw zwingelkot ten westen van het perceel. Rond 1940-1943 werden de landgebouwen uitgebreid en broeikassen bijgebouwd aan de noordzijde. Drie huizen ten zuiden van de huidige woningen werden in de tweede helft van de 20ste eeuw gesloopt.
Het is een verankerde baksteenbouw van één bouwlaag en tien traveeën onder zadeldak (Vlaamse pannen, nok evenwijdig met de straat). Witgekalkte straatgevel op een zwarte plint, rode ankers. Rechthoekige muuropeningen waarin bewaard schrijnwerk (schuiframen). Natuurstenen onderdorpels. Noordelijke zijgevel met getoogde laadopening.
Achtergelegen bijgebouwen uit donkerrode baksteen (deels witgekalkt) onder zadeldak in Vlaamse pannen. Onder meer stalletje met rechthoekige muuropeningen onder houten latei.

Bijlagen

Standaerd van Vlaenderen, 10 april 1858, p. 2.
In den namiddag van dynsdag laetst, is er te Wielsbeke een schrikkelyk ongeluk voorgevallen, dat de gansche gemeente in droefheid gedompeld heeft. Twee werklieden, de genoemden Pieter Van den Bossche, van Vive St-Baefs, en Pieter Verhenne, van Zulte, aen het afbreken van den windmolen van sieur E. De Brabandere, te Wielsbeke, arbeidende, en zich achter eenen muer gezet hebbende, waer van de grondlagen reeds ondermynd geweest waren, om steenen schoon te maken, zyn ten gevolge der instorting van een gedeelte dezes muers, verpletterd geweest; een derde werkman, de genaemde Ferdinand Bert, van Zulte, die ook nevens deze ongelukkige werkte, is het met eenige wonden aen het linkerbeen, ontkomen. Van den Bossche laet eene vrouw en 9 kinders in den uitersten nood achter, en Verhenne was de eenigste bystand zyner oude moeder.

Literatuur

Archiefbronnen

Ferrariskaart, ca. 1775.
Rijksarchief Kortrijk, 301/69 - Gemeente Wielsbeke. Oud Archief. nr. 1. Register van onroerende goederen, landboek, opgemaakt door J. De Vos. 1720, 1 deel.
Rijksarchief Kortrijk, Fonds Colens, nr. 164: Landbouck der prochie Wielsbeke, door F. De Vos, 1720.
Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Wielsbeke, 1858/5, 1864/41, 1883/20, 1899/5, 1949/30.

Literatuur

C. Verbrugghe, "De toestand te Wielsbeke in het jaar 1720 en relaties met vroegere en latere tijden (deel 1)", in: Leiesprokkels, jaarboek 9, 2006, p. 213-253.
Herman Holemans, Wind- en watermolens in de provincie West-Vlaanderen. Kadastergegevens, deel 8 (W-Z), Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2005.
P. Santy & K. Devooght, Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Wielsbeke, Deelgemeenten Ooigem en Sint-Baafs-Vijve, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL36, 2008.
P. V(an de Maele), Over mulders en molens in Wielsbeke dat was, in Leiesprokkels, jg. 7, nr. 1, 1988, p. 20-26; nr. 2, 1988, p. 50-57.
F. Hollevoet, e.a., Als straten gaan ... praten, Tielt, 2005.
M.-C. Martens, In vogelvlucht over Wielsbeke, Wielsbeke, 1999, 2 delen.

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: zondag 16 augustus 2015

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens