De Godshuismolen was een houten oliewindmolen aan de zuidoostzijde van de Chaussée de Wervicq (Werviksesteenweg), achter de huizenrij (nr. 207), op de hoek met de rue de l'Industrie (Nijverheidstraat), in het gehucht Godshuis, nabij de grens met Frankrijk en met Wervik.

De staakmolen komt voor op een lijst uit 1772: "een ander gehuchte lanxt den wegh van Comennaer Wervycke, genaemt het Godtshuys, alwaer is eene oliewyndtmolen, met twee herbergen ende ander huysen". We zien hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen, in de Atlas der Buurtwegen (1846) en op de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) als "Gods huys Molen".

Lieven DENEWET

L. Gilliodts-Van Severen, "Coutumes du Châtellenie d'Ypres", II, p. 369.
Jozef Maes, "Molens te Komen", De Belgische Molenaar, 1966, nr. 11, p. 164.