Stoktmolen-1
westzijde
ten N v.d. hoek met Oude Stationstraat
700 m Z v.h. centrum
kadasterperceel G133
De Stoktmolens
Op de "Stoktheide" of het "Stoktveld " (= de plaats waar boomstronken samen staan), een woeste heide ten zuiden van de stad, stonden ooit vier windmolens. De eerste werd vermeld in 1416. Ook gekend als Tielts eerste "industriezone" omdat er naast vier molens aan de z.g. "Waeybergh" ook vier steenovens door de stad gebouwd zijn in het begin van de 15de eeuw.
Eigenaars van de molens op het Stokt zijn de stad, die de maalrechten van een graanwindmolen deelt met het Alexianenklooster op de Markt, en edellieden, o.m. de heer van "Tielt-ten-Hove" of "Gruuthuse" en de hertog van Ursel. Eén van de molens werd verwoest bij het oorlogsgeweld in 1452-1453 en later door gezamenlijke inspanning van de stad en het Alexianenklooster herbouwd. Tevens is er een bakkerij gevestigd waar de stad de huuropbrengst van int.
Op de kaart die landmeter Franciscus De Bal in 1738 maakt van de "Hoeberghtiende" in Tielt-buiten met de gronden behorend tot het hospitaal van Oudenaarde, wordt het Stoktgebied weergegeven met van noord naar zuid o.m. resp. de molens, herberg "De Waeybergh", de kapel en de blekerij
Op de Ferrariskaart (1770-1778) en op het stadsplan van 1786 door Philip Jan Lemaieur wordt het Stoktgebied duidelijk afgebakend met nog drie bestaande molens en de sterk toegenomen losstaande bebouwing. Tevens weergave van de drie Stoktmolens op een ontwerp van landmeter A. Lefebvre van 1788 met de primitieve noord-zuidas, m.n. het noordoostelijke deel van de Kortrijkstraat en de huidige Steenstraat, die de Markt verbindt met de rechtgetrokken steenweg naar Wakken en verbonden wordt ter hoogte van de huidige Oude Stationstraat. Vóór 1907 zijn reeds drie van de vier molens op het Stokt gesloopt; iets later in de 20stee eeuw verdwijnt ook de vierde molen.
-----------------
Stoktmolen-1 was een aanvankelijk een houten en later een stenen schors- en oliewindmolen en één van de vier Stoktmolens. Hij stond aan de westzijde van de Stoktmolenstraat (nr. 33), ten noorden van de hoek met de Oude Stationstraat.
Hij staat aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen, in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) met het rond grondoppervlak van een stenen molen en op de topografische kaart van Vandermalen (ca. 1850).
De schorsinrichting werd al voor 1845 uitgeschakeld.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Goethals-Luyckx Jan, koopman te Tielt
- 03.12.1841, de kinderen: a) Goethals Jean François, onderpastoor te Brugge, b) Goethals Pierre, eigenaar te Kortrijk, c) Goethals Constantin, overste van het college te Menen, d) Goethals Jean, handelaar te Menen, e) Goethals Rosalie, zonder beroep te Tielt en f) Goethals Louis, handelaar te Tielt (overlijden van Jan Goethals)
- 21.04.1844, deling: a) Goethals Ivo, olieslager te Tielt, b) Goethals Louis, olieslager te Tielt en c) Goethals Rosalie, zonder beroep te Tielt (notaris Roelandtsà
- 15.03.1854, erfenis: a) Goethals Ivo, olieslager te Tielt en b) Goethals Rosalie, zonder beroep te Tielt (overlijden van Louis Goethals)
- 05.05.1855, verkoop: Goethals Ivo, olieslager te Tielt (notaris Wauters - deel van Rosalie)
In de storm van 17 januari 1853 raakte de molen zijn kap en wieken kwijt. De schade werd niet meer hersteld en de romp werd verder gebruikt als magazijn. Die werd in 1863 afgebroken.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Heemkundige Kring De Roede van Tielt, Fototheek.
De Flou K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel XV, Brugge, 1934, kolom 471-472. Dit is West-Vlaanderen, deel 3, Brugge, 1962, p. 1857.Gids voor Groot-Tielt 1987, Tielt, 1987, p. 190.
Holemans H., Windmolens te Tielt, in: Ons Molenheem, 2002, nr. 4, p. 58-59.
Hollevoet F. e.a., Als straten gaan… praten. De roede van Tielt, Tielt, 2005, p. 240.
Hollevoet F., Tielt feodaal, in De Roede van Tielt, jg. 33, nr. 3, 2002, p. 92, 108.
Ostyn R., Historische stedenatlas van België, Tielt, Brussel, 1993, p. 18, 27, 30-31, 37, 40, 44-45, 47, 52, 58, 67, 105-106, 118.
Callaert G. & Santy P. m.m.v. Boone B., Devooght K. & Moeykens S., Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, 2007.
De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.