In 1378 werd te Stuivenberg "molencoutre" (molenkouter) vermeld, die een windmolen veronderstelt. Nadere gegevens ontbreken.

J. Vinckx, "De molens van Gooik", in: Eigen Schoon en de Brabander, XIV, 1931, p. 84-88;
Moonens Serge, "Het windmolenbestand in Gooik. Eenoverzicht van de 8 Gooikse windmolens", Heemkundige Kring van Gooik, XXIV, 2009, 2 (nr. 84), p. 16-17.
Heemkundige Kring van Gooik, nageelaten papieren van Luciaan de Weerdt
Moonens Serge, "Wiekentaal. De taal van de windmolens", Heemkundige Kring van Gooik, XXIV, 2009, 1 (nr. 83), p. 20-21.
Bernard Roobaert, "Overzicht van de molens van de streek van Edingen met hun oudste vermeldingen", Molenecho's, XXIV, 1996, nr. 3-4, p. 116-180;
B. Roobaert, "Een overzicht van de molens van het Oude Land van Edingen en hun oudste vermeldingen", in: "Het oude Land van Edingen en Omliggende, Herne, jg. XXI, 1993, nr. 2, p. 97-133, ill.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961.