Molenechos's Homepage Molenechos.org

Lummen, Vlaanderen - Limburg

Verdwenen molen

karakteristiek

Naam
Windmolen van Groenlaren, Molen Sneyers
Ligging
Voortstraat 15
3560 Lummen
westzijde
hoek Haagdoornstraat
Groenlaren (gehucht)
Vlaanderen - Limburg
toon op kaart
Geo positie
51.012730, 5.203106 (Google Streetview)
Gebouwd
1912, overgebracht
Verdwenen
1920, brand
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Database nummer
8392
Ten Bruggencatenummer
05142  

Beschrijving / geschiedenis

De Molen van Groenlaren was een houten korenwindmolen aan de westzijde van de Voortstraat (nr. 15), op de hoek met de Haagdoornstraat, in het gehucht Groenlaren, in het noorden van Lummen.

Oprichter van de molen was Casimir Sneyers, afkomstig uit Geenrode (Meldert) en geboren te Meldert op 9 juli 1876. Hij huwde te Lummen op 21 maart 1903 met Regine Oyen, geboren te Heusden op 6 januari 1880. Daarop kwam hij zich te Lummen vestigen in een nieuw huis in het gehucht Groenlaren, op de hoek van de Voortstraat en de Haagdoornstraat.

Op 19 februari 1912 vroeg hij een windgraanmolen te mogen bouwen. Na een onderzoek de commodo en incommodo, waarop geen verzet werd aangetekend, werd hem deze toelating verleend.

Net zoals de standaardmolen van het nabije Linkhout, die ook in 1912 werd gebouwd, werd de molen van Groenlaren ook van elders overgebracht. Het is ons niet bekend van waar.

Alhoewel er in Groenlaren al sinds 1906 de vuurmolen van Achiel Loos stond, gingen de zaken goed.
Casimir Sneyers deed op 3 mei 1915 een aanvraag voor een tweede molen, aangedreven door een armgasmotor. Ook deze toelating werd hem verleend.

Casimir was een druk bezet man. Hij was landbouwer, winkelier en herbergier en natuurlijk ook molenaar. Twee broers hielpen hem in de molens: Pierre Joseph Sneyers (°Meldert 11.09.1873), weduwnaar van Sophie Kennens en Frederic Sneyers (°Meldert 07.08.1891), gehuwd met Frederica Deferme (°Heusden 03.07.1890).

Pierre Joseph Sneyers werd tijdens de eerste wereldoorlog, meer bepaald op 2 novmeber 1916, naar Duitsland weggevoerd. Dat jaar bezat Casimir Sneyers een windmolen, een maalderij met armgas, 18 hectaren grond en vier hoornbeesten.

De twee broers van Casimir Sneyers vertrokken terug naar Geenmeer (Meldert): Frederic op 7 november 1916 en Pierre op 30 januari 1919.

De windmolen brandde af in 1920 (na een bestaan van slechts 8 jaar te Lummen) en werd niet herbouwd.

Wel werd er nog verder gemalen met de mechanische maalderij. Zoon Joseph Sneyers (°Lummen 23.11.1902), gehuwd met Anna Daniëls (°Lummen 15.05.1917) zette de zaak verder. Hij werd in september 1939 gemobiliseerd. Na de 18-daagse veldtocht, rond 30 mei 1940, kwam hij terug thuis.

De maalderij was toen uitgerust met een elektrische mtor. Joseph Sneyers bleef hem uitbaten tot hij met pensioen ging. Opvolger en laatste molenaar was Joseph Geerts.

De molenaarswoning en het maalderijgebouw bestaan nog, maar zijn sterk gerenoveerd. Ook het maalderijgebouw is tot woning omgebouwd.

Lieven DENEWET, Albert VANDERAERDEN & Eugène WELLENS

Literatuur

Albert Vanderaerden & Eugène Wellens, "Onze Lummense molens, molenaars en bakkers", Lummen, Geschied- en Heemkundige kring Groot Lummen, 1996, p. 91-93
Herman Holemans & Werner Smet, "Limburgse watermolens. Kadastergegevens: 1844-1980", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1985 (niet vermeld)